26 456
Nieuwe regels omtrent het openbaar vervoer, besloten busvervoer en taxivervoer (Wet personenvervoer 2000)

nr. 11
AMENDEMENT VAN HET LID VAN DEN BERG

Ontvangen 23 maart 2000

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Aan artikel 25 worden 3 nieuwe leden toegevoegd, luidende:

3. Onze Minister kan, indien de in het eerste lid bedoelde afstemming onvoldoende gestalte krijgt, een aanwijzing geven aan de concessieverleners met het oog op de noodzakelijke afstemming van het openbaar vervoer tussen aangrenzende concessiegebieden.

4. Een aanwijzing als bedoeld in het derde lid wordt niet gegeven dan nadat overleg is gepleegd tussen Onze Minister en de betrokken concessieverleners.

5. Concessieverleners zijn bij verlening of wijziging van een concessie verplicht rekening te houden met de in het derde lid bedoelde aanwijzing.

Toelichting

Met het oog op het waarborgen van een adequate landelijke samen- hang in het openbaarvervoernetwerk verdient het aanbeveling, dat de minister van Verkeer en Waterstaat de bevoegdheid heeft tot het geven van een aanwijzing richting de tot concessieverlening bevoegde overheden, indien deze overheden onvoldoende gestalte geven aan de noodzakelijke afstemming van het openbaar vervoer met andere concessiegebieden. De minister kan een aanwijzing geven op eigen initiatief, dan wel op verzoek van één van de bij de bedoelde afstemming betrokken concessieverleners.

Van den Berg

Naar boven