Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal | 1997-1998 | 26143 nr. 1;412 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal | 1997-1998 | 26143 nr. 1;412 |
Aan de Voorzitter van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 31 augustus 1998
Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 1 september 1998.
De wens over de voorgenomen rechtshandeling nadere inlichtingen te ontvangen kan door of namens een van beide Kamers of door ten minste vijftien leden van de Eerste Kamer dan wel dertig leden van de Tweede Kamer te kennen worden gegeven uiterlijk 1 oktober 1998.
Het oordeel dat de voorgenomen rechtshandeling een voorafgaande machtiging bij de wet behoeft kan door een van beide Kamers worden uitgesproken uiterlijk op 15 september 1998 dan wel binnen veertien dagen na het verstrekken van de in de vorige volzin bedoelde inlichtingen.
Gelet op artikel 29, eerste lid, van de Comptabiliteitswet, deel ik u mee dat de Staat – conform het gevoelen in de Ministerraad – het voornemen heeft om Twinning Holding B.V. op te richten.
Hierbij treft u aan de beleidsnotitie over het Twinning Concept. Deze beschrijft het Twinning Concept en de juridische structuur die daarvoor in het leven zal worden geroepen. Het Twinning Concept omvat een coaching- en financieringsmechanisme voor startende en groeiende ondernemingen in de Informatie- en Communicatietechnologie (ICT). Hierover bent u reeds geïnformeerd met mijn brief van 11 februari jl. (Kamerstukken II, 1997/98, 25 518, nr. 4) en van 24 juni jl. (Kamerstukken II, 1997/98, 25 518, nr. 12).
Tevens voeg ik bij de concept-statuten van Twinning Holding B.V. en de door deze holding op te richten werkmaatschappijen Twinning Startfonds B.V., Twinning Groeifonds B.V. en Twinning Centers B.V.1
Mijn streven is om zo spoedig mogelijk na afronding van de procedure bedoeld in artikel 29 van de Comptabiliteitswet Twinning Holding B.V. op te richten.
Beleidsnotitie inzake het Twinning Concept
Deze notitie beschrijft het Twinning Concept en de juridische structuur die daarvoor in het leven zal worden geroepen.
Het Twinning Concept omvat een coaching- en financieringsmechanisme voor startende en groeiende ondernemingen in de Informatie- en Communicatietechnologie (ICT). In dit project staat het begrip «Twinning» centraal: het bevorderen van strategische relaties met de leidende technologiemarkten op het gebied van de ICT, zoals bijvoorbeeld Silicon Valley in de Verenigde Staten.
Het doel van het Twinning Concept is het creëren van een stimulerende omgeving voor genoemde bedrijven. Omdat de markt dit op het moment nog niet oppakt, ligt er voor de overheid een rol in de aanjaagfunctie die het Twinning Concept beoogt te vervullen.
Wanneer het Twinning Concept eenmaal succesvol in de markt is gezet, is het de bedoeling dat het Twinning Concept op termijn (8 à 10 jaar) geheel door de markt zal worden gedragen.
Op 17 maart jl. is tijdens een Algemeen Overleg met de Vaste Kamercommissie van Economische Zaken het Twinning Concept besproken op basis van de brief van de Minister van Economische Zaken (Kamerstukken II, 1997/98, 25 518, nr. 4). Het Twinning Concept is door de Vaste Kamercommissie met instemming begroet. Bij brief van 24 juni jl. (Kamerstukken II, 1997/98, 25 518, nr. 12) heeft de Minister de Tweede Kamer geïnformeerd over zijn voornemens tot aanpassing en versnelling van de implementatie van het Twinning Concept.
In paragraaf 2 wordt ingegaan op het Twinning Concept, waarna in paragraaf 3 de gekozen juridische structuur wordt beschreven. Paragraaf 4 gaat in op de doelstellingen van het Twinning Concept. In paragraaf 5 wordt inzicht gegeven in de financiering van het Twinning Concept.
In de nota's «Kennis in Beweging» en «SWAP 2000: Software Actieplan 1996–2000» is als ambitie geformuleerd dat Nederland nà het jaar 2000 in Europa tot de koplopers in de informatiesector behoort. Om deze ambitie te realiseren, is het noodzakelijk dat Nederlandse ICT-bedrijven een marktaandeel opbouwen op de wereldmarkt voor ICT.
In het onderzoeksrapport «Enabling the Information Society. Supporting Market Led Developments», dat door Booz, Allen & Hamilton (BA&H) in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken is opgesteld in het kader van het Nederlandse voorzitterschap van de Europese Unie, is geconcludeerd dat het concurrentievermogen van de Europese ICT-industrie structureel achterblijft bij de mondiale concurrentie, met name op het gebied van software en multimedia. Om dit concurrentievermogen te verbeteren dient volgens BA&H in Europese een omgeving te ontstaan waar startende bedrijven in de ICT kunnen gedijen.
Als redenen voor de achterblijvende prestaties worden aangevoerd dat startende ondernemers in het algemeen over onvoldoende management- en marketing-vaardigheden (kunnen) beschikken om op een wereldmarkt succesvol te concurreren. Daarbij ontbreekt het met name ICT-starters en -groeiers in Nederland, vanwege het hoge risico-profiel dat aan deze ondernemingen kleeft, aan toereikende financieringsmogelijkheden. Voorts zijn deze bedrijven onvoldoende aangesloten op de ontwikkelingen in markten waar de trends en de standaards op ICT-gebied worden gezet. Om de hierboven genoemde ambitie te kunnen realiseren is het noodzakelijk dat in Nederland een stimulerende omgeving tot stand komt voor nieuwe ICT-bedrijven die gericht zijn op producten en diensten voor een wereldmarkt. In de zomer van 1997 is deze visie nader uitgewerkt en met een aantal marktpartijen besproken, waaronder ondernemers uit de ICT-sector en verschaffers van risico-dragend kapitaal («venture capital»).
Vervolgens is in het najaar van 1997 aan BA&H opdracht verleend om de voorgestelde oplossingsrichting in de markt te toetsen1 en verder uit te werken in termen van organisatie, benodigde middelen en financiering. Uit het onderzoek komt een bevestiging van het hierboven geschetste beeld naar voren. Startende ondernemers in de ICT geven aan dat zij behoefte hebben aan management-advies bij het opzetten van hun bedrijf en begeleiding bij het op de markt brengen van hun producten en diensten. Tevens blijkt financiering voor startende en groeiende ICT-ondernemingen over de hele linie problematisch, vanwege het hoge risico-profiel.
Het rapport «Netherlands' ICT Twinning Centers and Investment Funds» bevat voorstellen die volgens BA&H het aantal startende en groeiende ondernemingen in de ICT, zal vergroten en de Nederlandse financiers zal stimuleren om deze bedrijven te financieren. Op basis van dit rapport en het draagvlak dat inmiddels bestaat bij diverse belanghebbende marktpartijen is het Ministerie van Economische Zaken van mening dat met de gekozen oplossingsrichting de genoemde knelpunten, die het ontstaan en de groei van ICT-bedrijven belemmeren, kunnen worden weggenomen.
Aan de oplossingsrichting is de titel «Twinning Concept» gegeven. Zoals reeds vermeld beoogt het concept een coaching- en financeringsmechanisme te creëren voor startende en groeiende ondernemingen in de ICT. Het Twinning Concept bestaat uit de volgende elementen:
1. Het Twinning Netwerk, dat bestaat uit personen die hun sporen als ondernemer of als financier verdiend hebben en nog dagelijks verdienen in de ICT. Eén van de belangrijkste taken van het Twinning Netwerk is om (door-)startende ICT-bedrijven een netwerk aan te bieden van zeer waardevolle nationale en internationale contacten, die op praktische vragen pragmatische antwoorden kunnen geven, maar ook met kritische en strategische inzichten kunnen komen. Tevens komt via het Twinning Netwerk kennis over de wereldwijde ICT-ontwikkelingen ter beschikking aan Nederlandse financiers, waardoor naar verwachting de huidige kloof tussen financier en startend ICT-bedrijf makkelijker kan worden overbrugd.
2. De Twinning centers, die huisvesting en coaching aan ICT-starters zullen bieden.
3. De Twinningfondsen: zaaifondsen (Twinning startfonds I, II, III, IV, etc.), van waaruit risicodragend wordt geïnvesteerd in startende ICT-bedrijven, en een co-investeringsfonds (Twinning groeifonds), dat risicodragend co-investeert in groeiende ICT-bedrijven.
3.1. Structuur en doelstelling Twinning Holding B.V.
De zaaifondsen, het co-investeringsfonds en de centers, zullen worden ondergebracht in drie besloten vennootschappen, te weten Twinning Startfonds B.V., Twinning Groeifonds B.V. en Twinning Centers B.V. Deze vormen de werkmaatschappijen van een holding, te weten Twinning Holding B.V.
Deze structuur maakt een marktconforme inrichting en werkwijze mogelijk. Daarbij zijn de bevoegdheden van de Minister van Economische Zaken, die namens de staat het beheer over de aandelen in de holding uitoefent, beperkt tot die bevoegdheden die voor het garanderen van deze bestendigheid en een ordelijk financieel beheer noodzakelijk zijn zolang dit beleidsmatig gewenst is.
Zoals eerder opgemerkt ligt de rol voor de overheid in de aanjaagfunctie die het Twinning Concept, en daarmee Twinning Holding B.V. (hierna: Twinning Holding), beoogt te vervullen. Wanneer Twinning Holding eenmaal in de markt is gezet, is het de bedoeling dat het Twinning Concept op termijn (naar schatting 8 à 10 jaar) geheel door de markt zal worden gedragen. Twinning Holding en haar dochters zullen daarom marktconform gaan opereren.
Twinning Holding heeft tot doel:
a. het zoveel mogelijk verbeteren van de vanuit economische oogpunt voor Nederland niet optimaal werkende omstandigheden voor beginnende, in Nederland gevestigde ondernemers op het gebied van de informatie- en communicatietechnologie (ICT), welke ondernemers voldoen aan de volgende profielschets:
i. zij beschikken of richten zich op het verkrijgen van unieke kennis op het gebied van ICT, waarbij zij ernaar streven deze kennis toe te passen ten behoeve van de ontwikkeling van een product of een dienst die kan worden afgezet op de wereldmarkt.
ii. zij beschikken over een (in beginsel) technisch en commercieel haalbaar (idee voor een) product of een dienst op het gebied van ICT;
iii. zij beschikken over voldoende capaciteiten om hun onderneming tot een succes te maken;
b. het bevorderen van de samenhang tussen haar doelstelling en die van haar groepsmaatschappijen en de realisering daarvan;
c. het bij haar activiteiten naar samenwerking met bestaande marktpartijen.
3.2. Twinning Holding en werkmaatschappijen
De staat zal een meerderheidsbelang houden in Twinning Holding zolang dit beleidsmatig gewenst is.
De aandeelhoudersrechten van de staat zullen er op zijn gericht zeggenschap te houden over onder meer:
– de doelomschrijving en de statuten van de holding en de dochtermaatschappijen;
– de bepalingen ten behoeve van de aansturing door de Holding van de werkmaatschappijen;
– de liquidatie van de holding en de werkmaatschappijen.
Met het oog op marktconforme werkwijze en condities zal het Ministerie van Economische Zaken haar invloed verder beperkt houden.
Zoals eerder aangegeven zal na een periode van naar schatting 8 à 10 jaar de doelstelling van het Twinning Concept zijn gerealiseerd en kan de overheid in beginsel terugtreden.
Het bestuur van de Twinning Holding zal worden gevoerd door een directeur. De holding zal fungeren als enig bestuurder van Twinning Centers B.V., Twinning Startfonds B.V. en Twinning Groeifonds B.V. en is dus verantwoordelijk voor de gang van zaken binnen de Twinning Holding en haar werkmaatschappijen.
Twinning Holding krijgt een raad van commissarissen, die zal bestaan uit drie personen. De leden van de raad van commissarissen worden benoemd door de algemene vergadering van aandeelhouders. De raad van commissarissen zal zo zijn samengesteld dat één lid affiniteit c.q. ervaring heeft met de bestuurlijke en beleidsmatige verantwoordelijkheden van de overheid.
De leden van de raad van commissarissen zullen zich moeten conformeren aan een gedragscode. Diezelfde gedragscode zal moeten worden onderschreven door het personeel van de holding en haar werkmaatschappijen.
Uiteraard zal Twinning Holding B.V. jaarlijks in haar jaarvergadering verantwoording afleggen over het in het afgelopen gevoerde beleid. Daarnaast zullen de directeur en de voorzitter van de raad van commissarissen van Twinning Holding B.V. het ministerie van Economische Zaken regelmatig op de hoogte brengen van de nieuwste ontwikkelingen in de holding en de werkmaatschappijen.
Het Twinning Netwerk bestaat uit een aantal privé-personen die hebben aangegeven bereid te zijn om op persoonlijke titel inhoudelijk betrokken te zijn bij de doelstelling van het Twinning Concept. Zij zijn bereid voor het bestuur van de Twinning Holding en de werkmaatschappijen de volgende rollen te vervullen:
– een adviserende rol ten behoeve van het bestuur van de Twinning Holding;
– een advies- en verwijsrol ten behoeve van ondernemers;
– betrokkenheid bij de profilering van het Twinning Concept ten behoeve van de markt en het publiek.
Vanwege hun persoonlijke kwaliteiten kunnen jonge ICT-bedrijven bij uitstek voordeel hebben van de expertise en persoonlijke netwerken van de deelnemers van het Twinning Netwerk. Voor de bezigheden van deze deelnemers (ook wel Partners genoemd) aan het Twinning Netwerk worden geen vergoedingen in rekening gebracht aan de jonge ICT-bedrijven.
Gezien de bedoeling van het Twinning Netwerk is het ongewenst het Twinning Netwerk een formele status of taak te geven. De samenstelling van het Twinning Netwerk blijft ook geheel een zaak van de betrokkenen zelf.
De relatie tussen de holding en de werkmaatschappijen enerzijds en het Twinning Netwerk anderzijds zal daarom beperkt kunnen blijven tot de volgende elementen.
– De voorzitter van de raad van commissarissen fungeert ook als «primus inter pares» onder de Partners van het Twinning Netwerk.
– De Partners van het Twinning Netwerk zullen, om de schijn van belangenverstrengeling te voorkomen, een door hen te hanteren gedragscode onderschrijven.
De holding draagt er zorg voor dat de Partners van het Twinning Netwerk bij de activiteiten van de holding en haar werkmaatschappijen worden betrokken.
Twinning Centers B.V. heeft als doel huisvesting en coaching te bieden aan startende ICT-ondernemers. Deze ondernemers zullen worden geselecteerd op basis van de technische en commerciële haalbaarheid van hun ideeën en hun management-kwaliteiten. Twinning Centers B.V. zal deze ondernemers bijstaan met management-adviezen en het leggen van (internationale) contacten en daarnaast actief bij universiteiten en bedrijven op zoek gaan naar veelbelovende potentiële ondernemers met ideeën die kunnen leiden tot de oprichting van nieuwe ICT-onderne- mingen. De centers zullen zoveel mogelijk marktconform opereren; de ICT-ondernemingen betalen een marktconforme huur.
In het kader van het Twinning Concept zullen (in de tijd volgtijdelijke) zaaifondsen en een co-investeringsfonds worden gerealiseerd. Deze fondsen zullen marktconform opereren. Tevens is gekozen voor een opzet waarbij de vennootschappen waarin deze fondsen zijn ondergebracht, kunnen inspelen op de dynamiek die zich gedurende de looptijd van het initiatief zal gaan ontwikkelen.
* Twinning startfonds (I, II, III, IV, etc.).
Dit zijn zaaifondsen bestemd voor deelname in ondernemers, die in Nederland gevestigd zijn en een goed idee hebben voor een product of dienst op het gebied van ICT.
Met de zaaifondsen richt Twinning Startfonds B.V. zich op startende ICT-ondernemers die zich in een (zeer) vroege ontwikkelingsfase bevinden (vaak nog geen ondernemingsplan, zeker nog geen marktrijp product of dienst). Selectiecriteria richten zich vooral op de technische en commerciële haalbaarheid van het idee en de kwaliteiten van de ondernemer of het team dat de onderneming opricht of wil oprichten. De selectie wordt uitgevoerd door Twinning Startfonds B.V. Financiering vindt plaats in de vorm van aandelenparticipaties of, indien er nog geen sprake is van een aparte rechtspersoon, van converteerbare, achtergestelde leningen. De financiering zal doorgaans in een aantal, in omvang toenemende, tranches over een periode van ongeveer 2 tot 3 jaar worden verstrekt. De totale omvang van leningen en aandelenparticipaties zal per onderneming in het algemeen liggen in het bereik van f 200 000 tot f 300 000. Tussen Twinning Startfonds B.V. en de Twinning Centers B.V. zal een nauwe relatie bestaan; niet alleen omdat het gaat om werkmaatschappijen onder dezelfde moeder maar ook omdat de meeste ondernemingen die via Twinning Centers B.V. zijn gehuisvest, gefinancierd zullen worden door één van de zaaifondsen.
Gezien het hoge risico zal naar verwachting voor een substantieel aantal participaties geen succesvolle desinvestering mogelijk zijn. Wel succesvolle participaties zullen op marktconforme wijze worden vervreemd aan marktpartijen, die daarbij al dan niet samen met Twinning Groeifonds B.V. zullen participeren.
Formele private financiers – bijvoorbeeld participatiemaatschappijen en beursgenoteerde fondsen – kunnen via één van de zaaifondsen («closed end funds») deelnemen in ondernemingen op dezelfde voet waarop Twinning Startfonds B.V. deelneemt. De bedragen waarvoor wordt deelgenomen kunnen per financier verschillen. Voor het beheer en het management over de deelnames betalen derden-financiers een marktconforme vergoeding die bestaat uit een managementfee en een bedrag (10% van de kapitaalwinst over de portfolio) aan Twinning Startfonds B.V. Private financiers worden na inleg in een startfonds dus géén aandeelhouder in Twinning Startfonds B.V.
Bij de financiering van de groei van de starter zullen in veel gevallen private co-investeerders samen met Twinning Groeifonds B.V. als nieuwe investeerder optreden (zie hierna). Het moment waarop een nieuwe investering nodig is breekt over het algemeen niet later aan dan twee tot drie jaar na de initiële investering vanuit een zaaifonds. De deelnemingen in de onderneming vanuit het zaaifonds zullen tijdens deze tweede financieringsronde over het algemeen nog ongewijzigd in stand blijven. In deze ronde is het Twinning Startfonds B.V. niet actief meer en worden management-begeleiding en coaching aan de private investeerders overgelaten.
Desinvestering door Twinning Startfonds B.V. zal over het algemeen tegelijk met een desinvestering door Twinning Groeifonds B.V. en doorgaans circa acht jaar na de initiële investering door Twinning Startfonds B.V. plaatsvinden.
Twinning Startfonds B.V. en de private partijen participeren op gelijke voorwaarden in de zaaifondsen, behalen hetzelfde rendement en lopen dezelfde risico's, waarbij gestreefd wordt naar een verhouding overheid/private partijen van 50%–50%. Zoals hierboven al is aangegeven betalen private partijen voor het beheer en management van hun inleg een markt conforme vergoeding. De overige kosten, die worden gemaakt ten behoeve van de startende ondernemingen (o.a. coaching en advies), neemt Twinning Startfonds B.V. voor haar rekening.
Met dit co-investeringsfonds richt Twinning Groeifonds B.V. zich op ICT-bedrijven in de groeifase, waarin financiering voor verdere expansie vereist is. Twinning Groeifonds B.V. zal passief opereren. Dit houdt in dat Twinning Groeifonds B.V., in tegenstelling tot Twinning Startfonds B.V., het bedrijf waarin het participeert niet actief zal acquireren en begeleiden. Deze taak is weggelegd voor de co-financiers van Twinning Groeifonds B.V., te weten de private financiers (formele en informele investeerders). Wel zullen adviezen van het Twinning Netwerk van belang zijn. Volgens het principe van co-investering kan een financier die wil investeren in een groeiend bedrijf, Twinning Groeifonds B.V. benaderen met een verzoek om te co-investeren.
Twinning Groeifonds B.V. beschikt over de mogelijkheid om het rendement bij desinvestering voor de private financier hoger te laten zijn dan voor Twinning Groei Fonds B.V. Hiermee wordt in principe een risico-dragende vergoeding gegeven voor de actieve begeleidings- en coachingstaak, die berust bij de private co-investeerders.
Twinning Groeifonds B.V. zal telkens nominaal niet voor een groter bedrag mogen deelnemen dan de co-investeerder. De totale participatie per onderneming door het co-investeringsfonds zal in het algemeen niet meer dan f 2 mln bedragen. Er worden per participatie afspraken gemaakt over tijdsduur, voorwaarden voor desinvestering en de mate van begeleiding. Desinvestering van succesvolle participaties zal kunnen plaatsvinden op een aantal manieren, zoals verkoop aan private durfkapitaalverstrekkers, bedrijfsovername, beursintroductie en de mogelijkheid van terugkoop. Desinvestering zal over het algemeen circa vijf jaar na het moment van investeren plaatsvinden.
De doelstelling is dat Twinning Groeifonds B.V. op termijn een positief rendement zal opleveren dat weer ten goede komt aan de overige elementen van het Twinning Concept.
Voorzover blijkt dat er voor deelname in een startfonds of voor co-investering met Twinning Groeifonds B.V. zich meer belangstelling voordoet dan nu verwacht, zal Twinning Holding een profiel opstellen van de investeerder waarvan verwacht kan worden dat die het meeste bijdraagt aan de verwezenlijking van de doeleinden van het Twinning Concept. In principe komen dus alle Nederlandse en buitenlandse investeerders in aanmerking voor deelname in een startfonds of co-investering met Twinning Groei Fonds B.V.
4. Doelstellingen van het Twinning Concept
Uitgaande van een volledige implementatie van het Twinning Concept, kunnen gedurende de betrokkenheid van de overheid (8 à 10 jaar) naar verwachting een groot aantal kwalitatief hoogwaardige nieuwe ICT-bedrijven ontstaan. In een Twinning center zullen gemiddeld 40 tot 45 nieuwe ICT-ondernemingen worden gehuisvest. De verwachting is dat een aanzienlijk aantal gefinancierd zal worden vanuit een van de zaaifondsen.
Op grond van de in het Twinning Concept gehanteerde uitgangspunten t.a.v. het aanbod en niveau/kwaliteit van ICT-starters alsmede t.a.v. de co-investeringen uit de kapitaalmarkt in zaaifondsen en co-investeringsfonds zullen de zaaifondsen, bij een volledige implementatie van het Twinning-Concept, naar verwachting in gemiddeld 60 nieuwe ICT-ondernemingen op jaarbasis investeren. Het co-investeringsfonds zal in deze situatie naar verwachting in gemiddeld 6 groeiende ICT-ondernemingen op jaarbasis investeren.
Niet later dan 2001 zal het Twinning Concept tussentijds worden geëvalueerd, waarbij met name zal worden gekeken naar de kwaliteit en de kwantiteit van de ICT-ondernemingen die aan elementen van het Twinning Concept deelnemen c.q. hebben deelgenomen. Op basis van deze tussentijdse evaluatie kunnen bovengenoemde kwantitatieve doelstellingen worden gewijzigd.
5. Financiering en tijdsschema
Voor de eerste fase van de implementatie van het Twinning Concept (de oprichting van de Twinning Holding, Twinning Centers B.V., Twinning Startfonds B.V. en Twinning Groeifonds B.V., de opzet van één zaaifonds, het co-investeringsfonds en de start van de activiteiten van centers op twee lokaties) is circa f 70 mln beschikbaar op de EZ-begroting. De verdeling over de periode tot 2004 is als volgt:
| 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 20 mln | 20 mln | 8 mln | 7 mln | 7 mln | 7 mln | 1 mln |
Hiervan is circa f 10 mln bestemd als investeringskapitaal voor het eerste zaaifonds (Twinning startfonds I) binnen Twinning Startfonds B.V. Door private investeerders wordt dit bedrag verdubbeld zodat de totale omvang van dit fonds hiermee op f 20 mln. komt.
Voor Twinning Groeifonds B.V. is circa f 25 mln bestemd als investeringskapitaal. De overige f 35 mln is nodig voor de implementatie en de uitvoeringskosten voor de periode tot en met 2004.
In de tweede fase van de implementatie en financiering van het Twinning Concept zullen de middelen uit het eerste zaaifonds volledig zijn geïnvesteerd (naar verwachting in 1999 of 2000). Dan zal een tweede zaaifonds (Twinning startfonds II) binnen Twinning Startfonds B.V. worden gevormd, met naar verwachting weer f 10 mln. inleg van overheidswege en wederom tot f 10 mln. inleg van private investeerders.
Over de beschikbaarstelling van een overheidsbijdrage voor de tweede fase van de implementatie van het Twinning Concept (bijdrage tweede zaaifonds binnen Twinning Startfonds B.V., vergroting van de omvang, het co-investeringsfonds en de realisatie van twee additionele centers) zal nog nadere besluitvorming plaatsvinden.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-26143-1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.