Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 mei 2023
Hierbij bied ik u het rapport «De rol van encryptie in de opsporing» aan dat in opdracht
van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) door onderzoekers
van de NHL Stenden Hogeschool, de Open Universiteit en de Politieacademie is uitgevoerd.
De digitalisering van onze maatschappij is sterk toegenomen en voor het beveiligen
van gegevens wordt encryptie steeds vaker standaard toegepast. Deze ontwikkelingen
kunnen impact hebben op de effectiviteit van de inzet van bestaande bevoegdheden in
het Wetboek van Strafvordering.
Signalen over deze impact komen bijvoorbeeld uit de rapporten die Europol jaarlijks
over encryptie uitbrengt1, de Europese Raadsresolutie op encryptie2 en het «National Center for Missing & Exploited Children».3 Om het belang van cybersecurity, fundamentele rechten en de opsporing te kunnen afwegen
en in balans te brengen is het nodig meer inzicht te verkrijgen naar de effecten van
encryptie op de opsporing. Om deze reden is het WODC gevraagd om hiernaar onderzoek
te doen.
De onderzoekers hebben ervoor gekozen in plaats van de impact, de rol van encryptie
in de opsporing te onderzoeken. Deze rol werkt twee kanten uit. Encryptie speelt enerzijds
een belemmerende rol in de opsporing, maar anderzijds ook een praktische om de opsporing
te verbeteren. Daarbij geven de onderzoekers aan dat alles overziend kan worden geconcludeerd
dat het niet goed mogelijk is om die rol in kwantitatieve termen weer te geven. Dit
geldt zowel voor de positieve als negatieve rol. Er kan niet worden vastgesteld hoeveel
zaken er vanwege encryptie niet worden opgelost en/of hoeveel tijd er door de encryptie
verloren gaat. Tegelijk kan ook niet worden vastgesteld hoeveel zaken er extra worden
opgelost en/of hoeveel tijd wordt gewonnen. Dát encryptie een grote rol speelt in
opsporingsonderzoeken wordt echter wel duidelijk. Zoals de onderzoekers beschrijven:
«De geïnterviewden vertellen dat encryptie vrijwel overal voorkomt: «er zijn geen
zaken met encryptie of zonder encryptie; encryptie is overal.»» In termen van delictscategorieën
komt encryptie volgens de geïnterviewden het meest voor bij ondermijning en in vrij
grote mate ook bij high impact crimes, maar minder bij veelvoorkomende criminaliteit.
Specifiek speelt encryptie het meest een rol bij drugsmisdrijven, kinderporno en cybercrime
in ruime en enge zin.
Het onderzoek geeft een waardevol inzicht in hoe diverse betrokkenen in de strafrechtketen
omgaan met de versleuteling van gegevens en producten. Uit het onderzoek blijkt hoe
complex en veelzijdig het onderwerp is. Het geeft inzicht in de verschillende typen
encryptie en de verschillende toepassingen ervan. De geïnterviewden vertellen vanuit
hun perspectief wat de rol van encryptie is in het verloop van opsporingsonderzoeken,
de opbrengst van opsporingsonderzoeken en bij welke type misdrijf men met encryptie
te maken krijgt. Uit het onderzoek worden zowel de voordelen als de nadelen die betrokkenen
ervaren duidelijk.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius