nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende
regels met betrekking tot de vervanging van contractuele verwijzingen naar
de Amsterdam Interbank Offered Rate en andere referentierentes, alsmede tot
wijziging van de Wet toezicht effectenverkeer 1995, in verband met de deelname
van Nederland aan de Economische en Monetaire Unie (Wet vervanging contractuele
referentierentes).
De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
21 augustus 1998
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat De Nederlandsche Bank N.V.
vanaf het tijdstip waarop Nederland de gemeenschappelijke munt zal aannemen
de Amsterdam Interbank Offered Rate en de vaste voorschotrente niet langer
zal vaststellen, en dat het met het oog op de continuïteit van overeenkomsten
daarom wenselijk is een voorziening te treffen waardoor verwijzingen naar
de Amsterdam Interbank Offered Rate, of een andere daarmee vergelijkbare referentierente
(die niet langer wordt berekend en gepubliceerd) uit een staat die lid is
van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde fase van de Economische
en Monetaire Unie, dan wel de vaste voorschotrente of het promessedisconto,
in bestaande overeenkomsten van rechtswege kunnen worden vervangen door verwijzingen
naar een andere referentierente, alsmede dat het wenselijk is om de Wet toezicht
effectenverkeer 1995 te wijzigen teneinde de bestaande onzekerheid
omtrent de juridische status van bepaalde vormen van transacties in effecten
weg te nemen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
Artikel 1
Onze Minister van Financiën wijst een referentierente aan die, in
overeenkomsten naar Nederlands recht waarin de Amsterdam Interbank Offered
Rate of een andere daarmee vergelijkbare referentierente uit een staat die
lid is van de Europese Unie en die deelneemt aan de derde fase van de Economische
en Monetaire Unie als referentierente is opgenomen, laatstgenoemde referentierentes
van rechtswege vervangt vanaf het tijdstip waarop deze niet meer worden berekend
en gepubliceerd, voor zover de desbetreffende overeenkomsten hierin niet voorzien.
Artikel 2
1. Onze Minister van Financiën wijst een referentierente aan die,
in overeenkomsten naar Nederlands recht waarin de vaste voorschotrente of
het hierop gebaseerde promessedisconto als referentierente is opgenomen, eerstgenoemde
referentierente van rechtswege vervangt vanaf het tijdstip waarop deze niet
meer wordt vastgesteld en gepubliceerd, voor zover de desbetreffende overeenkomsten
hierin niet voorzien.
2. Een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid heeft een beperkte werkingsduur
welke in elk geval niet op een later tijdstip eindigt dan op 31 december 2001.
Artikel 3
Vervanging van rechtswege van een overeengekomen referentierente als bedoeld
in de artikelen 1 en 2 vormt geen grond voor gehele of gedeeltelijke ontbinding
van de overeenkomst of wijziging van de gevolgen van de overeenkomst wegens
onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 258 van Boek 6 van het Burgerlijk
Wetboek.
Artikel 4
De aanwijzingen van Onze Minister van Financiën, bedoeld in de artikelen
1 en 2, worden bekend gemaakt in de Staatscourant en in een landelijk verspreid
dagblad.
Artikel 5
In de Wet toezicht effectenverkeer 1995 wordt na artikel 2 een nieuw artikel
ingevoegd, luidende:
Artikel 2a
De omstandigheid dat de koper van effecten zich bij de koop heeft verbonden
tot een latere overdracht van een gelijke hoeveelheid effecten van dezelfde
soort aan de verkoper, brengt niet met zich dat die koop, in strijd met artikel
84, derde lid, van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek, ten doel heeft de effecten
over te dragen tot zekerheid of de strekking mist de effecten na de overdracht
in het vermogen van de koper te doen vallen, tenzij de effecten na de levering
in handen van de verkoper blijven.
Artikel 6
Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1999. Indien het Staatsblad
waarin deze wet wordt geplaatst wordt uitgegeven na 31 december 1998, treedt
zij in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad
waarin zij wordt geplaatst, en werkt zij, wat de artikelen 1 tot en met 3
betreft, terug tot en met 1 januari 1999. Artikel 2 vervalt met ingang van
1 januari 2002.
Artikel 7
Deze wet wordt aangehaald als: Wet vervanging contractuele referentierentes.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Financiën,