26 078
Bepalingen inzake redenominatie van schuldtitels in verband met de deelname door Nederland aan de Economische en Monetaire Unie (Wet schuldredenominatie)

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 9 september 1998

De vaste commissie voor Financiën1, belast met het voorbereidend onderzoek van bovenstaand wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen van haar bevindingen.

Onder het voorbehoud, dat de regering de vragen en opmerkingen in dit verslag afdoende zal beantwoorden, acht de commissie hiermee de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inleiding

De leden van de commissie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel. De omzetting c.q. redenominatie van de bestaande schuldtitels leidt tot vergroting van de euro-kapitaalmarkt, zo constateren de leden van de VVD-fractie. Het is voor de Staat en particuliere emittenten van belang daarin van het begin af aan een goede marktpositie te verwerven. Het stemt deze leden dan ook tot genoegen dat niet alleen de staatsschuld wordt geredenomineerd, maar dat ook aan particuliere emittenten de mogelijkheid wordt geboden eenzijdig leningsvoorwaarden aan te passen.

Ronde-euromethode in Nederland

De leden van de VVD-fractie vragen het Kabinet waarom het heeft gekozen voor de «ronde-euromethode». Als argumenten om niet te kiezen voor de eurocent-methode worden gegeven: de aanpassingen in een groot aantal automatiseringssystemen, de beperkte resterende tijd tot aan 1999 en de krapte op de arbeidsmarkt. Deze leden vragen zich af of deze omstandigheden zich niet ook in de meeste andere deelnemende lidstaten voordoen. Zijn er lidstaten die niet de juiste systemen hebben om transacties in eurocenten te verwerken en toch hebben gekozen voor de eurocent-methode?

Kan worden ingeschat wat de (eenmalige) kosten zijn van Nederlandse banken, emittenten of anderen als gevolg van de redenominatie van Nederlandse schuldtitels met afronding op ronde euro's, zo vervolgen de leden van de VVD-fractie. En hoe wegen de afrondingskosten af tegen de kosten van omzetting van de systemen?

De omvang en reikwijdte van feitelijke redenominatie in 1999

Tot besluit merken de leden van de VVD-fractie op dat de memorie van toelichting vermeldt dat aan iedere emittent die een of meerdere fondsen wenst te redenomineren, gevraagd is dit uiterlijk op 1 juli 1998 bij de AEX te melden. Hoe groot is de behoefte aan redenominatie gebleken?

De voorzitter van de commissie,

Van Gijzel

De griffier van de commissie,

Janssen


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Schutte (GPV), Reitsma (CDA), Rosenmöller (GL), Van Gijzel (PvdA), voorzitter, Hillen (CDA), Witteveen-Hevinga (PvdA), Voûte-Droste (VVD), Noorman-den Uyl (PvdA), Giskes (D66), Kamp (VVD), Marijnissen (SP), Crone (PvdA), Van Dijke (RPF), Bakker (D66), De Vries (VVD), De Haan (CDA), ondervoorzitter, Patijn (VVD), Van Beek (VVD), Duijkers (PvdA), Balkenende (CDA), Vendrik (GL), Bos (PvdA), Remak (VVD), Wijn (CDA) en Kuijper (PvdA).

Plv. leden: Van der Vlies (SGP), Verburg (CDA), Harrewijn (GL), Van Zijl (PvdA), Van der Knaap (CDA), Koenders (PvdA), Balemans (VVD), Van Oven (PvdA), Schimmel (D66), Hofstra (VVD), De Wit (SP), vacature PvdA, Hoekema (D66), Van Walsem (D66), Wilders (VVD), Dankers (CDA), Blok (VVD), Weekers (VVD), Smits (PvdA), Bijleveld-Schouten (CDA), Rabbae (GL), Van Dok-Van Weele (PvdA), Hessing (VVD), Van den Akker (CDA) en Timmermans (PvdA).

Naar boven