26 088
Wijziging van de Vreemdelingenwet (ongedocumenteerden)

nr. 9
MOTIE VAN HET LID HALSEMA

Voorgesteld 26 november 1998

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat fouillering van asielzoekers proportioneel moet zijn, met name in het licht van het recht op de persoonlijke levenssfeer;

tevens overwegende, dat bij het voorgestelde artikel 17b Vreemdelingenwet de noodzaak van een concrete verdenking ontbreekt, wat een ingrijpende afwijking betekent van de bepalingen in de Politiewet en het Wetboek van Strafvordering;

overwegende, dat het voorgestelde artikel 17b Vreemdelingenwet geen criteria bevat voor bijvoorbeeld de plaats, frequentie en noodzaak, waardoor de uitoefening van de bevoegdheid tot fouillering zou kunnen leiden tot willekeur;

verzoekt de regering voor beide leden van artikel 17b Vreemdelingenwet nadere regels op te stellen en deze vóór inwerkingtreding van de wet voor te leggen aan de Kamer,

en gaat over tot de orde van de dag.

Halsema

Naar boven