26 364
Samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 15 maart 1999

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer van haar bevindingen als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat de regering de vragen genoegzaam zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging over dit voorstel van wet voldoende voorbereid.

De samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl is voorzien voor 1 januari aanstaande. De leden van de PvdA-fractie stellen het op prijs als deze datum ook wordt gerealiseerd. Onderschrijft de minister deze wenselijkheid.

De inwerkingtreding van de wet gericht op de samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl is voorzien voor 1 januari 2000.

In de memorie van toelichting bij het wetsvoorstel wordt aangegeven dat onaanvaardbare risico's in het kader van de millenniumovergang kunnen leiden tot een andere datum van inwerkingtreding van de wet dan de voorziene datum van 1 januari 2000.

Zijn alleen risico's in het kader van de millenniumovergang een afdoende argument om te besluiten tot een andere datum van inwerkingtreding van de wet?

Zou het ook mogelijk zijn om op grond van andere overwegingen te komen tot een andere datum? Zo ja, van welke aard zouden deze andere overwegingen dan kunnen zijn?

De vorming van de nieuwe gemeente Bergen geschiedt mede op basis van de wens van de drie gemeenten teneinde middels een vrijwillige fusie te komen tot een krachtige gemeente. Bij verschillende brieven hebben de betrokken gemeenten aangegeven dat een inwerkingtreding van de wet per 1 januari 2000 bestuurlijke en ambtelijke risico's met zich meebrengt. Op grond hiervan stellen de gemeenten vast dat een inwerkingtreding van de wet per 1 januari 2001 beter recht zal doen aan de vorming van een krachtige nieuwe gemeente Bergen.

Is de visie van de drie gemeenten met betrekking tot de datum van inwerkingtreding van de wet betrokken bij het wetsvoorstel?

Zou op grond van organisatorische redenen, zijnde het voorkomen van bestuurlijke en ambtelijke risico's, het wenselijk kunnen zijn de inwerkingtreding van de wet leidend tot de vorming van de nieuwe gemeente Bergen te laten plaatsvinden met ingang van 1 januari 2001?

Wat zijn bij een afwijken van de datum van 1 januari 2000 de gevolgen voor de zittingsduur van de gemeenteraad? Worden deze gevolgen wenselijk geacht?

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Deze leden stellen vast dat de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl op vrijwillige basis hebben besloten tot een samenvoeging. Tevens blijkt uit de stukken dat de bevolking is geraadpleegd en in meerderheid zich heeft uitgesproken voor deze samenvoeging. De aan het woord zijnde leden stellen voorts vast dat deze samenvoeging niet alleen past binnen het herindelingbeleid zoals voorgestaan door de regering, maar dat het ook redelijk past binnen de uitgangspunten die het CDA hanteert bij het beoordelen van herindelingvoorstellen.

Overigens willen de leden van de CDA-fractie graag weten waarom in het kader van dit wetsvoorstel geen aandacht wordt besteed aan de discussie rond de grenscorrectie tussen Alkmaar enerzijds en Bergen en Egmond anderzijds.

De leden van de CDA-fractie wensen een nadere onderbouwing van het voorstel ten aanzien van de problemen en knelpunten die met deze samenvoeging wordt opgelost. Tevens willen deze leden worden geïnformeerd over de gehanteerde procedure bij het raadplegen van de ondernemingsraden.

De nieuwe gemeente gaat 32 000 inwoners tellen. Gelet op de oppervlakte van de nieuwe gemeente lijkt het voor de hand liggen dat er een vorm komt van binnengemeentelijke decentralisatie. Tijdens de discussie over de herindelingnotitie van de regering zijn hieromtrent toezeggingen gedaan door de minister. Deze toezeggingen betreffen met name financiële middelen. Op welke wijze krijgen deze toezeggingen gestalte voor deze nieuwe gemeenten?

De leden van de CDA-fractie willen graag weten wat deze samenvoeging in financiële zin betekent. In het wetsvoorstel staat de hoogte van de herindelingbijdrage. Niet duidelijk zijn de gevolgen voor de lastenontwikkeling voor de burgers. Een nadere onderbouwing op dit punt stellen deze leden op prijs.

De laatste zin van de memorie van toelichting stelt dat de inwerkingtreding van de wet wordt vastgesteld bij Koninklijk Besluit. Als argument wordt gehanteerd dat de ingangsdatum van 1 januari 2000 niet mag leiden tot onaanvaardbare risico's in verband met de millenniumovergang. Deze stelling leidt voor de leden van de CDA-fractie tot de volgende vragen. Hoe millenniumbestendig zijn de drie afzonderlijke gemeenten? Hoe ver zijn gemeenten gevorderd met de samenvoeging van de drie ambtelijke apparaten? Wordt hierbij het criterium van millenniumbestendigheid gehanteerd en zo ja op welke wijze?

Wanneer wordt de datum van inwerkingtreding bepaald? Wat is eigenlijk de reikwijdte van deze zinsnede? Kan de datum van 1 januari 2000 nog worden opgeschoven? De leden van de CDA-fractie zijn van mening dat de drie gemeenten niet met onzekerheid mogen worden opgezadeld ten aanzien van deze datum. Er dienen immers veel zaken te worden geregeld, alleen al in het kader van de integratie van de gemeentelijke apparaten, de op te stellen begroting, de te houden verkiezingen. Zij vragen derhalve om duidelijkheid hieromtrent.

De leden van de D66-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel tot samenvoeging van Bergen, Egmond en Schoorl. De leden zijn blij dat de betrokken gemeenten in harmonie hebben besloten dat samenvoeging de basis biedt voor een daadkrachtiger bestuur in de regio. In het regeerakkoord is vastgelegd dat herindelingen op vrijwillige basis zoveel mogelijk zullen worden ondersteund en aangemoedigd. Dat de leden van de D66-fractie het voorstel overwegend positief beoordelen, betekent niet dat verdere verduidelijking van de minister overbodig is.

Zo is het deze leden gebleken dat in de gemeente Bergen de steun voor de vrijwillige samenvoeging niet onomstreden is. De plaatselijke afdelingen van D66, Groen Links en Bergens Belang onderkennen de noodzaak tot herindeling van de eigen gemeente, maar hebben sterke voorkeur voor een samenvoeging zonder Egmond. Kan de minister inhoudelijk ingaan op deze variant? Wat is de (grotere) meerwaarde van de BES-fusie boven die van Bergen Schoorl. Zouden er voor Egmond andere (fusie) mogelijkheden zijn, zo ja, welke? In de memorie van toelichting staat dat is gebleken dat het nieuwe College in de nieuwe raad van Bergen (na de verkiezingen van maart 1998) de in december 1997 door de 3 gemeentes geaccordeerde samenvoeging zorgvuldig en voortvarend zal uitvoeren. Heeft de minister de indruk dat in Bergen voldoende draagvlak bestaat, gezien de zeer krappe raadsmeerderheid van december 1997 (8–7) en de omslag van maart 1998?

De gemeenten passen volgens de minister qua aard, maatschappelijke en economische ontwikkeling goed bij elkaar. Kan de minister nog eens toelichten waarom de samenvoeging van Bergen en Schoorl minder voor de hand ligt dan de samenvoeging van de drie gemeenten in het voorliggende voorstel?

De gezamenlijke gemeenten hebben er bij de minister en de Kamer op aangedrongen, de samenvoeging niet op 1 januari 2000 te effectueren, maar op 1 januari 2001. Is de minister gevoelig voor de argumenten van de gemeenten (vormgeven ambtelijk apparaat, millennium en drie verkiezingen in een jaar) en is hij bereid de samenvoeging een jaar uit te stellen? En was het niet mogelijk geweest de samenvoeging eerder tot stand te brengen? De grenscorrecties bij Alkmaar hebben per 1 januari 1998 plaatsgevonden. Was het niet mogelijk om de samenvoeging van Bergen Egmond en Schoorl op 1 januari 1999 plaats te laten vinden? Dit gezien het voortraject, dat al in 1995 begint, en de besluitvorming in de gemeenteraden van de betrokken gemeenten die al in 1997 heeft plaatsgevonden.

De leden van de GroenLinks-fractie menen dat de gewenste schaal van gemeenten altijd een kwestie van maatwerk is. Te vaak worden de debatten rond gemeentelijke herindelingen bemoeilijkt door het dogmatisch hanteren van begrippen als «big is beautiful» of «klein maar fijn». Zij doen hier niet aan mee. Elke herindeling moet op zijn eigen merites worden beoordeeld. Bij het maken van een afweging zullen de diverse taken van het lokale bestuur moeten worden betrokken (de gemeente als georganiseerde gemeenschap, dienstverlener en medeoverheid). Er dient een inventarisatie van de problemen te worden gemaakt, een analyse over de wijze waarop een herindeling deze problemen kan verhelpen en de gevolgen die dit zal hebben voor het uitoefenen van de overige taken. Kan de minister uiteenzetten welke problemen hij denkt op te lossen door middel van deze herindeling? Wat zijn de gevolgen hiervan voor bijvoorbeeld de taak van de gemeenteraad als bestuurder van een gemeenschap?

Ten aanzien van het ambtenarenapparaat moet niet alleen worden geredeneerd in termen van omvang, maar moet ook meer aandacht komen voor kwaliteit. Er bestaan immers alternatieven om in bepaalde gevallen de geringe omvang van het ambtenarenapparaat te compenseren, waaronder intergemeentelijke samenwerking ten aanzien van uitvoerende taken. De leden van de fractie van GroenLinks zijn van mening dat versterking van het ambtenarenapparaat een rol kan spelen in de discussie over de wenselijkheid van een specifieke herindeling. Maar teneinde een fixatie op het middel herindeling te voorkomen, vragen zij de minister of ook alternatieve oplossingen gezocht en/of aangedragen zijn.

Uitgaande van de veronderstelling dat de gemeenteraden van Bergen, Schoorl en Egmond voorstander zijn van fusie van hun gemeente met één of meer andere gemeenten, blijven de leden van de fractie van GroenLinks zitten met een aantal vragen betreffende het voorliggende wetsvoorstel.

Zij menen dat twee separate herindelingen, namelijk een fusie tussen Bergen en Schoorl, alsmede een fusie tussen Heiloo en Egmond meer voor de hand had gelegen dan de huidige samenvoeging, waar Heiloo niet bij betrokken is. Wat is de mening van de minister hierover?

Volgens de minister passen de gemeenten Egmond, Bergen en Schoorl «qua aard en maatschappelijke en economische ontwikkeling goed bij elkaar». Kan de minister uiteenzetten of, en zo ja waarom, het karakter van Egmond beter aansluit bij Bergen en Schoorl, dan bijvoorbeeld bij Heiloo? Waarom is Heiloo uit het beeld verdwenen? Is ook een fusie tussen Egmond en Castricum overwogen?

De minister snijdt het punt aan van de gewijzigde verhoudingen in Bergen na de gemeenteraadsverkiezingen. Uit persberichten zou blijken dat in de gemeente Bergen geen raadsmeerderheid meer bestaat voor de voorgestelde gemeentelijke herindeling. Echter, zo stelt de minister, «uit de verkregen informatie en uit het college-programma 1998–2002 van de gemeente Bergen is gebleken dat het nieuwe college van Bergen, gesteund door een raadsmeerderheid, het besluit van december 1997 van de drie gemeenteraden tot samenvoeging van hun gemeenten zorgvuldig en voortvarend zal uitvoeren».

Kan de minister bevestigen dat een meerderheid in de gemeenteraad van Bergen ook daadwerkelijk inhoudelijk achter de voorgestelde herindeling staat? Welk standpunt hebben de verschillende politieke partijen ingenomen tijdens de verkiezingen, en heeft het huidige college in die zin een mandaat van de kiezer gekregen om tot samenvoeging van de gemeente Bergen met Egmond en Schoorl over te gaan?

De drie betrokken gemeenteraden hebben hun duidelijke voorkeur kenbaar gemaakt om pas in 2001 tot de feitelijke fusie over te gaan. Heeft de minister hiervan kennis genomen, en zo ja waarom stelt hij dan voor om de herindeling op 1 januari 2000 te effectueren?

De leden van de fracties van GPV en RPF hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel tot samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl. Zij zijn van mening dat door deze samenvoeging een nieuwe gemeente ontstaat die in organisatorisch en financieel opzicht voldoende sterk is. Tevens vinden deze leden dat de nieuwe gemeente een volwaardige partner kan zijn in de samenwerking met de gemeente Alkmaar en haar andere buurgemeenten. Deze leden merken op dat de voordelen die een samenvoeging van drie gemeenten moet opleveren, niet automatisch ontstaan. Daarvoor zullen zowel vóór als na de fusie de nodige inspanningen verricht moeten worden. De gemeenten onderschrijven deze zienswijze zelf ook, zoals blijkt uit de toelichting op de ontwerpregeling van 9 december 1997.

Het financiële voordeel dat het samengaan zal opleveren, is ondermeer afhankelijk van een structurele ombuiging door de gemeenten Egmond en Schoorl, te realiseren vóór de fusiedatum. Dit staat te lezen in de boven aangehaalde toelichting. Deze ombuiging bedraagt voor de gemeente Egmond f 150 000,– en voor de gemeente Schoorl f 100 000,–. Kan de regering aangeven hoe het staat met de realisatie van deze ombuiging?

In een eerdere instantie was de bedoeling dat de gemeente Heiloo ook betrokken zou worden bij de herindeling van Bergen, Egmond en Schoorl. Na de verschijning van het KPMG-rapport eind april 1997, hebben de gemeenten Bergen, Egmond, Heiloo en Schoorl evenwel gekozen voor de variant van het huidige wetsvoorstel. Dat betekent dat de gemeente Heiloo zelfstandig blijft. De leden van de fracties van GPV en RPF leiden hieruit af, dat ook volgens de regering Heiloo voor de lange termijn voldoende sterk is om zelfstandig te blijven.

Per 1 januari 1998 zijn de grenzen tussen de gemeente Alkmaar en haar buurgemeenten gewijzigd. Door deze grenscorrectie heeft Alkmaar extra grondgebied gekregen voor bouwmogelijkheden. De aan het woord zijnde leden vragen de regering of Alkmaar hierdoor ook voor de lange termijn over voldoende bouwgrond beschikt. Zij stellen deze vraag omdat herindeling een oplossing dient te zijn voor tenminste vijfentwintig jaar en zij van mening zijn dat binnen die termijn de nieuwe gemeente Bergen niet opnieuw mag worden geconfronteerd met een aanzienlijke overheveling van grondgebied naar Alkmaar, als gevolg van (nieuwe) behoefte van deze gemeente aan bouwgrond.

De regering schrijft in de memorie van toelichting dat de gemeente Alkmaar «haar centrumfunctie in de toekomst goed zal kunnen vervullen zonder samenvoeging, maar wel in samenwerking met aangrenzende gemeenten ... De leden van de fracties van GPV en RPF willen van de regering weten of de voorwaarden voor een dergelijke samenwerking aanwezig zijn.

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het voorstel van wet tot samenvoeging van de gemeenten Bergen, Egmond en Schoorl. Deze leden hebben hierbij nog enkele vragen.

De leden van de SGP-fractie stellen vast dat de samenvoeging van deze gemeenten is gebaseerd op een initiatief van deze gemeenten zelf. Dit initiatief staat echter niet los van de C20-discussie met betrekking tot Alkmaar. Zij stellen vast dat Alkmaar «genoegen heeft genomen» met een aantal grenscorrecties. Deze leden begrijpen echter niet goed waarom voor de intergemeentelijke samenwerking schaalvergroting van de buurgemeenten nodig is. Vindt de regering schaalvergroting echt nodig en waarom dan? Welke knelpunten worden opgelost door herindeling op basis van dit voorstel?

Vervolgens vragen deze leden of niet een variant is overwogen in de zin van samenvoeging van alleen Bergen en Schoorl. Wat is de meerwaarde van fusie van Bergen, Egmond en Schoorl boven Bergen/Schoorl? Zijn de minister signalen bekend dat de variant Bergen/Schoorl op meer draagvlak kan rekenen dan de nu voorgestelde samenvoeging? Is het waar dat de bevolking van Egmond-Binnen zich heeft uitgesproken in een andere (fusie)richting?

Overigens vragen de leden van de SGP-fractie aandacht voor het pleidooi van de gemeente Bergen bij brief van 9 maart 1999, onder verwijzing naar eerdere brieven d.d. 23-12-1998 en 6-1-1999 namens de drie gemeenten, om de ingangsdatum van de herindeling te stellen op 1-1-2001. Is de minister daartoe bereid?

De voorzitter van de commissie,

De Cloe

De griffier van de commissie,

Coenen


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Terpstra (VVD), Schutte (GPV), Te Veldhuis (VVD), ondervoorzitter, De Cloe (PvdA), voorzitter, Van den Berg (SGP), Van de Camp (CDA), Scheltema-de Nie (D66), Van der Hoeven (CDA), Van Heemst (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), Oedayraj Singh Varma (GL), Dankers (CDA), Hoekema (D66), Rijpstra (VVD), Cornielje (VVD), Rehwinkel (PvdA), Luchtenveld (VVD), Wagenaar (PvdA), De Boer (PvdA), Duijkers (PvdA), Verburg (CDA), Rietkerk (CDA), Halsema (GL), Kant (SP) en Balemans (VVD).

Plv. leden: Van den Doel (VVD), Rouvoet (RPF), Van Beek (VVD), Zijlstra (PvdA), Ravestein (D66), Van Wijmen (CDA), Augusteijn-Esser (D66), Balkenende (CDA), Barth (PvdA), Gortzak (PvdA), Rabbae (GL), Wijn (CDA), Dittrich (D66), Cherribi (VVD), Nicolaï (VVD), Van Oven (PvdA), Brood (VVD), Apostolou (PvdA), Kuijper (PvdA), Belinfante (PvdA), Mosterd (CDA), Eurlings (CDA), Van Gent (GL), Poppe (SP) en Essers (VVD).

Naar boven