nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
Het wetsvoorstel voorziet in het opnemen in de Wet toezicht kredietwezen
1992 (Wtk 1992) van een bepaling die het mogelijk maakt regels te stellen
betreffende de verstrekking van informatie door kredietinstellingen aan het
publiek. Aanleiding vormt het algemeen overleg van 8 april 1998 van de Vaste
Commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal met
ondergetekende. In dit overleg is geconcludeerd dat voor de consument sprake
is van gebrek aan transparantie met betrekking tot de door de kredietinstellingen
gehanteerde methoden van valutering en derhalve ook ten aanzien van de kosten
die valutering voor de consument met zich meebrengt. Valutering is het door
de kredietinstellingen vaststellen op welke dag de renteberekening in geval
van een saldomutatie ten gunste of ten laste van een klant begint of eindigt.
De Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993, de Wet toezicht effectenverkeer
1995, de Wet toezicht beleggingsinstellingen en de Wet toezicht natura-uitvaartverzekeringsbedrijf,
kennen al een vergelijkbare bepaling. Dit hangt samen met de aard van de aangeboden
producten en diensten en daarmee de aard (duur en/of risico) van de verplichtingen
die door klanten worden aangegaan. Illustratief is dat de bestaande bepalingen
omtrent het verschaffen van informatie in genoemde wetten mede voortvloeien
uit Europese regelgeving. Bepalingen omtrent informatieverschaffing aan het
publiek zijn niet opgenomen in Europese regelgeving gericht op kredietinstellingen.
Thans doet zich evenwel een behoefte aan een bepaling omtrent verschaffing
van informatie aan het publiek voelen.
De gewenste transparantie omtrent valutering betreft de kosten waarmee
de klant op een indirecte manier te maken krijgt. Ook in het kader van het
toezicht op de andere genoemde sectoren is sprake van een toenemende aandacht
voor transparantie van de kosten voor klanten. Het wetsvoorstel beperkt zich
evenwel niet tot regels omtrent valutering of de direct en indirect in rekening
gebrachte kosten. Het wetsvoorstel maakt het mogelijk regels te stellen betreffende
de informering van het publiek over aspecten van de aangeboden producten en
diensten, die voor de markttransparantie van belang zijn, zoals bijvoorbeeld
inzicht in aanbieder, product, kosten, rendement, risico, klachtenregeling,
garantieregeling, voorschriften inzake reclame en productpresentatie. Een
regeling, die in overleg met de Nederlandsche Bank wordt opgesteld, kan overigens informatie betreffen die door de kredietinstelling nu al
aan de klant wordt verstrekt.
Het wetsvoorstel voorziet in een mogelijkheid en niet een verplichting
tot het stellen van die regels. Betreffende valutering zal, voordat overgegaan
wordt tot het stellen van regels, eerst met de sector worden overlegd over
zelfregulering. Daarbij is het van belang dat de informering van de klant
niet alleen op verzoek van de klant, maar meer actief door de kredietinstelling
plaatsvindt.
De Minister van Financiën,
G. Zalm