A
ADVIES RAAD VAN STATE EN DE REACTIE VAN DE INDIENER
Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad van State d.d. 12 juni
1998 en de reactie van de indiener d.d. ... juni 1998, aangeboden aan de Voorzitter
van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. Het advies van de Raad van State
is cursief afgedrukt.
Bij brief van de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal van
27 mei 1998, heeft de Tweede Kamer bij de Raad van State ter overweging aanhangig
gemaakt het voorstel van wet met memorie van toelichting van het lid Duivesteijn
tot wijziging van het voorstel van wet van het lid Duivesteijn houdende regels
ter bevordering van het overleg tussen huurders en verhuurder van woongelegenheden
(Wet op het overleg huurders verhuurder).
Het voorstel geeft de Raad van State aanleiding tot de volgende opmerkingen.
Volgens de memorie van toelichting wordt beoogd in het voorstel van wet
op het overleg huurders verhuurder een meer stringente scheiding aan te brengen
tussen enerzijds het belang van de huurder en anderzijds de specifieke verantwoordelijkheid
van de verhuurder voor de bedrijfsvoering van het verhuurbedrijf. Uit de toelichting
komt naar het oordeel van de Raad van State echter onvoldoende tot uitdrukking
dat het wetsvoorstel de reikwijdte beperkt van het voorstel van wet op het
overleg huurders verhuurder (kamerstukken I 1997/98, 24 080) (hierna:
wetsvoorstel 24 080) dat door de Tweede Kamer der Staten-Generaal is
aanvaard (Handelingen II 1997/98, blz. 1209–1210).
Gelet op het feit dat met het wetsvoorstel tegemoet wordt gekomen aan
de bezwaren die bij de behandeling van wetsvoorstel 24 080 door de Eerste
Kamer der Staten-Generaal naar voren zijn gebracht en op het feit dat uit
de formulering van artikel II kan worden opgemaakt dat wetsvoorstel 24 080
eerst in werking zal treden als het onderhavige wetsvoorstel door de Eerste
Kamer is aanvaard, moet dit voorstel worden beschouwd als een novelle. Het
karakter van het wetsvoorstel dient duidelijker in de memorie van toelichting
tot uitdrukking te worden gebracht.
Het wetsvoorstel beperkt welliswaar enerzijds de reikwijdte van wetsvoorstel
24 080 t.a.v. de adviesmogelijkheden met betrekking tot het aangaan van
fusies met andere verhuurders, deelneming in andere rechtspersonen dan wel
verkoop van de onderneming van de verhuurder. Anderzijds verruimt het de reikwijdte
door de toevoeging van een nieuw onderdeel in artikel 4 dat ertoe strekt te
adviseren inzake het beleid tot vervreemden en bezwaren van woongelegenheden.
De Raad heeft terecht geconstateerd dat het voorstel van wet een novelle
is.
2. Voor een redactionele kanttekening verwijst het college naar de bij
het advies behorende bijlage.
De Vice-President van de Raad van State,
H. D. Tjeenk Willink
De redactionele opmerking van de Raad van State is verwerkt.
A. Duivesteijn
Bijlage bij het advies van de Raad van State van 12 juni
1998, no. W08.98.0224, met een redactionele kanttekening die de Raad in overweging
geeft.
– In artikel II model G van aanwijzing 180 van de Aanwijzingen voor
de regelgeving gebruiken.