26 200 XI
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 1999

nr. 66
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 21 juli 1999

Naar aanleiding van het Algemeen Overleg op 1 juli jl. met de Vaste Commissies voor Economische Zaken en voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer betreffende de afvoer van bestraalde splijtstof, bericht ik U als volgt.

Zoals ik in voornoemd Algemeen Overleg heb medegedeeld, heb ik de aanvragen om vergunning voor transporten van bestraalde splijtstof vanuit de kerncentrale te Dodewaard en de Hoge Flux Reactor te Petten met de grootste zorgvuldigheid bekeken. Die zorgvuldigheid strekte zich mede uit tot de met de transporten samenhangende aspecten van (tijdelijke) opslag en continuïteit van bedrijfsvoering bij de kerncentrale en de HFR. De besluiten die ik thans genomen heb, heb ik in het AO reeds in grote lijnen aangegeven. Er is besloten om positief op beide vergunningsaanvragen te beschikken, zij het dat dit onder het beslag ligt van het advies dat ik terzake heb gevraagd aan de Gezondheidsraad.

Voor Dodewaard betekent dit dat thans met de voorbereidingen van de transporten een aanvang gemaakt kan worden en de transporten op termijn kunnen worden hervat. Mocht het advies van de Gezondheidsraad – dat ik begin oktober verwacht – daar aanleiding toe geven, dan zal ik met onmiddellijke ingang nadere voorwaarden aan de transporten stellen.

Voor de HFR betekent het dat vooralsnog tijdelijke opslag in verband met vervoer in het gebouw van de HFR zal worden toegestaan in afwachting van het daadwerkelijke transport. Na ontvangst van het advies van de Gezondheidsraad en eventuele nadere informatie van het GCO te Petten met betrekking tot de afvoer van de splijtstof naar de Verenigde Staten, zal ik nader besluiten over het transport.

Daarbij zal het GCO mij ook op de hoogte houden van de vorderingen met betrekking tot de in gang gezette procedure van overgang van hoog naar laag verrijkt uranium (conversie) bij het bedrijf van de HFR.

Ter informatie voeg ik hierbij de beide aanbiedingsbrieven van voornoemde vergunningen.1

De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. P. Pronk


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven