nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 mei 1999
1. Inleiding
In de Miljoenennota 1999 heeft de regering aangekondigd met voorstellen
te komen voor de verbetering van de informatiewaarde en de toegankelijkheid
van de departementale begrotings- en verantwoordingsstukken. De nota «Van
beleidsbegroting tot beleidsverantwoording» bevat deze voorstellen.
Bij het opstellen van de regeringsnota is gebruik gemaakt van de in het rapport
«Jaarverslag in de Politieke Arena» gedane voorstellen.
2. Toelichting op de stukken
Tegelijk met de nota «Van beleidsbegroting tot beleidsverantwoording»
worden u aangeboden:
• de voorbeeldbegroting Volkshuisvesting (dit betreft een omzetting
van een deel van de reeds vastgestelde begroting 1999 van het Ministerie van
VROM);1
• de voorbeeldbegroting van het agentschap Defensie Telematica Organisatie
(DTO) (dit betreft een omzetting van een deel van de reeds vastgestelde begroting
1999 van het Ministerie van Defensie);1
• de voorbeeldbegroting van het Ministerie van Financiën (dit
betreft een omzetting van de reeds vastgestelde begroting 1999);1
• door de Minister van VWS het jaarverslag 1998 van het Ministerie
van VWS (dit betreft de omzetting van de departementale financiële verantwoording
1998, die tegelijk met de «echte» departementale financiële
verantwoordingen 1998 aan de Tweede Kamer wordt aangeboden).2
De voorbeeldbegrotingen en het voorbeeldjaarverslag dienen ter illustratie
van de regeringsnota. Zoveel mogelijk is getracht de voorstellen uit de regeringsnota
te volgen. In de regeringsnota zelf is aangegeven dat een implementatietraject
van meerdere jaren noodzakelijk is. Ook daarna zal nog een verdere kwaliteitsgroei
noodzakelijk zijn. De voorbeelden zijn in een relatief kort tijdsbestek opgesteld
en vergen nog een verdere ontwikkeling. Ze voldoen evenwel om
te illustreren hoe begrotingen en jaarverslagen er op basis van de voorstellen
uit de nota «Van beleidsbegroting tot beleidsverantwoording» er
in de praktijk uit komen te zien.
De presentationele vormgeving van de voorbeelden is nu nog verschillend.
Voor de departementale begroting nieuwe stijl en de departementale jaarverslagen
zal een uniforme vormgevingsstijl worden gekozen.
2. Verwachtingen omtrent de implementatie
Op één aspect van de voorstellen wijs ik u in het bijzonder.
Dit betreft de verwachtingen die ten aanzien van de implementatie gerechtvaardigd
zijn.
De kern van de nota is dat de begrotings- en verantwoordingsstukken gericht
worden op de begroting van en verantwoording over beleid, prestaties en middelen.
Om beleid en daarvoor te leveren prestaties centraal te kunnen stellen in
relatie tot de daarvoor in te zetten middelen, is het van belang op een zorgvuldige
manier doelstellingen te formuleren en deze tot prestatiegegevens te concretiseren.
Niet voor elk beleidsterrein is het mogelijk over de volle breedte goede prestatiegegevens
te formuleren. Dit doet zich voor indien de prestaties in kwantiteit en/of
kwaliteit lastig meetbaar zijn, of waar het gaat om de interactie van de ministeries
met andere actoren zowel binnen als buiten de (rijks)overheid. Er zijn ook
andere instrumenten om de doelmatigheid en doeltreffendheid te meten. Te denken
valt aan beleidsevaluaties. In de praktijk zal veelal een mix van instrumenten
worden gebruikt.
Daarbij is van belang dat de diverse ministeries niet allemaal vanuit
dezelfde uitgangspositie starten. De geschetste verwachtingen zijn hoog. Bij
de implementatie is maatwerk geboden. Het implementatietraject biedt daar
ruimte voor. In het implementatietraject is een evaluatiemoment opgenomen
(mei 2000). Bij deze evaluatie zullen de uitkomsten van interdepartementale
onderzoeken naar de nieuwe artikelindeling van de begroting en naar de mogelijkheden
om hierbij prestatiegegevens op te nemen een belangrijke rol spelen. De realiteit
en diepgang van het implementatietraject kan op dat moment opnieuw afgewogen
worden.
Ik hoop dat een nadere gedachtewisseling met u op korte termijn over de
regeringsnota «Van beleidsbegroting tot beleidsverantwoording»
mogelijk is.
De Minister van Financiën,
G. Zalm