26 200 E
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Fonds economische structuurversterking voor het jaar 1999

nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING

1. INLEIDING

Bij wet van 21 december 1995 is het Fonds economische structuurversterking (Fes) ingesteld (Wet Fonds economische structuurversterking, Stb. 1996, 51 en 52). Het fonds is een begrotingsfonds conform de Comptabiliteitswet en heeft als doel het financieren van investeringsprojecten van nationaal belang waarmee beoogd wordt de economische structuur te versterken. Hiertoe worden vanuit het fonds bijdragen toegekend aan andere begrotingshoofdstukken ter financiering van dergelijke projecten. Het Fes is dus een verdeelfonds, de feitelijke projectuitgaven worden geraamd op de andere begrotingshoofdstukken.

De voeding van het fonds bestaat tot en met 1998 uit bepaalde aardgasbaten, de common area baten, andere voor het fonds te bestemmen ontvangsten uit de winning van aardgas, uit voor het fonds te bestemmen opbrengsten uit het vervreemden van vermogensbestanddelen van het Rijk en uit overige ontvangsten. De in het Regeerakkoord aangekondigde wijziging van de voedingssystematiek zal in 1999 ingaan, zie hiervoor ook paragraaf 3.

2. UITGAVEN

2.1. Investeringsimpuls en MARIN

Bij Voorjaarsnota 1993 is besloten tot een Investeringsimpuls van totaal f 5 mld in de periode 1994–1998 voor de versterking van de economische structuur. De impuls heeft betrekking op projecten in de sfeer van verkeer en vervoer (f 4 250 mln), bodemsanering (f 500 mln) en kennisinfrastructuur (f 250 mln). Voor de projecten op het terrein van verkeer en vervoer is binnen het fonds f 1 500 mln gereserveerd voor de financiële doorloop ná 1998 en f 700 mln om de gevolgen van prijsstijgingen op te vangen. De totale Fes-bijdrage in de Investeringsimpuls bedraagt daarmee f 7 200 mln, waarvan tot en met 1997 f 3 454,555 mln uit het fonds is uitgekeerd.

Het kabinet heeft bij Voorjaarsnota 1996 besloten om aan de projecten voor kennisinfrastructuur het investeringsplan voor het Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN) toe te voegen. Het betreft hier een bijdrage in investeringen in hardware met een totale omvang van f 100 mln. Hiervan is tot en met 1997 f 25,307 mln door het fonds uitgekeerd.

2.2. Betuweroute en Hogesnelheidslijn

De feitelijke projectuitgaven van de Betuweroute en Hogesnelheidslijn-Zuid worden geraamd op de begroting van het Infrastructuurfonds. Ten aanzien van de Betuweroute is reeds in 1995 een positief besluit genomen door het parlement. Ten aanzien van de HSL-Zuid heeft het kabinet zich in de PKB-3 in mei 1996 uitgesproken voor het voorkeurstracé uit de PKB-1, met een aantal inpassingsmaatregelen naar aanleiding van het gevoerde bestuurlijk overleg en de discussies rondom het Groene Hart.

Voor deze projecten is in het fonds f 13 532 mln geraamd, waarvan tot en met 1997 f 716,1 mln is uitgekeerd. In de raming is vooralsnog uitgegaan van f 1 200 mln prijsbijstelling en f 3 561 mln voorfinanciering van de private financiering van Betuweroute en Hoge Snelheidslijn. De voorfinanciering zal terugvloeien in het Fes wanneer de private financiering wordt gerealiseerd, hetgeen wordt verwacht in de exploitatiefase.

2.3. Samen werken aan bereikbaarheid (SWAB)

Van de ontvangsten uit hoofde van het tussenvonnis in het common area geschil is in de ontwerpbegroting 1998 f 1 305 mln ingezet voor investeringen in het kader van bereikbaarheid.

2.4. Extra impuls

In de kabinetsbrief van 31 maart 1998 betreffende de Impuls voor de ruimtelijk-economische structuur (Kamerstukken II 25 017 nr. 6) heeft het kabinet aan een aantal verkeer- en vervoerprojecten middelen toegekend uit het Fes. In het totaal gaat het hierbij om f 1,9 mld. Deze bijdragen zijn met een Nota van Wijziging op de eerste suppletore begroting 1998 aan de Kamer voorgelegd.

2.5. Gevolgen Regeerakkoord

Het Regeerakkoord bevat een investeringspakket dat, voorzover het Fes-waardige projecten betreft, via het fonds gefinancierd gaat worden. Het gaat hierbij om een totaalbedrag in de periode 1999 tot en met 2010 van f 15 240 mln. De concrete uitwerking van het pakket naar projecten vindt plaats in de ICES (Interdepartementale Commissie Economische Structuurversterking). In verband hiermee is in deze begroting een post Nog te verdelen (uitgavenartikel 01.07) geraamd. In het vroege najaar zal het kabinet door middel van een brief het parlement informeren over de nadere uitwerking.

2.5. Kasplafond

De totale geraamde fondsuitgaven in enig jaar mogen niet hoger zijn dan de totale voor dat jaar geraamde ontvangsten, minus 10% van de voor dat jaar geraamde ontvangsten uit de aardgasbaten (de zogenaamde buffer)1, plus het eindsaldo van het jaar ervoor. Bij confrontatie van het kasplafond met de in deze ontwerp-begroting geraamde uitgaven blijkt dat de uitgaven onder het plafond blijven.

(x f 1 mln)
 199819992000200120022003
Kasplafond9 9108 8957 3935 6504 4973 612
Geraamde uitgaven2 5453 2063 4952 9142 6383 463

2.6. Toezeggingen

Ten laste van het fonds kunnen de fondsbeheerders toezeggingen doen voor bijdragen aan begrotingshoofdstukken. De ruimte om in enig jaar toezeggingen te doen is gemaximeerd tot een bedrag gelijk aan:

– de tot en met de tot dat jaar gerealiseerde ontvangsten,

– plus de voor de vier jaar na dat jaar geraamde ontvangsten,

– minus 10% van de voor de vier jaar na dat jaar geraamde ontvangsten uit aardgas (de buffer)1 en

– minus de al gedane toezeggingen.

De toezeggingsruimte voor 1999 bedraagt dan in mln guldens:

 
Ontvangsten tot en met 200322 751
Minus: 10% van de ontvangsten uit aardgasbaten 1999–2003753
Minus: al in toezeggingsbrieven gedane toezeggingen9 252
Toezeggingsruimte in 199912 746

Specificatie van toezeggingsbrieven

 
Aand.d.Voor project(en)Bedrag
EZ16.08.94HPCN en NOBIS60 mln
VenW16.08.94Verkeer en vervoer, Bodemsanering, LWI, Transportechnologie en Ondergronds bouwen4 565 mln
VROM16.08.94Bodemsanering300 mln
OCW16.08.94Mainport Rotterdam en MIBITON45 mln
LNV16.08.94Agro ketenmanagement30 mln
VenW16.02.96Betuweroute96 mln
EZ15.08.96MARIN100 mln
VenW20.12.96Betuweroute en Hogesnelheidslijn4 039 mln
VenW22.01.98Hogesnelheidslijn17 mln
Totaal  9 252 mln

3. ONTVANGSTEN

De tot en met 1996 ten gunste van het Fes gekomen opbrengsten uit de verkoop van staatsdeelnemingen (f 5 712 mln uit verkoop KPN en f 1 488 mln uit verkoop DSM) dekken exact de financieringsbehoefte van de Investeringsimpuls uit 1994 van f 7 200 mln.

Uit hoofde van het tussenvonnis met betrekking tot het common area overbeleveringsgeschil tussen Brigitta en NAM is f 2 505,449 mln in het Fes gestort. Over het definitieve aandeel van de Staat in het totaal door NAM ontvangen bedrag (f 3,7 mrd) vindt nog overleg plaats tussen NAM en de Nederlandse Staat.

Ten slotte is in 1998 f 1 322,436 mln ontvangen uit de veiling van etherfrequenties.

Vanaf 1999 zullen bij eenmalige opbrengsten (inclusief common area baten) in de vermogenssfeer conform het Regeerakkoord nog slechts de vrijvallende rentelasten (na aftrek van eventuele dividendderving) in het Fes worden gestort.

De ontvangsten van het fonds uit hoofde van aardgas zijn in deze ontwerpbegroting geraamd op basis van de, in het Regeerakkoord aangekondigde, gewijzigde voedingssystematiek. De wijziging heeft tot gevolg dat de ontvangsten vanaf 1999 niet meer gebaseerd zullen zijn op het extra exportvolume (ten opzichte van het Plan Gasafzet 1990), maar op een vast percentage van de totale niet-belastingontvangsten uit aardgas (41,5%). Over de periode tot 2010 is deze wijziging van de voedingssystematiek budgettair neutraal. Wel worden de ontvangsten in de tijd anders gerealiseerd. Op korte termijn (in ieder geval voor de in deze begroting opgenomen meerjarenramingen) stijgen de ontvangsten, op langere termijn dalen de ontvangsten. Het Fes krijgt daardoor op korte termijn meer ruimte onder het kasplafond.

De voor de wijzigingen ten aanzien van eenmalige opbrengsten en van aardgasbaten noodzakelijke wijziging van de Fes-wet zal zo spoedig mogelijk aan het parlement worden voorgelegd.

4. TOTAALOVERZICHT VAN HET FONDS

 
(x f 1 mln)t/m 19971998199920002001200220032004–10totaal
Investeringsimpuls3 4541 40480069812222 7007 200
Overig V&V 652202902552202765651 891
MARIN254629     100
BR en HSL7167161 1791 2251 5851 2582 1164 73713 532
SWAB 315576415    1 305
Nog te verdelen  4028689521 1381 07110 80915 240
Totale uitgaven4 1952 5453 2063 4952 9142 6383 46316 81139 268
Staatsdeelnemingen7 200       7 200
Overig vermogen 1 322      1 322
Common area2 505       2 505
Overig aardgas 5001 5451 5551 5241 4531 45313 69721 727
Extra export gas2 383260      2 643
Incidentele baten  751502253003002 1003 150
Totale ontvangsten12 0882 0821 6201 7051 7491 7531 75315 79738 548
Jaarsaldo – 463– 1 586– 1 790– 1 165– 885– 1 710– 1 014 
Cumulatief saldo7 8937 4305 8444 0542 8892 004294– 720 

Het jaarsaldo is het batig (nadelig) saldo van uitgaven en ontvangsten over het betreffende begrotingsjaar. Het cumulatief saldo is het batig (nadelig) saldo tot en met het betreffende begrotingsjaar. Dit laatste saldo is als batig (nadelig) saldo opgenomen in de begrotingsartikelen.

Uit de meerjarige doorkijk in bovenstaande tabel blijkt dat het fonds in 2010 een nadelig saldo heeft van f 720 mln. Dit negatieve saldo zal worden opgevangen met extra ontvangsten of met een herprioritering binnen de uitgaven.

5. FINANCIEEL BEHEER

Sinds 1 januari 1998 vindt de administratie van het Fes plaats in een nieuw geautomatiseerd systeem. Dit systeem sluit beter aan bij het geringe aantal financiële transacties dat in een jaar plaatsvindt. De overgang naar het nieuwe systeem heeft plaatsgevonden in nauw overleg met de Departementale Accountantsdienst. In aansluiting op de overgang naar het nieuwe administratiesysteem is in 1998 de beschrijving van de Administratieve Organisatie rond het fonds geactualiseerd.

TOELICHTING BIJ WETSARTIKEL 1 (UITGAVEN)

01 Bijdragen van het fonds aan andere begrotingen

Artikel 01.01 Bijdragen aan de begroting van het Infrastructuurfonds in het kader van verkeer & vervoer

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  1 039 000713 000632 500185 500  
1e suppl. wet 1998  91 900220 000290 000193 000220 000 
Mutatie  70 000  – 70 000  
Ontwerp-begr. 1999877 0001 026 1001 200 900933 000922 500308 500220 000276 000

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds ten behoeve van het onderdeel verkeer en vervoer uit de Investeringsimpuls. Met ingang van de begroting 1998 van het Infrastructuurfonds worden deze uitgaven geraamd op de uitgavenartikelen 01.01, 01.02, 01.03 en 02.02.

Bij de geraamde bijdragen ten laste van dit artikel is geen expliciete prijsbijstelling meegenomen. Wel is binnen het totaal voor deze bijdragen beschikbare bedrag een reservering gemaakt voor prijsstijgingen.

Specificatie
(x f 1 000)19981999200020012002
V&V Investeringsimpuls1 135 900713 000632 50053 500 
Overig V&V IF60 000210 000285 000250 000220 000
Overig V&V VROM5 00010 0005 0005 000 
Totaal1 200 900933 000922 500308 500220 000

Toelichting op de mutatie

De mutatie heeft geheel betrekking op een kasverschuiving bij de V&V projecten uit de Investeringsmpuls. De verschuiving vloeit voort uit een aanpassing van het kasritme van de Beneluxmetro.

Artikel 01.02 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van bodemsanering

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  257 75048 50017 00017 000  
1e suppl. wet 1998  – 45 41019 50048 00051 00022 200 
Ontwerp-begr. 199919 60220 694212 34068 00065 00068 00022 200 

In het kader van het onderdeel bodemsanering is f 300 mln beschikbaar voor de ontwikkeling van VINEX-woningbouwprojecten. Hiervan is tot en met 1997 f 30,66 mln via de begroting van VROM aan de betrokken provincies en stadsgewesten beschikbaar gesteld. Voor een nadere toelichting op deze uitgaven wordt verwezen naar uitgavenartikel 05.16.05 van de ontwerpbegroting 1999 van VROM.

Daarnaast is f 200 mln beschikbaar voor bodemsanering in verband met infrastructuur-projecten. Hiervan is f 150 mln bestemd voor onvoorziene uitgaven bij de uitvoering van de verkeer en vervoerprojecten uit de Investeringsimpuls en voor VINEX-infrastructuur-projecten. De resterende f 50 mln zal met name worden ingezet voor bodemsanering van percelen van de NS ten behoeve van de ontwikkeling van stationslocaties. Van deze middelen is tot en met 1997 f 33,8 mln uit het Fes bijgedragen. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar uitgavenartikel 04.02 van de ontwerpbegroting van het Infrastructuurfonds.

Op de bijdragen die ten laste van dit artikel worden verstrekt wordt geen prijsbijstelling uitgekeerd. Een deel van de beschikbare middelen voor bodemsanering zal ná 1999 tot besteding komen.

Specificatie
(x f 1 000)19981999200020012002
VROM167 84038 50030 00033 000 
Infrastructuur (V&V en VINEX)32 50019 50035 00035 00022 200
Infrastructuur (NS-percelen)12 00010 000  
Totaal212 34068 00065 00068 00022 200

Artikel 01.03 Bijdragen aan andere begrotingen in het kader van kennisinfrastructuur

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  72 70656 20317 180  
1e suppl. wet 1998  28 875– 8 099– 17 180  
Ontwerp-begr. 199966 08178 446101 58148 104    

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd voor het onderdeel kennisinfrastructuur van de Investeringsimpuls en voor het bij Voorjaarsnota 1996 toegevoegde MARIN-project. In het totaal gaat het om een bedrag van f 350 mln. De Investeringsimpuls loopt tot en met 1998. Omdat bij enkele van de onder de impuls vallende projecten de eindafrekening zal plaatsvinden in 1999 zijn er voor dat jaar nog bedragen geraamd.

Op de bijdragen die ten laste van dit artikel worden verstrekt wordt geen prijsbijstelling uitgekeerd.

Specificatie
(x f 1 000)1998199920002001begr.art.
NOBIS4 3006 635  EZ02.13
HPCN10 20010 733  EZ02.13
Agro-ketenmanagement4 3571 473  LNV16.02
Transporttechnologie8 866   VW05.31
Ondergronds bouwen9 660   VW02.10
LWI5 546570  IF02.02
MIBITON5 133   OCW23.04
Mainport Rotterdam7 519   OCW23.04
Marin46 00028 693  EZ02.13
Totaal101 58148 104    

Voor een nadere toelichting op de verschillende projecten wordt verwezen naar de ontwerp-begrotingen waar de uitgaven voor deze projecten in zijn opgenomen.

Artikel 01.04 Overige bijdragen vanuit het fonds

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  623 0001 184 0001 238 0001 600 0001 267 000 
1e suppl. wet 1998  27 00010 000  
Mutatie  66 000– 15 000– 13 000– 15 000– 9 000 
Ontwerp-begr. 1999294 100354 000716 0001 179 0001 225 0001 585 0001 258 0002 116 000

Op dit artikel worden de bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds voor de Betuweroute (BR) en de Hogesnelheidslijn (HSL). In het Infrastructuurfonds zijn de uitgaven aan deze projecten en de ontvangen Fes-bijdragen geraamd in constante prijzen (prijspeil 1998). Omdat de ramingen in de Fes-begroting echter in lopende prijzen moeten luiden, wordt op dit artikel tevens prijsbijstelling geraamd over de Fes-bijdragen aan deze twee projecten.

De uitgaven aan de BR en de HSL worden op het Infrastructuurfonds geraamd op de artikelen 03.02 en 03.03.

Specificatie
(x f 1 000)199819992000200120022003
Betuweroute664 0001 023 000830 000779 000840 0001 232 000
HSL52 000134 000358 000741 000352 000751 000
Prijsbijstelling 22 00037 00065 00066 000133 000
Totaal716 0001 179 0001 225 0001 585 0001 258 0002 116 000

Toelichting op de mutatie

De ramingen voor de Betuweroute en de Hogesnelheidslijn zijn in het MIT 1999–2003 geactualiseerd. Deze actualisatie heeft ook geleid tot een aanpassing van de bijdragen uit het Fes. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar het MIT. Daarnaast is de raming gewijzigd in verband met de voorfinanciering van de private financiering van de BR (f 586 mln). Tot deze voorfinanciering is besloten omdat de private financiering pas wordt verwacht als het project de exploitatiefase bereikt. De voorgefinancierde middelen zullen dan vrijvallen en kunnen worden ingezet voor (nieuwe) Fes-projecten.

Artikel 01.06 Bijdragen aan de begroting van het Infrastructuurfonds in het kader van SWAB

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  314 500575 900414 600  
Ontwerp-begr. 1999  314 500575 900414 600   

Op dit artikel worden, met ingang van deze ontwerpbegroting, de bijdragen geraamd aan het Infrastructuurfonds ten behoeve van het SWAB. In de begroting van het Infrastructuurfonds worden deze uitgaven geraamd op de uitgavenartikelen 01.02, 01.03, 02.02 en 03.02.

Artikel 01.07 Nog te verdelen

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  
Mutatie   401 800867 900952 2001 138 000 
Ontwerp-begr. 1999   401 800867 900952 2001 138 0001 071 400

Op dit artikel worden de middelen geraamd voor het in het Regeerakkoord aangekondigde investeringspakket voorzover het Fes-waardige projecten betreft. De concrete invulling van het pakket wordt in de Interdepartementale Commissie Economische Structuurversterking voorbereid. Vooralsnog is de volgende indicatieve verdeling van de middelen over de verschillende onderdelen van het pakket voorzien. Zoals in het Regeerakkoord is aangegeven is het mogelijk dat binnen en tussen de beleidspakketten geschoven kan worden, uiteraard met behoud van de prioriteitenstelling over de volle periode (tot 2010).

Specificatie
(x f 1 000)19992000200120022003
Bereikbaarheid     
Wegennet (incl. lokaal/regionaal)117 400251 300273 500327 800338 800
Lokaal/regionaal OV92 200200 000220 100262 700274 700
Rail personenvervoer46 200100 100110 200131 500143 500
Rail goederenvervoer11 50025 00027 50032 90044 900
Vaarwegen11 90025 80028 40033 90045 900
Nog niet ingevuld47 600103 200113 600135 600– 50 000
Vitaliteit steden     
Sleutelprojecten12 50027 10029 80035 60047 600
Milieu     
Milieutechnologie7 10015 50017 00020 30032 300
Kennis     
Technocentra4 80010 30011 40013 60025 600
Onderzoek (kennis en toepassing)39 30085 10093 700111 900123 900
Internet/exchange/diensten11 30024 50027 00032 20044 200
Totaal401 800867 900952 2001 138 0001 071 400

02 Saldi

Artikel 02.01 Voordelig eindsaldo

Opbouw van de uitgaven vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  6 619 8615 042 2583 722 9782 920 4782 653 478 
1e suppl. wet 1998  1 185 810744 409523 589579 589637 389 
Mutatie  – 376 00057 200– 192 700– 610 900– 1 286 900 
Ontwerp-begr. 1999 7 892 5567 429 6715 843 8674 053 8672 889 1672 003 967293 567

Op dit artikel wordt met ingang van deze ontwerpbegroting het voordelig eindsaldo geraamd. Het voordelig eindsaldo is gelijk aan het positieve verschil in enig jaar tussen de ontvangsten (inclusief batig beginsaldo) en de uitgaven (inclusief nadelig beginsaldo).

Toelichting op de mutatie

De nieuwe mutatie is per saldo het gevolg van de mutaties bij de bijdragen aan de begrotingshoofdstukken en bij de ontvangsten. Een neerwaartse mutatie in de bijdragen leidt tot een opwaartse mutatie bij het voordelig eindsaldo. Een opwaartse mutatie bij de ontvangsten (incl. het voordelig beginsaldo) heeft hetzelfde effect. De nieuwe mutatie is als volgt opgebouwd (de raming in 2003 vloeit voort uit de extrapolatie van de uitgaven en ontvangsten):

 
(x f 1 000)19981999200020012002
Uitgavenmutatie V&V-projecten– 70 000  + 70 000 
Uitgavenmutatie HSL en BR– 66 000+ 15 000+ 13 000+ 15 000+ 9 000
Uitgavenmutatie nog te verdelen – 401 800– 867 900– 952 200– 1 138 000
Ontvangstenmutatie Extra export gas– 240 000– 300 000– 600 000– 800 000– 800 000
Ontvangstenmutatie overig aardgas + 1 045 000+ 1 055 000+ 1 024 000+ 953 000
Ontvangstenmutatie incidentele baten + 75 000+ 150 000+ 225 000+ 300 000
Mutatie voordelig beginsaldo – 376 000+ 57 200– 192 700– 610 900
Totaal– 376 00057 200– 192 700– 610 900– 1 286 900

TOELICHTING BIJ WETSARTIKEL 2 (ONTVANGSTEN)

01 Ontvangsten van het fonds

Artikel 01.01 Ontvangsten uit extra export aardgas

Opbouw van de ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  600 000500 000500 000500 000500 000 
1e suppl. wet 1998  – 100 000– 200 000100 000300 000300 000 
Mutatie  – 240 000– 300 000– 600 000– 800 000– 800 000 
Ontwerp-begr. 1999881 733964 954260 000     

Op dit artikel worden de opbrengsten uit de extra export van aardgas ten opzichte van het Plan van gasafzet 1990 geraamd, voorzover het niet betreft ontvangsten uit hoofde van de heffing van de vennootschapsbelasting.

Toelichting op de mutatie

De verlaging van de geraamde ontvangsten in 1998 vloeit hoofdzakelijk voort uit een neerwaartse bijstelling van de verwachte olieprijs. In verband met de gewijzigde voedingssystematiek die vanaf 1999 van toepassing zal zijn, worden vanaf dat jaar geen ontvangsten meer op dit artikel geraamd. Zie ook paragraaf 3 van de memorie van toelichting.

Artikel 01.03 Overige ontvangsten uit aardgas

Opbouw van de ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  500 000500 000500 000500 000500 000 
Mutatie   1 045 0001 055 0001 024 000953 000 
Ontwerp-begr. 1999  500 0001 545 0001 555 0001 524 0001 453 0001 453 000

Op dit artikel zijn de voor het fonds bestemde overige ontvangsten uit aardgas geraamd. Met ingang van 1999 worden hier de ontvangsten uit hoofde van de gewijzigde voedingssystematiek geraamd. Zie ook paragraaf 3 van de memorie van toelichting.

Artikel 01.06 Rentebesparingen uit incidentele baten

Opbouw van de ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  
Mutatie   75 000150 000225 000300 000 
Ontwerp-begr. 1999   75 000150 000225 000300 000300 000

Vanaf 1999 wordt bij eenmalige opbrengsten in de vermogenssfeer niet meer de hoofdsom in het Fes gestort, maar de vrijvallende rentelasten (gecorrigeerd voor eventuele dividendderving). De opgevoerde mutatie vloeit voort uit het Regeerakkoord.

02 Saldi

Artikel 02.01 Voordelig beginsaldo

Opbouw van de ontvangsten vanaf de vorige ontwerp-begroting (x f 1 000)
 19961997199819992000200120022003
Ontwerp-begr. 1998  7 826 8176 619 8615 042 2583 722 9782 920 478 
1e suppl. wet 1998  65 7391 185 810744 409523 589579 589 
Mutatie   – 376 00057 200– 192 700– 610 900 
Ontwerp-begr. 1999 7 898 2677 892 5567 429 6715 843 8674 053 8672 889 1672 003 967

Op dit artikel wordt het batig eindsaldo van het voorafgaande jaar geraamd, welk saldo op grond van het eerste lid van artikel 4 van de Wet Fes ten gunste van de begroting van het fonds in enig jaar komt (zie ook de toelichting bij uitgavenartikel 02.01 Voordelig eindsaldo).

Toelichting op de mutatie

De nieuwe mutatie sluit aan op de mutatie in het batig eindsaldo (uitgavenartikel 02.01) en is bij dat artikel nader toegelicht.

De Minister van Economische Zaken,

A. Jorritsma-Lebbink

De Minister van Financiën,

G. Zalm


XNoot
1

De buffer zal bij wet worden aangepast aan de gewijzigde voedingssystematiek van het fonds (zie paragraaf 3). Voorheen bedroeg de buffer 25% van de in de tijd nogal fluctuerende ontvangsten uit extra export. Omdat de huidige voeding gebaseerd is op de stabielere totale aardgasbaten, wordt nu uitgegaan van een buffer van 10%.

XNoot
1

De buffer zal bij wet worden aangepast aan de gewijzigde voedingssystematiek van het fonds (zie paragraaf 3). Voorheen bedroeg de buffer 25% van de in de tijd nogal fluctuerende ontvangsten uit extra export. Omdat de huidige voeding gebaseerd is op de stabielere totale aardgasbaten, wordt nu uitgegaan van een buffer van 10%.

Naar boven