26 478
Raming der voor de Tweede Kamer in 2000 benodigde uitgaven, alsmede aanwijzing en raming van ontvangsten

11 107
Huisvesting der Kamer

26 491
Wijziging van de Regeling financiële ondersteuning fracties Tweede Kamer

nr. 13
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 3 juni 1999

Het Presidium heeft met belangstelling kennis genomen van het verslag uitgebracht door de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Konin- krijksrelaties. Het wil graag reageren op de de verschillende opmerkingen en vragen in de volgorde waarin ze in het verslag zijn weergegeven.

ALGEMENE TOELICHTING BIJ DE RAMING

1. Inleiding

Het Presidium neemt met erkentelijkheid kennis van de door de VVD-fractie geuite waardering voor stuk nr. 9 aangaande de begrotingsuitvoering over 1998. Het verzoek om naast de ramings- en realisatiecijfers ook de begrotingscijfers van het lopende jaar te vermelden, wil het Presidium graag inwilligen. Overigens zij verwezen naar hetgeen verderop in deze nota wordt opgemerkt over de bijlage bij de Raming.

De fractie van GroenLinks constateert naar de mening van het Presidium in het verslag terecht, dat de motie Sipkes over groene stroom is uitgevoerd. Aan de leden van die fractie die de maatvoering van de soepkommen als suboptimaal ervaren, zou het Presidium de zegwijze «Klein maar fijn» willen voorhouden.

In antwoord op de vragen uit de CDA-fractie en uit de fractie van de PvdA over de structuur van de ambtelijke organisatie, deelt het Presidium mee dat op dit moment een beleidsvoornemen aanhangig is bij de Ondernemingsraad. Dit beleidsvoornemen betreft niet alleen de structuur en bevoegdheden van de ambtelijke top, maar ook een groot aantal onderdelen van de organisatie. Bij de onderdelen waarvoor veranderingen zijn voorgesteld, hebben informatiebijeenkomsten plaatsgehad, en vinden zij nog plaats, voor alle medewerkers.

Het Presidium zal van de Ondernemingsraad binnenkort advies ontvangen over het algemene kader zodat daarover een beslissing kan worden genomen. Het beleidsvoornemen voorziet in een management-team dat, net als het huidige, zal bestaan uit de Griffier (als eindverantwoordelijke) en twee directeuren aan wie, meer dan in de huidige structuur, taken zullen zijn gedelegeerd. Omdat één van de beide huidige directeuren op 1 januari 2000 vanwege het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd de Kamer moet verlaten en omdat de tijdelijke detachering van de andere directeur op diezelfde datum afloopt, zal de werving voor de beide directeursplaatsen spoedig moeten beginnen.

De adviezen van de Ondernemingsraad en de daarop volgende besluiten over de structuur van andere onderdelen van het apparaat hoeven niet per se vóór de zomer vast te staan. Elk van deze voorstellen zal door een projectgroep met de nodige zorgvuldigheid nader moeten worden uitgewerkt. Het Presidium gaat ervan uit dat hierover in september en oktober duidelijkheid zal ontstaan. Het is natuurlijk voor de nieuw aan te stellen directeuren van belang dat zij op hoofdlijnen weten waaraan zij toe zijn. Bovendien hebben ook deze voorstellen personele consequenties waarover niet te lang onduidelijkheid mag blijven bestaan.

Zowel waar het gaat om de ambtelijke top, als wat betreft de diverse diensten, acht het Presidium het wenselijk dat verantwoordelijkheden gedragen worden op het laagst mogelijke niveau. Al naar gelang de situatie zal deze wens worden verwezenlijkt via formele delegatie, dan wel mandatering, dan wel feitelijke werkafspraken. De Ondernemingsraad heeft er in een gesprek over het beleidsvoornemen op gewezen dat het geven van beslissingsbevoegdheden op laag niveau niet mogelijk is zonder een intensief scholingsproces. Het Presidium onderschrijft dit. Dit betekent dat, zo nodig, een groter deel van het budget wordt ingezet, zowel voor de scholing zelf, als voor de tijdelijke vervanging van de leidinggevenden die scholing ontvangen.

In antwoord op twee verschillende vragen uit de fractie van GroenLinks, erkent het Presidium dat de Tweede Kamer een voorbeeldfunctie vervult voor diverse «rijksbreed» met instemming van de Kamer zelf vastgestelde regels. Dit geldt op alle terreinen waar activiteiten van de Kamer, van organen van de Kamer of van kamerpersoneel, goed vergelijkbaar zijn met die van bijvoorbeeld ministeries, andere overheden of ambtenaren van die instellingen.

De belangrijkste produkten van de Kamer – wetgeving en controle – zijn noch kwantitatief, noch kwalitatief, goed vergelijkbaar met die van andere overheden. Dit is wel het geval met prestaties zoals snelheid van doorverbinden van telefoongesprekken, kwaliteit van Internetsite, bediening in het restaurantbedrijf, kwaliteit en snelheid van informatievoorziening. Binnen het ambtelijk apparaat van de Kamer gelden dezelfde procedures van functioneringsgesprekken en van beoordeling als elders bij de overheid.

Autonomie van de Kamer

Naar aanleiding van de vraag van de leden van de CDA fractie naar de consequenties van de financiële taakstelling over 1999, merkt het Presidium op dat het aandeel voor het jaar 1999 van de Tweede Kamer en de Staten-Generaal Algemeen in de doelmatigheidstaakstelling regeerakkoord 1998 f 1,720 mln bedraagt en meer specifiek betrekking heeft op de volgende budgetten (bedragen x f 1.000):

budgettaakstelling 1999blokkade
U03.01 Schadeloosstelling leden5653
U03.04 Personeel/materieel TK1 0461 105
U03.07 Drukwerk kamerstukken59
U03.08 Fractiekostenregeling413413
U03.13 Uitzending van leden725
U04.02 Personeel/materieel Std en GIB124124
U04.12 Interparlementaire betrekkingen15
totaal1 7201 720

Het kabinet heeft ingestemd met het voorstel van het Presidium om jaarlijks in de uitvoering te bezien of de Tweede Kamer in staat is besparingen te realiseren ter hoogte van het bedrag van deze inspanningsverplichting. Overigens verwijst het Presidium naar zijn reactie verderop in deze nota naar aanleiding van artikel 3.08 van de begroting.

Op de vraag van de leden van de fractie van het CDA welke specifieke regelingen er nog bestaan voor het kamerpersoneel, noemt het Presidium de onderstaande specifieke regelingen die, in aanvulling op de bepalingen van het Ambtenaren Reglement Staten Generaal, van toepassing zijn op de ambtenaren van de Tweede Kamer. Daarbij is de oorspronkelijk redengeving vermeld:

Kamertoelage

Een standaard toelage in verband met onregelmatige diensten voor die ambtenaren binnen de Tweede Kamer die werkzaam zijn in een «vergadergebonden» functie;

Maaltijdvergoeding

Een financiële vergoeding die aan het dienstdoend kamerpersoneel wordt verstrekt op de dagen dat de Tweede Kamer vergadert;

Kamerschaal

Een extra schaal, bovenop de functionele maximumschaal, die wordt toegekend in verband met het bijzondere karakter dat het werken bij de Tweede Kamer met zich meebracht;

Lunchpauze

De lunchpauze valt binnen de werktijd omdat het personeel veelal niet de vrijheid had het pand te verlaten in verband met onverwachte werkzaamheden.

Het betreft hier voor het overgrote deel arbeidsvoorwaardelijke aangelegenheden. Eventuele op- of neerwaartse aanpassingen moeten dus in overleg met de daartoe bevoegde organen (Bijzondere Commissie, Ondernemingsraden) tot stand worden gebracht. Naar het oordeel van het Presidium is aan sommige van de regelingen in de loop der jaren de grond en/of de redengeving geheel of gedeeltelijk komen te ontvallen, terwijl een aantal ervan de mobiliteit kan belemmeren. Bovendien leidt uitvoering van sommige van deze afspraken tot niet te motiveren ongelijke bedeling. Overigens voegt het Presidium er met nadruk aan toe dat het in bespreking brengen van de afwijkingen van de arbeidsvoorwaarden (soms ook in ongunstige zin) van die van het rijksoverheidspersoneel niet op het realiseren van bezuinigingen is gericht, noch op een gelijkschakeling met het rijksoverheidspersoneel.

Naar aanleiding van het verzoek van de CDA-fractie om een overzicht van de huidige personeelsopbouw van de Kamer (leeftijd, man/vrouw, soort contract), verdeeld over de verschillende diensten, verwijst het Presidium naar de bijlage. De verzuimcijfers in dit overzicht zijn ontleend aan de statistieken van het ministerie van BZK. Bij de leeftijdscategorieën is gebruik gemaakt van een indeling A, B en C, als volgt:

A = 0–40 jaar

B = 40–60 jaar

C = 60 jaar en ouder.

Naar aanleiding van de vraag van de leden van de fractie van Groen Links over het openstellen van vacatures voor niet-ambtenaren, kan het Presidium meedelen dat het ARSG in overeenstemming met het ARAR hierbij geen beletsel vormt. In het algemeen staan alle vacatures open voor niet-ambtenaren, behoudens de aan externe werving voorafgaande herplaatsingsprocedure en de interne wervingsprocedure, zoals in het wervingsbeleid is vastgelegd.

Uitvoering motie Remkes

In antwoord op vragen van de fracties van de PvdA en VVD over de op basis van de motie Remkes gedane aanbeveling van een extern bureau om het vaste personeelsbestand in enkele diensten en dienstonderdelen van het Facilitair Bedrijf niet op het niveau van de piekvraag te laten, luidt het antwoord dat het onderzoek naar de mogelijkheden en wenselijkheden in gang is gezet. Dat onderzoek strekt zich uiteraard ook uit naar de financiële gevolgen ervan. Mocht daartoe worden overgegaan dan zal daadwerkelijke aanpassing van de formatie via natuurlijk verloop geschieden. Aanpassing van de formatie dient overigens voorwerp van overleg met de Bijzondere Commissie en met de Ondernemingsraad te zijn.

Rookbeleid

De leden van de PvdA-fractie vragen waarom het Presidium de ledenkoffiekamer en het persbuffet als werkruimte bestempelt. Het Presidium meent dat de wijze van gebruik van deze ruimten dit rechtvaardigt.

Verder vragen de leden van de fractie van de PvdA of het Presidium nadere maatregelen overweegt wanneer het rookverbod onvoldoende wordt geaccepteerd. Het Presidium wil allereerst benadrukken dat het naleven van de huisregels, waaronder het rookverbod, in eerste instantie een ieders persoonlijke verantwoordelijkheid is en doet een beroep op alle gebruikers van de gebouwen van de Tweede Kamer om ten aanzien van deze regels een behoorlijk gedrag te tonen. Door de diversiteit van de verschillende gebruikersgroepen heeft het Presidium niet de mogelijkheid in alle gevallen corrigerend op te treden anders dan door het Kamerpersoneel te vragen overtreders aan te spreken op hun gedrag. Tenslotte gaat het Presidium ervan uit dat deze kwestie ook bij de fracties intern aan de orde wordt gesteld.

Milieukengetallen

De leden van de fractie van het CDA vragen terecht de aandacht voor de hoeveelheden afval die de Tweede Kamer produceert. De hoeveelheid verschilt sterk per jaar. Ze is bijvoorbeeld afhankelijk van het aantal verhuizingen als gevolg van verkiezingen en van ingebruikname van nieuwe of gerenoveerde gebouwdelen, alsmede festiviteiten als bijvoorbeeld de viering van de Vrede van Munster. Het is daarom ook erg lastig om een vergelijking te maken met andere overheidsgebouwen. Het streven is erop gericht de hoeveelheid afval te reduceren. Daarvoor is het van belang een meet- en registratiesysteem te realiseren, opdat de effecten van besparende maatregelen gemeten kunnen worden. Daaraan wordt thans gewerkt.

Bijlage bij de Raming

De begrotingsverantwoording 1998 (stuk nr. 9) – waar leden van de fractie van GroenLinks vragen over stellen – honoreert enerzijds een verzoek gedaan bij de behandeling van de Raming voor 1999. Anderzijds sluit deze informatie aan bij de aanbevelingen van de Commissie voor de Rijksuitgaven inzake de uitbreiding van de verantwoording. De vraag of de Tweede Kamer in dezen een voorbeeldfunctie moet vervullen beantwoordt het Presidium in beginsel instemmend, zij het dat de beoogde uitbreiding van de verantwoording van ambtelijke prestaties niet los kan worden gezien van de beoordeling van de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid. Hoewel er in die zin, gelet op aard en samenstelling van de begroting van de Tweede Kamer, sprake is van zekere beperkingen, zal het Presidium zich verder beraden over de vormgeving van de Raming met bijlagen.

2. Directie Constitutioneel Proces

Inleiding

De leden van de fractie van de VVD vroegen aandacht voor het feit dat digitale informatie verloren dreigt te gaan als de data niet meer kunnen worden teruggehaald omdat de apparatuur verouderd en niet meer voorhanden is. Het Presidium onderkent dit probleem. Zolang hiervoor nog geen algemene oplossing is, zal papier als archiefexemplaar nodig blijven. Overigens is een rijksbrede onderzoeksgroep bezig om dit te bestuderen.

De fractie van Groenlinks vraagt of het project integratie van bestanden de digitale infrastructuur van de Kamer niet te veel zal belasten. Het Presidium is het uiteraard met genoemde fractie eens dat de infrastructuur het internetgebruik van het netwerk aan moet kunnen. In het lopende jaar en in het jaar 2000 zal de infrastructuur worden aangepast en de gevraagde capaciteit bieden.

Commissiebureaus

De leden van de fractie van het CDA vragen naar de relatie tussen het streven naar het aantrekken van een methodologische deskundige op het gebied van onderwijs en het versterken van de commissiebureaus enerzijds en het versterken van de onderzoeksfunctie van de Kamer anderzijds. Het Presidium wil daarover zeggen dat het aantrekken van een deskundige op het gebied van de methodologie van het onderzoek niet slechts bedoeld is voor het terrein onderwijs. Methodologie van onderzoek is een deskundigheid die betreft de wijze van het uitvoeren van een onderzoek op welk terrein dan ook. Dat staat naast de deskundige ondersteuning van commissies op het sectorale gebied.

Uit de fractie van Groenlinks komt de vraag of door de huidige toevoeging van stafmedewerkers aan de commissiebureaus en met de toevoeging van de methodologische deskundige, de onderzoeksfunctie van de Kamer voldoende is. Tevens vraagt de genoemde fractie wat het verschil is met het verleden als voor specifiek onderzoek deskundigen worden ingehuurd. Het Presidium ziet het belang van de onderzoeksfunctie van de Kamer in verschillende fasen van ondersteuning geëffectueerd:

I het per sector, ondersteunen door de deskundigheid voor de dagelijks gang van zaken per vaste commissie;

II het kunnen beschikken over methodologische deskundigheid op het gebied van onderzoek;

III het in voorkomende specifieke gevallen aantrekken van deskundigen op basis van de bestaande kennis van wat er in het land aan specialisme aanwezig is.

Het Presidium heeft hier uitsluitend de ondersteuning op het oog. Daarnaast staat het instrumentarium van de Kamer-werkwijze waardoor de onderzoeksfunctie van de Kamer word geëffectueerd. Te noemen vallen: vragen (mondeling en schriftelijk), interpellaties, alle overlegvormen, hoorzittingen, werkbezoeken, werkgroepen, tijdelijke commissies, enquêtes.

3. Directie Facilitair Bedrijf

Algemeen

In antwoord op de vraag van de fractie van het CDA wie de directie van het Facilitair Bedrijf als klant beschouwt stelt het Presidium vast dat in beginsel alle kamerbewoners als klanten moeten worden aangemerkt. Voor het bespreken en vaststellen van te leveren producten en diensten vindt overleg plaats met klantengroepen, zoals de fracties, het kamerpersoneel en de parlementaire pers, die ieder hun eigen wensen en mogelijkheden, alsmede hun eigen overlegmogelijkheden hebben. De Kamer moet zich ervan bewust zijn dat de wensen van die verschillende groepen en ook die van de personen binnen die groepen, kunnen uiteenlopen en soms zelfs tegenstrijdig zijn. Uiteindelijk stelt het Presidium op hoofdlijnen de aard en omvang van de dienstverlening vast.

Interne Dienst

De leden van de fractie van de PvdA vroegen naar de betekenis van de «kleine opknapbeurt» van het vergadergedeelte in de nieuwbouw. Dit is inmiddels zeven jaar geleden opgeleverd. Gevolg is, dat op sommige plekken van slijtage sprake is. Dit geldt zowel voor de zalen zelf als voor de inrichting. Er wordt naar gestreefd de gevolgen van deze slijtage weg te nemen. Daarnaast wordt het aanwezige voorzieningenniveau bekeken; standaardvoorzieningen per zaal kunnen de gebruiksvriendelijkheid en -snelheid verbeteren.

In antwoord op de vragen van de leden van de fracties van PvdA, VVD en GroenLinks over de toekomstige ruimteverdeling, het vlekkenplan en de Vijverhof wordt opgemerkt dat wij willen voorkomen dat herindelingen na verkiezingen steeds leiden tot soms ingrijpende verhuisoperaties, niet alleen voor de fracties, maar ook voor tal van diensten van de Kamer.

Nu binnenkort de laatste fase van het Binnenhofcomplex is gerenoveerd – het gebouw Binnenhof 7 komt in het zomerreces weer beschikbaar – en daarmee alle voor de fracties bestemde locaties gereed zijn, kan een meer definitieve indeling ten behoeve van de fracties worden voorgesteld. Overigens betekent dat nog niet dat de fracties dan reeds kunnen beschikken over de nu aan hen op basis van het vigerende program van eisen toegedachte 48 m2 per lid. Dat is pas het geval als in de loop van 2002 het gebouw Plein 23 c.a. beschikbaar komt.

Er vindt momenteel overleg plaats met de Rijksgebouwendienst over de vraag of er aanleiding is het oorspronkelijke programma van eisen naar boven bij te stellen. Dit zou nodig kunnen zijn indien bij nader inzien, o.m. tengevolge van de uitvoering van de voorstellen van de commissie Doelman-Pel over de fractieondersteuning en de toegenomen ARBO-eisen, de aan de fracties toegedachte vierkante meters ontoereikend blijken. Bovendien vraagt de toenemende onderzoeksbehoefte om meer werkruimte. Daarbij is ook de vraag aan de orde of de Vijverhof, dan wel een alternatieve locatie voor de Tweede Kamer beschikbaar moet blijven c.q. moet komen. Daarover vindt eveneens overleg plaats met de gemeente Den Haag. Een nieuw vlekkenplan zal binnenkort aan het Presidium worden voorgelegd.

In antwoord op de vraag uit de fractie van GroenLinks over de besteding van de budgetten voor kantoorinrichting en automatisering, laat het Presidium weten dat wordt overwogen om tot een vorm van budgetvorming c.q. -overheveling te komen. Zo krijgen fracties zelf meer verantwoordelijkheid voor inrichting en automatisering. Dat biedt de fracties ook meer ruimte om binnen bepaalde, nader vast te stellen kaders zelf aanschaffingen in deze sfeer te doen en keuzes te maken.

Restaurantbedrijf

In antwoord op de vragen van de leden van de fracties van PvdA en GroenLinks over de Bistro, kan worden opgemerkt dat deze geheel ingerichte ruimte voorheen 's avonds onbenut was. Het huidige gebruik ervan, is – afgezien van de personeelskosten – budgettair neutraal, waarbij de uitgebreidere kaart ook geboden wordt in het Ledenrestaurant. Deze twee restauratieve voorzieningen functioneren voor een groot deel als communicerende vaten, waarbij de Bistro voor niet-leden een extra en voor velen aantrekkelijke mogelijkheid biedt om de avondmaaltijd binnenshuis te genieten. Mocht de belangstelling voor de Bistro afnemen – de cijfers wijzen overigens op het omgekeerde – dan kan het experiment worden afgeblazen.

In samenhang hiermee antwoordt het Presidium op de vragen van bovengenoemde fracties over de eventuele beperking van de aangeboden diensten en producten van het restaurantbedrijf dat het voorstellen terzake afwacht van de directeur van het Facilitair Bedrijf. Overigens gaat het hier niet om drastische ingrepen, maar om redelijke rationalisaties, zoals nu al is besloten en uitgevoerd wat betreft de aanpassing van de openingstijden van het Ledenrestaurant als de Kamer na 16.00 uur niet meer vergadert en om bijvoorbeeld voortaan geen zes soorten brood en broodbeleg, maar vier soorten te bieden. Daarbij zal ook de vraag van de leden van de fractie van GroenLinks moeten worden beantwoord of het vervangen van een deel van het assortiment door biologisch geteelde en geproduceerde producten in de rede ligt.

In antwoord op de vraag van de fractie van het CDA, over een terrasvoorziening in de Statenpassage voor kamerbezoekers, zegt het Presidium toe dit te zullen onderzoeken. Overigens voegt het daaraan toe dat er inmiddels opnieuw overleg wordt gevoerd met o.m. de gemeente Den Haag over een terrasvoorziening op de Hofplaats.

4. Stafdienst P en O

Mobiliteitsbank

Naar aanleiding van de vraag uit de fractie van het CDA over de toegankelijkheid van de Mobiliteitsbank Rijksoverheid voor fractiepersoneel, kan het Presidium meedelen dat deze bank via het Intranet in de maanden juli-augustus ter beschikking van alle ambtenaren zal komen, zulks in overeenstemming met de interdepartementale besluitvorming. Eind 1999 zal worden bekeken welke andere organisaties toegang kunnen krijgen en wat de voorwaarden voor aansluiting zijn. Aan aansluiting zijn enerzijds financiële verplichtingen verbonden, anderzijds de plicht de eigen vacatures aan te melden. Hoewel het fractiepersoneel in deze zin (nog) niet aan de mobiliteitsbank kan deelnemen, kunnen vacatures wel via andere werkplekken binnen de Tweede Kamer, bijvoorbeeld bij de stafdienst Personeel en Organisatie, ingezien worden.

Ziekteverzuim

Naar aanleiding van de vraag van de leden van de fractie van GroenLinks over het hoge ziekteverzuim, kan het Presidium meedelen dat de percentages bij de verschillende Hoge Colleges bedragen: Tweede Kamer: 8,10%, Eerste Kamer: 6.86%, Algemene Rekenkamer: 6,22%, Raad van State: 7,33%, Nationale Ombudsman: 3,50% (voortschrijdende jaartotalen 1998 van het CBS). Als enige van de Hoge Colleges is het ziekteverzuimpercentage bij de Tweede Kamer gedaald ten opzichte van 1997. Rijksbreed is het ziekteverzuim, na een aanvankelijke daling, evenals in de marktsector, gestegen (1998: 6,83% t.o.v. 6,24% in 1997).

In het algemeen is het ziekteverzuim bij uitvoerende diensten hoger dan bijvoorbeeld bij beleidsdirecties en adviesorganen, waar het functieniveau gemiddeld hoger is. Over de oorzaken van dit hogere verzuim heeft analyse van de «ziekteinformatieformulieren» door de Arbodienst van de Tweede Kamer, de AMG, meer inzicht gegeven. Het blijkt dat klachten over de arbeidsomstandigheden (genoemd worden: binnenklimaat, werkplekinrichting, organisatieaspecten) en het hogere aantal oudere werknemers (vaker dan in de vergelijkingsgroep, overheid) belangrijke verzuimoorzaken zijn. De 50+ medewerkers zijn een extra kwetsbare groep. In samenwerking met de AMG worden de gevonden factoren als basis voor nader beleid, gericht op het verder terugdringen van het ziekteverzuim, gebruikt.

Verder zullen de effecten van de eerder genomen maatregelen, waaronder een training verzuimbegeleiding en verzuimpreventie, waaraan een zeer groot deel van alle leidinggevenden heeft deelgenomen, pas over een langere termijn zichtbaar worden. Dit effect zal versterkt worden door het opstellen van streefcijfers, de versterking van de beleidsfunctie van de SMT's, ondersteuning van direct leidinggevenden ten aanzien van het voeren van verzuimgesprekken en een verbetering van de uitvoering van de procedures (ziek- en herstelmeldingen, USZO). De AMG voert verder PAGO's (periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek) uit en zal voor individuele medewerkers werkplekonderzoeken verrichten.

Allochtonen

Naar aanleiding van de vraag van de leden van de fractie van Groen Links, op welke wijze inschakeling van werknemers uit allochtone kring kan worden bevorderd, kan het Presidium meedelen dat er diverse maatregelen worden genomen om de instroom in respectievelijk de doorstroom naar hogere functies van etnische minderheden te bevorderen. Te noemen zijn: cursussen Nederlands die, mede met subsidie van het A+O-fonds Rijk, worden gegeven aan allochtone medewerkers, continuering van het bestaande wervings- en selectiebeleid, waarbij allochtonen bij gelijke geschiktheid voorkeur krijgen bij aanstelling, heroverweging van de huidige wervingskanalen, themadagen over de multiculturele organisatie.

Daarnaast is het bevorderen van de multiculturele organisatie aandachtspunt in het gehele personeelbeleid (met name loopbaanbeleid en managementontwikkeling). De Kamer sluit aan bij ontwikkelingen die rijksbreed opgezet worden, onder meer naar aanleiding van het recent verschenen rapport van het ISEO: «Ongekend talent». In het bijzonder gaat het daarbij om maatregelen rond werving en selectie zoals de Mobiliteitsbank Rijksoverheid, het Traineeproject Rijksoverheid (waar de Kamer vanaf de tweede tranche aan deelneemt) en maatregelen in de sfeer van arbeidsmarkt-communicatie, gericht op het verbeteren van het imago van de rijksoverheid bij hoger opgeleiden van allochtone herkomst.

Vervoerplan

Op de vraag van de leden van de fractie van het CDA, wat de consequenties zijn voor de individuele OV-kaarten en de OV-partnerkaarten van het nieuwe contract met de NS, antwoordt het Presidium dat het bij een OV-jaarkaart en een NS-jaarkaart mogelijk is een aantal bijkaarten te kopen. Deze bijkaarten kunnen met ingang van 1 juni 1999 niet meer in de ochtendspits worden gebruikt.

Op de vraag van de leden van de fractie van de PvdA welke kortingen de NS verlenen en wat de reden is om deze niet langer te verlenen, antwoordt het Presidium dat, indien gedurende de contractperiode tenminste 25 vervoerbewijzen (exclusief de NS- en OV-Jaarkaarten bestemd voor gezinsleden) zijn besteld, op de prijzen van de reeds geleverde en nog te leveren vervoerbewijzen kortingen worden toegepast. Nadere gegevens liggen ter inzage bij het Presidiumsecretariaat.

Voor wat betreft het terugdringen van de taxikosten geldt, dat na afloop van een avondvergadering gemiddeld zeven personen gebruik maken van de taxiregeling. Bij het in eigen beheer nemen hiervan, zal een (bijna) gelijk aantal auto's beschikbaar moeten zijn. De kosten van taxivervoer in 1998 bedroegen 0,025 mln. Deze kosten staan niet in verhouding tot de noodzakelijk te maken kosten voor taxivervoer in eigen beheer.

5. Stafdienst Communicatie

In antwoord op een vraag uit de fractie van de PvdA over het tegengaan van ongewenste e-mail, stelt het Presidium vast dat er geen principieel verschil bestaat tussen een huisadres, een telefoonnummer en een e-mailadres. Zolang de laatste twee openbaar worden gemaakt, kan dat tot ongewenste communicatie leiden. Vanzelfsprekend kunnen bij ernstig misbruik van de mailvoorzieningen passende maatregelen worden getroffen.

De leden van VVD-fractie vragen hoeveel hits de Internetsite van de Tweede Kamer heeft gehad in 1998 en hoe de verhouding is met andere overheidssites. Het Presidium kan melden dat in 1998 ongeveer 3 000 000 externe bezoeken aan onze site zijn gebracht. De vergelijking met andere overheidssites is echter moeilijk, aangezien iedere organisatie een eigen methodiek heeft voor de berekening van de jaarcijfers. In ons geval betreft het een absoluut getal waarbij bijvoorbeeld ook de niet bedoelde externe bezoeken worden meegerekend (bezoekers die onze site meteen weer wegklikken), terwijl bij geraadpleegde ministeries alleen de gerichte hits worden geteld (bezoeken aan de site van langer dan een x-aantal seconden). Dit laatste is bij ons systeem niet mogelijk. Ook wordt bij ministeries in sommige gevallen het interne gebruik van de eigen site bij de totaalcijfers meegerekend.

In antwoord op de vraag van de VVD-fractie of Parlando gratis voor het publiek ter beschikking staat, deelt het Presidium mee dat Parlando een dienstverlening van de SDU is. De Kamer stelt in het kader van integratie bestanden een vergelijkbare dienst gratis ter beschikking aan het publiek.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 03.01

De suggestie van de VVD-fractie ruimte in de begroting op te nemen in verband met de premie Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ), acht het Presidium thans nog niet opportuun. Over dit onderwerp, aanhangig gemaakt door de commissie Emolumenten, is het Presidium in overleg met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Een voorstel tot ramingsverhoging wekt de indruk alsof het Presidium, vooruitlopend op de uitkomsten van het overleg met de minister van BZK, reeds heeft ingestemd met een volledige compensatie van te betalen WAZ-premie uit de kamerbegroting. Het Presidium is zich echter goed bewust van het belang van deze kwestie.

Op vragen van de fractie van GroenLinks over budgettaire consequenties van het eventueel afschaffen van de huidige neveninkomstenregeling, wenst het Presidium als volgt te reageren. Het Presidium beschikt sinds kort over een advies van de Commissie Emolumenten over deze regeling en heeft dienaangaande nog geen standpunt geformuleerd. In de richting van de GroenLinks-fractie merkt het Presidium op dat de eventuele budgettaire consequenties – die overigens aanzienlijk lager worden ingeschat dan de cijfers die de genoemde fractie vermeldt – onderdeel zijn van de afweging die het Presidium maakt.

Artikel 03.04

In reactie op de vraag van leden van de CDA-fractie over de constantheid van de post wachtgelden, merkt het Presidium het volgende op. De Raming 2000 alsmede de meerjarenramingen tot en met 2004 gaan uit van het huidige bestand aan wachtgeldgerechtigden. Het Presidium is met de CDA-fractie van mening dat inspanningen gericht moeten zijn op het verlagen van het aantal gerechtigden en op het zo mogelijk verlagen van het ramingsbedrag. Ondanks de inspanningen en de projecten in USZO-verband waar de Tweede Kamer in participeert, kiest het Presidium er voor de meerjarige verplichtingen te handhaven zulks vanwege de relatief hoge gemiddelde leeftijd van de wachtgeldgerechtigden (55 jaar).

In antwoord op vragen van de leden van de fractie van GroenLinks naar de precieze bestemming van het onderzoeksbudget, merkt het Presidium in zijn algemeenheid op dat met het onderzoeksbudget wordt beoogd die uitgaven te financieren die voortvloeien uit door de Tweede Kamer verlangd onderzoek en waarvoor binnen de begroting van de Tweede Kamer niet al elders een voorziening is getroffen. Te denken is aan de kosten van externe expertise, specifieke materiële voorzieningen, kosten van ten behoeve van onderzoek gedetacheerde ambtenaren van buiten de Kamer als ook de personeelskosten van kamerpersoneel dat, gedurende het onderzoek, is toegevoegd aan de onderzoeksstaf. Ter motivering van dit laatst zij opgemerkt dat, als gevolg van het tijdelijk onttrekken van kamerambtenaren aan de formatie van hun dienst, veelal uitzendkrachten nodig zijn.

De personeelsuitgaven met betrekking tot reguliere onderzoeksfuncties binnen de commissiebureaus komen, niet ten laste van het onderzoeksbudget, maar van het personeelsbudget (van de Directie Constitutioneel Proces). Het onderzoeksbudget bedraagt structureel f 1 mln. De uitgaven in 1998 beliepen f 0,111 mln en hadden betrekking op de ICT-projectbeoordeling ten behoeve van de commissie OCW. Ter verklaring van het verschil zij opgemerkt dat, naast een lagere onderzoeksintensiteit, het ten behoeve van de commissies noodzakelijke onderzoek zoveel mogelijk door de staven van de commissiebureaus zelf is uitgevoerd, zonder dat de kosten hiervan ten laste van het onderzoeksbudget zijn gebracht.

In reactie op de vraag van de leden van de fractie van Groen Links over de kunst in de Kamer, wijst het Presidium erop dat de Kunstcommissie, samen met het ICN (Instituut Collectie Nederland, de vroegere Rijksdienst voor de Beeldende Kunst), een versterking van de kwaliteit van de kunst in de Kamer voorbereidt. Het hoofd van de Interne Dienst is als adviseur aan de Kunstcommissie toegevoegd. Hij is verantwoordelijk voor het materiële beheer van de kunst in de Kamer. Daarom ligt het voor de hand, dat hij het kunstbudget, in overleg met de Kunstcommissie, beheert. Het beleid van het Presidium m.b.t. het te voeren kunstbeleid bij de Kamer gaat uit van een versterking van voor ons land representatieve kunstuitingen in de openbare ruimtes van het Tweede-Kamercomplex.

Automatiseringsbeleid

Op de vraag uit het CDA, welke kosten zijn gemoeid met de inrichting van de tweede computerruimte, en op een opmerking uit de de fractie van de PvdA, antwoordt het Presidium dat begin 1999 een eerste raming is gemaakt van de kosten. Deze raming komt uit rond de fl. 2,5 mln. In deze kosten zijn begrepen de uitgaven die nodig zijn om de beoogde ruimte te voorzien van de juiste bouwkundige en infrastructurele voorzieningen, netwerkvoorzieningen, de benodigde centrale computersystemen en de benodigde software licenties. In de zomerperiode zullen de Dienst Automatisering en de Interne Dienst, samen met de Eerste Kamer en een deskundig bureau, een nader onderzoek uitvoeren. Naar aanleiding daarvan kan de raming worden aangescherpt.

De kosten van deze investering zijn verantwoord op de begroting van de Eerste Kamer. Dit is gedaan omdat de Eerste Kamer de feitelijke ruimte beschikbaar stelt, die in de Tweede Kamer niet voorhanden was: De Eerste Kamer gaat met de komst van Integratie Bestanden steeds meer gebruik maken van de IT-infrastructuur van de Tweede Kamer. De budgetten zijn beschikbaar in de begrotingsjaren 2000 en 2001. In 1999 vinden de voorbereidende werkzaamheden plaats.

De leden van de PvdA-fractie vragen zich af of de Dienst Automatisering erin slaagt voldoende gekwalificeerd personeel aan zich te binden en in dienst te houden. Inderdaad zal de concurrentie op de arbeidsmarkt voor IT personeel naar verwachting nog aanhouden. Ons huidige personeelsbestand kent echter weinig verloop. Ondanks de krapte op de arbeidsmarkt stimuleert de Dienst Automatisering de mobiliteit van de medewerkers. Vernieuwing van het personeelsbestand brengt stimulans in kennis en nieuwe ervaring. De manier waarop de mobiliteit kan worden bevorderd kan ook worden benut om vacatures op te vullen, namelijk via Interim Functievervulling met departementen of andere overheden. Plotselinge gaten in de formatie zijn tot op heden vrij snel opgevangen door middel van het inhuren van tijdelijke krachten. Verder zullen de opzet van de nieuwe Dienst Automatisering en de toepassing van het opleidings- en beloningsinstrument mensen voor een bepaalde periode kunnen binden. In het afgelopen jaar heeft interne mobiliteit twee gekwalificeerde medewerkers opgeleverd.

Met de investeringen in 1998, 1999 en een restant in 2000 heeft de Tweede Kamer – dit in antwoord op een betoog en vragen van de VVD-fractie – de achterstand op het terrein van de IT-infrastructuur en software (licenties) ingelopen. Het gaat daarbij ook om de investeringen in hard- en software welke nodig zijn om Integratie Bestanden te laten functioneren. Hard- en software zijn echter aan veroudering onderhevig (technische en functionele afschrijvingen) en zullen derhalve periodiek vervangen of opgewaardeerd moeten worden. In de meerjarencijfers is reeds rekening gehouden met het periodiek vervangen van deze apparatuur en licenties. Wanneer de bedrijfsvoering en dienstverlening van de Tweede Kamer verder toenemen en de eisen aan de IT-infrastructuur moeten worden aangescherpt, kunnen aanvullende investeringen niet uitgesloten worden. De Dienst Automatisering zal in die gevallen een investeringsbegroting maken. Belangrijkste verschil ten opzichte van afgelopen periode is dat er niet meer vanuit een achterstandsituatie gehandeld hoeft te worden.

Het aanleveren van stukken per e-mail is momenteel technisch reeds mogelijk. Deze situatie wordt geoptimaliseerd wanneer de ambtelijke organisatie na het zomerreces '99 de beschikking krijgt over dezelfde faciliteiten waar de fracties nu over beschikken. Wel zal nog aandacht besteed moeten worden aan de procedurele kant van deze werkwijze.

In antwoord op vragen uit de CDA-fractie deelt het Presidium mee dat de problemen met betrekking tot het Leden Thuis project in kaart zijn gebracht en besproken met de externe partners in het project.

Wat betreft de communicatiefaciliteiten bereidt de Dienst Automatisering op dit moment een eigen inbelvoorziening voor die naar verwachting in het zomerreces gerealiseerd gaat worden. Met de realisatie van deze voorziening zullen veel problemen worden opgelost. Met het realiseren van een eigen inbelvoorziening zal de elektronische communicatie van en naar de privé-adressen verbeteren.Met WANG worden op dit moment nadere afspraken gemaakt over de kwaliteit van de helpdesk en technische ondersteuning. Naar verwachting zullen deze afspraken begin juni worden afgerond. Het contract met WANG is formeel niet geëvalueerd. Wel zijn naar aanleiding van de klachten door de gebruikers gesprekken met WANG gestart waarbij vanuit de Tweede Kamer de kwaliteit van de realisatie van dit contract aan de orde is gesteld. Momenteel worden nadere afspraken met WANG gemaakt over de uitvoering gedurende de resterende contractperiode. Bijstelling van het contract hoort tot de mogelijkheden.

Momenteel wordt de nieuwe software getest bij WANG en de Dienst Automatisering. De planning is om eind juni de eerste afspraken te gaan maken met de deelnemende leden om de software op hun laptop te vervangen. Wat betreft de hardware bestaan er nog geen plannen voor vervanging.

De leden van de PvdA-fractie zijn benieuwd naar de financiële gevolgen voor de leden van een betere inbelvoorziening bij het leden thuis project. De huidige kosten om in te kunnen bellen – zo antwoordt het Presidium – op het interne netwerk van de Tweede Kamer betreffen de abonnementsgelden die aan de Internetprovider Euronet worden betaald. Deze bedragen fl. 299,00 per jaar exclusief BTW, per gebruiker. Deze kosten betaalt de Tweede Kamer en worden niet aan de leden doorberekend. Bij het inrichten van een eigen inbelvoorziening zullen de abonnementsgelden bij Euronet vervallen. Voor het gebruik maken van de Tweede Kamer voorziening zullen geen kosten in rekening worden gebracht. Dit betekent dat deze aanpassing voor de deelnemende leden budgettair neutraal zal verlopen. De Tweede Kamer begroting realiseert een besparing op abonnementsgelden, maar zal extra kosten moeten maken voor software en beveiliging.

Printerplan

Uit de Groenlinks-fractie wordt gevraagd naar de nieuwe invulling van het printerplan, waarbij de invulling van één printer per persoon wordt omgezet in één printer per kamer. Het Presidium deelt mee dat het voorgestelde printerplan een iets specifiekere invulling geeft dan in de vraagstelling wordt weergegeven. In ieder geval zullen leden en hoofden van ambtelijke diensten over een eigen printer kunnen beschikken. Wanneer echter twee personen op één kamer gehuisvest zijn, wordt uit efficiency-overwegingen één printer geplaatst die door beiden kan worden aangestuurd. Deze situatie doet zich bij de GroenLinks fractie veelvuldig voor waardoor het oorspronkelijke uitgangspunt voor de leden niet altijd wordt gerealiseerd. Dit mag echter geen gevolgen hebben voor de manier van werken van betrokkenen. Ook in andere fracties doet deze situatie zich voor.

Millennium

In antwoord op de vragen van de leden van de fractie van het CDA, kan worden meegedeeld dat begin april 1999 de hoofdbestanddelen van het beveiligingssysteem GBBS zijn vervangen door nieuwe, modernere apparatuur en software. Deze nieuwe apparatuur en bijbehorende software zijn mede vanwege het eventueel te verwachten millenniumprobleem aangeschaft. Een dezer dagen zal het vernieuwde systeem worden opgeleverd. Daarbij zal een millenniumverklaring worden gevoegd. De vervanging van de telefooncentrale ligt op schema en is voorzien voor oktober 1999.

Het tijdschema voor het GBBS – waar de leden van de CDA-fractie naar vragen – is als volgt:

– GBBS: Softwarematig reeds gerealiseerd. Dat houdt in dat er geen millenniumprobleem meer verwacht wordt. Hardwarematige aanpassingen worden dit jaar nog overwogen.

– Omnivers: Software is binnen en wordt op korte termijn verwerkt

– Telefooncentrale: Realisatie in het vierde kwartaal van 1999

– Datanetwerk: (actieve componenten: vierde kwartaal 1999, bekabeling in 1999 en 2000)

De software die niet millenniumproof is, is de zogenaamde beheerssoftware. Dit is programmatuur waarmee de netwerkbeheerder het technisch beheer op het netwerk kan uitvoeren. Deze software detecteert en signaleert problemen die zich over het gehele netwerk kunnen voordoen. Het biedt de beheerder tevens mogelijkheden om analyses te plegen en oplossingen te realiseren. Deze software werkt na 1 januari 2000 niet meer. Het netwerk zelf (hardware en bekabeling) draait echter gewoon door. Het wordt alleen onzichtbaar voor de beheerder. Dit laatste vormt een groot risico voor de continuïteit van het netwerk, en daarmee de bedrijfsvoering van de Tweede-Kamerorganisatie. Het datatransport gaat gewoon door. De bestanden blijven toegankelijk. Het risico van crashes neemt toe omdat niet meer gesignaleerd kan worden waar het netwerk overbelast is.

Artikel 03.08

Naar aanleiding van de vraag van de PvdA-fractie waarom de vier kleine fracties van de korting op de fractiekostenbudgetten worden uitgezonderd, vestigt het Presidium er allereerst de aandacht op dat bij de overige vijf grote fracties tot nu toe nog geen sprake is van daadwerkelijk geëffectueerde kortingen. Op dit moment gaat het om een blokkade op onderdelen van de betrokken budgetten. Mede gelet op de bevindingen inzake de stand van zaken in de begrotingsuitvoering, zal het Presidium nog voor het zomerreces aangeven of deze blokkade definitief moet worden omgezet in feitelijke taakstellingen voor 1999. Het Presidium heeft inderdaad de genoemde fracties van deze maatregel uitgezonderd, omdat de bedrijfsvoering bij deze, kleinere, fracties en daarmee de ondersteuning teveel onder druk dreigden te komen.

Het aandeel van het fractiekostenbudget – dit in antwoord op een vraag uit de fractie van Groen Links – in de doelmatigheidstaakstelling regeerakkoord 1998 omvat het volgende (bedragen x f 1.000):

 1999200020012002 e.v.
– doelmatigheidstaakstelling inzake fractiekostenbudget4138901 3141 750

Het kabinet heeft ingestemd met het voorstel van het Presidium om jaarlijks in de uitvoering te bezien of de Tweede Kamer in staat is besparingen te realiseren ter hoogte van het bedrag van deze inspanningsverplichting. Bij de berekening van de taakstelling per fractie is in zoverre rekening gehouden met de grootte van de fractie, dat de omvang van de onderscheiden fractiebudgetten als wegingsfactor is gehanteerd.

Artikel 03.13

De leden van de PvdA-fractie vragen om toelichting op het reisbudget. Inderdaad placht dit in het verleden verre van uitgeput te worden. De commissies beschikten in 1997 en 1998 reeds over eigen budgetten, maar hebben daar lang niet alle gebruik van gemaakt, hetgeen met name in een verkiezingsjaar wel begrijpelijk is. Het Presidium heeft gaandeweg de flexibiliteit voor het gebruik van deze budgetten vergroot, door toe te staan dat eerst ongebruikte gelden uit vorige jaren worden ingezet en vervolgens door niet uit te sluiten dat ook gelden van het volgend jaar worden gebruikt. Dit laatste is echter slechts mogelijk met toestemming van het Presidium, per keer te geven. Er is geen sprake van dat commissies nog bezig zijn «reisschulden» uit een ver verleden af te lossen.

Artikel 04.02

De fractie van het CDA vraagt of de overgang op digitale bandopnamen voor de stenografische dienst, personele consequenties heeft. Het Presidium kan hierover op dit moment geen uitspraken doen. Immers, die overgang is in de eerste plaats aan de orde als mogelijkheid ter vervanging van de afgeschreven oude apparatuur. Studie naar verder digitaal vastleggen van het thans via steno vereeuwigen kan pas in 2001 of later worden verwacht.

Stuk 11 107 Huisvesting der Kamer

Het antwoord op de vraag van de leden van de fractie van de PvdA over de groenstrook tussen de nieuwbouw en het Binnenhof is, dat deze binnentuin wordt opgeknapt als onderdeel van de renovatie van Binnenhof 7. Aanvankelijk was het de bedoeling de tuin tijdelijk te gebruiken als opslag voor bouwmaterialen en moesten er steigers worden geplaatst. Nu dat niet nodig is gebleken, kan de verfraaiing ervan nog deze nazomer ter hand worden genomen.

In antwoord op een vraag van de leden van de fractie van de PvdA over de kosten van Plein 23, kan worden meegedeeld dat de Rijksgebouwendienst een aantal jaren geleden een raming heeft gemaakt op basis van de beschikbare kengetallen voor andere bouwprojecten, die min of meer vergelijkbaar zijn. Daar zat onvermijdelijk enige onvoorspelbaarheid in. Bovendien zijn toen niet alle later ingebrachte wensen meegenomen, zoals de ondergrondse verbinding via de parkeergarage tussen het hoofdgebouw een Plein 23.

In antwoord op een vraag van de leden van de fractie van de VVD over de noodzaak van de in Plein 23 gedachte enquêtezaal, kan worden vastgesteld dat deze wens terecht zeer breed leeft. De ervaring van de afgelopen jaren heeft geleerd, dat het steeds moeilijker wordt ruimte te vinden voor parlementaire enquêtes en andere onderzoeken. Bovendien acht het Presidium het minder gewenst dat voor enquêtes een beroep moet worden gedaan op de Eerste Kamer. Hoewel men zich steeds welwillend opstelt, kost het daar de nodige hoofdbrekens om aan onze wensen tegemoet te komen. Het Presidium is voorts van mening dat het ter wille van correcte beeldvorming meer voor de hand ligt om dergelijke activiteiten in het eigen gebouw te laten plaatsvinden. Dat is ook een van de belangrijkste redenen geweest, waarom het kabinet zich akkoord heeft verklaard met de uitbreiding van het Tweede Kamercomplex. Dat een dergelijke faciliteit slechts weinig gebruikt zal worden, is op grond van ervaringen van de afgelopen jaren ook niet te verwachten. Overigens zal deze zaal ook beschikbaar zijn voor andere activiteiten en vergaderingen dan in het kader van onderzoek en enquêtes.

Overige vragen

In antwoord op de vragen van de leden van de fractie van de PvdA over de mogelijkheden en kosten van een sportruimte in de Tweede Kamer, stelt het Presidium vast dat van de beschikbare sportruimte in het gebouw Vijverhof, die weliswaar niet volgens de laatste eisen, maar wel redelijk volledig is ingericht, nauwelijks nog gebruik wordt gemaakt, terwijl men daar eventueel dag en nacht terecht kan.

Inmiddels is overeenstemming bereikt met het Ministerie van Defensie, dat, op korter dan vijf minuten lopen van de Tweede Kamer, een volgens de modernste inzichten ingerichte fitnessruimte met professionele begeleiding beschikbaar heeft. De bewoners van de Tweede Kamer zijn daar ruim vier uur per werkdag welkom. Dat betekent dat in principe zeker 200 kamerbewoners daar twee keer per week om niet gebruik van kunnen maken. De eventuele fiscale gevolgen van deze faciliteit voor de individuele deelnemers komen voor ieders eigen rekening. Binnenkort zal hierover een mededeling in de Kamerbode worden geplaatst en kunnen belangstellenden zich melden, waarbij men zich wel tot twee keer per week verplicht, omdat een lagere frequentie geen zin heeft.

Op vragen van de leden van de fractie van de PvdA over de invulling van de zgn. verplichte vrije dagen op 3, 4 en 5 mei, antwoordt het Presidium dat het met het oog op de efficiënte inzet van het kamerpersoneel gewenst is dat er enkele verplichte vrije dagen worden aangewezen aansluitend aan officiële feestdagen. Dat betekent onvermijdelijk een beperking van de dienstverlening, zij het dat het stellen van schriftelijke vragen, het vermenigvuldigen en verspreiden van de antwoorden van een enquêtecommissie, de postvoorziening e.d. gewoon doorgaan. Het voornemen om verplichte vrije dagen aan te wijzen, is in het Presidium besproken en goedbevonden. Bovendien zijn alle fracties, anders dan in voorgaande jaren, afzonderlijk schriftelijk benaderd met de vraag of dit op bezwaren zou stuiten. Alleen de fracties van de SP en het GPV hebben daarop laten weten een beperkt beroep op de dienstverlening te willen doen. Daarin is vervolgens voorzien. De telefonische bereikbaarheid zal bij volgende gelegenheden worden verbeterd.

De Voorzitter,

De Griffier

BIJLAGE Bijlage bij Nota naar aanleiding van het Verslag

Organisatie-eenheid% ziekM/VAant.in %Tijd.VastTijd in%Vast in %Leeftijdscat. %
         ABC
Staf Griffier0,18man229%1150%50% 2512,5
  vrouw571%1420%80%37,525 
Bedr.Maats.Werk2,11vrouw2100%020%100% 100 
P&O3,95man531%1420%80%12,618,8 
  vrouw1169%1109%91%2543,6 
Communicatie4,22man735%4357%43%15,721,1 
  vrouw1365%4931%69%31,631,6 
FEZ2,3man536%050%100%23,115,3 
  vrouw964%090%100%30,830,8 
Staf Const.Proces27,13man125%010%100% 25 
  vrouw375%030%100% 5025
Commissiebureaus5,65man2136%31814%86%11,222,2 
  vrouw3764%43311%89%31,435,2 
Griffie1,96man853%080%100%2033,3 
  vrouw747%070%100%33,313,4 
Post en Archief10,6man1478%21214%86%42,728,64,8
  vrouw422%1325%75%4,819,1 
Documentatie9,37man1744%1166%94%14,624,54,9
  vrouw2256%2209%91%34,121,9 
Bibliotheek0,95man563%050%100%5012,5 
  vrouw337%030%100%2512,5 
Ondersteuning11,73man550%050%100%4010 
  vrouw550%050%100%2030 
Staf Fac.Bedrijf8,23man150%10100%0% 25 
  vrouw150%010%100% 75 
Beveiliging4,85man3678%43211%89%55,323,3 
  vrouw1022%1910%90%4,310,76,4
Bodedienst15,06man1763%21512%88%23,338,43,8
  vrouw1037%3730%70%15,319,2 
Huishoudelijke afd.13,84man1523%21313%87%10,113 
  vrouw4977%74214%86%10,162,54,3
B&I techniek4,48man1387%1128%92%33,360 
  vrouw213%020%100%6,7  
Interne Dienst6,72man2069%31715%85%16,527,8 
  vrouw921%1811%89%9,543,62,6
Automatisering9,57man2175%51624%76%33,345,8 
  vrouw725%1614%86%020,9 
Restaurant/Leiding3,55man660%060%100%33,3  
  vrouw440%1325%75%33,333,4 
Restaurant/Keuken15,09man2593%61924%76%55,633,33,7
  vrouw27%020%100% 7,4 
Restaurant/Bediening11,40man1442%5936%64%6,432,3 
  vrouw1958%21711%89%19,342 
Enquête commissie0,00man375%030%100%5025 
  vrouw125%010%100%25  
Overig man1100%10100%0% 100 
Stenografische Dienst7,52man3659%0360%100%1541,7 
  vrouw2541%0250%100%10303,3
Griffie I.B.0,98man350%030%100%  50
  vrouw350%030%100%  50
Totaal8,45 564 7149312,6%87,4%   

In bovenstaand overzicht zijn personeelsleden die gedetacheerd zijn bij de Tweede Kamer niet opgenomen omdat zij niet in de salarisadministratie worden geregistreerd. Het betreft in totaal 5 personen bij DCP en 2 bij DFB.

Naar boven