nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging
van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek houdende indexering
van het collegegeld.
De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
24 februari 1999
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het collegegeld
voor voltijdse opleidingen in het hoger onderwijs jaarlijks aan te passen
aan de ontwikkeling van het algemene prijspeil en daartoe in de Wet op het
hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek een indexeringsbepaling op te
nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek wordt gewijzigd
als volgt.
A
In artikel 7.43, eerste lid en derde lid, tweede volzin, wordt «f 2 750»
telkens vervangen door: f 2 816.
B
Aan artikel 7.43 wordt een vijfde lid toegevoegd, luidende:
5. Bij ministeriële regeling wordt het in het eerste en derde lid
genoemde bedrag jaarlijks geïndexeerd aan de hand van het prijsindexcijfer
van de gezinsconsumptie. De ministeriële regeling wordt vastgesteld voor
1 november voorafgaand aan het studiejaar waarvoor het geïndexeerde collegegeld
zal gelden. De indexering wordt bepaald door de procentuele wijziging die
het prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie over de maand april, voorafgaand
aan de vaststelling van de ministeriële regeling, heeft ondergaan ten
opzichte van de maand april in het daaraan voorafgaande jaar. De aldus verkregen
wijziging van het collegegeldbedrag wordt afgerond op het naastbij gelegen
gehele getal. Hetgeen onder prijsindexcijfer van de gezinsconsumptie wordt
verstaan, wordt geregeld bij ministeriële regeling.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin deze is geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,