26 150 Algemene Vergadering der Verenigde Naties

Nr. 162 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 september 2017

Mede ter uitvoering van motie-Van Hul (Kamerstuk 30 950, nr. 129) informeerde ik uw Kamer per brief van 4 september jl. over de conceptreactie van het Koninkrijk der Nederlanden op de 203 aanbevelingen die het ontving vanuit de VN-Mensenrechtenraad (Kamerstuk 26 150, nr. 161). In vervolg daarop heeft de wnd. griffier van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van uw Kamer mij ervan op de hoogte gesteld dat genoemde commissie op 7 september jl. heeft besloten met mij een schriftelijk overleg te voeren en antwoorden op de nog te stellen vragen te willen ontvangen voor 22 september a.s. wanneer de VN-Mensenrechtenraad bijeenkomt, waarna genoemde commissie besluit of zij verder overleg met mij aangewezen acht.

In afwachting van de door de vaste commissie van uw Kamer te stellen vragen, bericht ik u ondertussen alvast graag dat de Koninkrijksreactie is verzonden naar de Verenigde Naties op 8 september jl. In de reactie heb ik middels de volgende alinea nog aangetekend dat het parlement is betrokken bij het UPR-proces:

«The Parliament of the country of the Netherlands has been informed of this reaction and is involved with the further follow-up of these UPR recommendations, including in the period between the submission of this response and the adoption of the outcome of the UPR of the Netherlands by the Human Rights Council.»

De Nederlandse ambassadeur zal in zijn speech op 22 september in de VN-Mensenrechtenraad eveneens de betrokkenheid van uw Kamer in dit proces onder de aandacht brengen van de Raad. Zoals eerder gememoreerd, is de reactie op de aanbevelingen het begin van het implementatieproces en heeft uw Kamer op elk gewenst moment de gelegenheid om desgewenst met het kabinet van gedachten te wisselen over de reactie op de aanbevelingen. Een besluit daarover van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken van uw Kamer wacht ik gaarne af.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven