nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging
van de Wet tot gemeentelijke herindeling van Lemelerveld.
De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
2 november 1998
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de zittingsduur
van de raad van de gemeente Dalfsen in verband met de voorgenomen herindeling
in West-Overijssel te verlengen, teneinde te voorkomen dat in een kort tijdsbestek
tweemaal verkiezingen van de leden van deze gemeenteraad moeten worden gehouden;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
Artikel 2 van de Wet van 5 september 1996 tot gemeentelijke herindeling
van Lemelerveld (Stb. 1996, 447) wordt als volgt gewijzigd:
1. Het derde lid komt te luiden:
3. De zittingsperiode van de leden van de raad van de gemeente Dalfsen
eindigt in de in het tweede lid bedoelde situatie gelijk met de zittingsperiode
van de leden van de raden van de overige gemeenten die volgt op
de eerste verkiezingen voor de gemeenteraden na de datum van herindeling.
2. Het vierde, vijfde en zesde lid vervallen.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,