nr. 14
GEWIJZIGDE MOTIE VAN HET LID VERHAGEN C.S. TER VERVANGING
VAN DIE GEDRUKT ONDER NR. 5
Voorgesteld 14 oktober 1999
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van oordeel, dat het van groot belang is dat de Europese Unie een grotere
verantwoordelijkheid neemt voor het veiligheidsbeleid in Europa;
overwegende, dat er onduidelijkheid is gerezen over de afspraken van de
Europese Raad in Keulen;
overwegende, dat een meerderheid van de Kamer zich heeft uitgesproken
voor een actieve inzet van de regering voor de integratie van de West-Europese
Unie in de Europese Unie;
constaterende, dat het Finse voorzitterschap tijdens de Europese Raad
in Helsinki een voortgangsverslag zal uitbrengen over de versterking van het
gemeenschappelijk Europees beleid inzake veiligheid en defensie;
overwegende, dat de regering het voornemen heeft dit najaar een notitie
over de Europese Veiligheids- en Defensie-Identiteit aan de Kamer toe te zenden;
roept de regering op een actieve en constructieve bijdrage te leveren
aan de concrete invulling van de besluiten van de Europese Raad in Keulen
waaronder de totstandkoming van een doeltreffender Europese militaire capaciteit,
de instelling van een militair comité van de EU, een militaire staf
en een satellietcentrum waardoor een door de EU geleide operatie zowel met
als zonder gebruikmaking van NAVO-middelen mogelijk zal zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
Verhagen
Timmermans
Scheltema-de Nie