nr. 71
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 september 2009
In het Algemeen Overleg MVO op 4 maart jongstleden (Kamerstuk 26 485,
nr. 66) heb ik aangegeven dat de Transparantiebenchmark meer inhoudelijk
en sectorspecifiek moest worden, de Transparantiebenchmark de monitoring in
het SER-initiatief «Internationaal Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen»
goed moet ondersteunen en de middengroep en achterblijvers meer moeten worden
betrokken. Via deze brief geef ik aan tot welke vernieuwingen van de Transparantiebenchmark
dit heeft geleid. Deze vernieuwingen zijn getoetst met de relevante belanghebbenden.
«Verbreden»
De SER heeft, met het oog op zijn initiatief «Internationaal Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen», verzocht om een uitbreiding van de Transparantiebenchmark
van 170 tot 500 ondernemingen, om de Transparantiebenchmark beter te kunnen
gebruiken als onderdeel van zijn monitoring. De vaste onderzoeksgroep wordt
door mij naar 500 uitgebreid en zal in de toekomst bestaan uit de huidige
onderzoeksgroep van de Transparantiebenchmark, aangevuld met een groot deel
van de «FEM 500»-ondernemingen, tot een totaal van 500. De FEM
500 is een gerenommeerde en betrouwbare ranglijst met de grootste ondernemingen
van Nederland, opgesteld door Reed Elsevier aan de hand van meerdere databases.
«Verdiepen»
Naast de verbreding van de onderzoeksgroep zullen de criteria voor volgend
jaar worden herzien. Bij de huidige herziening staan de volgende inhoudelijke
zaken centraal:
• Basis is de nieuwe richtlijn 400, waarin het rapporteren over het
thema «ketenverantwoordelijkheid» is vormgegeven. Op 9 september
jongstleden is de RvJ-uiting «Ontwerp-Richtlijn 400 Jaarverslag en concept
Handreiking voor Maatschappelijke verslaggeving» verschenen. Definitieve
vaststelling vindt later dit jaar plaats;
• ISO 26 000 en GRI dienen als aanvullende inspiratiebronnen;
• De convergentie tussen de criteria van de Transparantiebenchmark
en de VBDO benchmark ketenbeheer wordt verder vormgegeven;
• Opname van sectorspecifieke, inhoudelijke aspecten van Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen;
• Verscherpte wegingcriteria zodat zowel koplopers als achterblijvers
worden gestimuleerd;
• Koplopers Transparantiebenchmark worden betrokken bij vernieuwing
van de criteria.
«Vernieuwen»
Om met name de middengroep en achterblijvers in de nieuwe Transparantiebenchmark
verder te stimuleren en betrekken, zal vanaf volgend jaar de beoordeling van
alle 500 ondernemingen via een interactieve website volledig beschikbaar en
toegankelijk worden gemaakt. De website zal in lijn zijn met mijn beleidplan «Nederland
Open In Verbinding» (NOIV).
Daarnaast zal er, in samenwerking met de Nederlandse Vereniging Registeraccountants
(NIVRA) en het Vereniging van Milieuaccountants (VMA), vanaf volgend jaar één
aansprekende prijs worden uitgereikt voor de beste MVO-verslaggeving. Sectorwinnaars
zullen vermeld worden.
De komende jaren zal er nadere aandacht gegeven worden aan de ontwikkeling
van maatschappelijke verslaggeving in het MKB. MKB-ondernemingen kunnen op
dit moment al vrijwillig deelnemen aan de Transparantiebenchmark. Als start
zal er een eervolle vermelding voor de «beste runner-up MKB» worden
ingevoerd.
Ter afsluiting spreek ik het vertrouwen uit dat de Transparantiebenchmark
ook in de nabije toekomst een belangrijke aanjager zal blijven van Maatschappelijk
Verantwoord Ondernemen in het Nederlandse bedrijfsleven.
De staatssecretaris van Economische Zaken,
F. Heemskerk