26 407
Biodiversiteit

nr. 33
MOTIE VAN DE LEDEN KOPPEJAN EN ATSMA

Voorgesteld 19 juni 2008

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat in het maatschappelijk convenant Noordzeevisserij uitgesproken wordt dat de Nederlandse kottersector behouden dient te blijven;

overwegende, dat in het convenant afspraken zijn gemaakt om te komen tot een duurzame en maatschappelijk gewaardeerde Noordzee(kotter-)visserij;

constaterende dat het beleidsprogramma Biodiversiteit spreekt over verregaande maatregelen zoals het van toepassing verklaren van de Natuurbeschermingswet voor de Nederlandse Exclusieve Economische zone;

constaterende, dat onduidelijk is welk effect of mogelijke gevolgen dit voornemen heeft voor de bestaande Nederlandse visserijactiviteiten en andere activiteiten;

verzoekt de regering alvorens definitieve besluitvorming plaatsvindt, in samenwerking met de partners van het maatschappelijk convenant Noordzeevisserij in kaart te brengen welke consequenties het van toepassing verklaren van de Natuurbeschermingswet voor de Nederlandse Exclusieve Economische Zone heeft op de Nederlandse visserij en ander activiteiten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Koppejan

Atsma

Naar boven