25 979
Wijziging van enkele onderwijswetten in verband met onder meer de bestrijding van seksueel misbruik en seksuele intimidatie in het onderwijs

nr. 8
AMENDEMENT VAN HET LID LAMBRECHTS C.S.

Ontvangen 27 januari 1999

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel 4a, opgenomen in artikel I, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:

A. In het eerste lid wordt de zinsnede «treedt het bevoegd gezag onverwijld in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5a» vervangen door: stelt het bevoegd gezag de desbetreffende persoon en de ouders van de desbetreffende leerling hiervan zo spoedig mogelijk in kennis. Het bevoegd gezag stelt de ten behoeve van de school met taken belaste persoon, onderscheidenlijk de ouders van de leerling, in de gelegenheid hun zienswijze aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.

B. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, een nieuw tweede lid ingevoegd:

2. Zodra de ten behoeve van de school met taken belaste persoon en de ouders van de leerling hun zienswijzen aan het bevoegd gezag kenbaar hebben gemaakt, doch uiterlijk een week nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, treedt het bevoegd gezag in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5a.

C. In het derde lid (nieuw) wordt «het overleg, bedoeld in het eerste lid,» vervangen door «het overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in het tweede lid,» en wordt «de desbetreffende persoon» vervangen door «de ten behoeve van de school met taken belaste persoon».

II

Artikel 4a, opgenomen in artikel II, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:

A. In het eerste lid wordt de zinsnede «treedt het bevoegd gezag onverwijld in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5a» vervangen door: stelt het bevoegd gezag de desbetreffende persoon en de ouders van de desbetreffende leerling hiervan zo spoedig mogelijk in kennis. Het bevoegd gezag stelt de ten behoeve van de school met taken belaste persoon, onderscheidenlijk de ouders van de leerling, in de gelegenheid hun zienswijze aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.

B. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, een nieuw tweede lid ingevoegd:

2. Zodra de ten behoeve van de school met taken belaste persoon en de ouders van de leerling hun zienswijzen aan het bevoegd gezag kenbaar hebben gemaakt, doch uiterlijk een week nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, treedt het bevoegd gezag in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5a.

C. In het derde lid (nieuw) wordt «het overleg, bedoeld in het eerste lid,» vervangen door «het overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in het tweede lid,» en wordt «de desbetreffende persoon» vervangen door «de ten behoeve van de school met taken belaste persoon».

III

Artikel 3, opgenomen in artikel III, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:

A. In het eerste lid wordt de zinsnede «treedt het bevoegd gezag onverwijld in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 115a» vervangen door: stelt het bevoegd gezag de desbetreffende persoon en de ouders van de desbetreffende leerling hiervan zo spoedig mogelijk in kennis. Het bevoegd gezag stelt de ten behoeve van de school met taken belaste persoon, onderscheidenlijk de ouders van de leerling, in de gelegenheid hun zienswijze aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.

B. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, een nieuw tweede lid ingevoegd:

2. Zodra de ten behoeve van de school met taken belaste persoon en de ouders van de leerling hun zienswijzen aan het bevoegd gezag kenbaar hebben gemaakt, doch uiterlijk een week nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, treedt het bevoegd gezag in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 115a.

C. In het derde lid (nieuw) wordt «het overleg, bedoeld in het eerste lid,» vervangen door «het overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in het tweede lid,» en wordt «de desbetreffende persoon» vervangen door «de ten behoeve van de school met taken belaste persoon».

IV

Artikel 127a, opgenomen in artikel IV, onderdeel A, wordt als volgt gewijzigd:

A. In het eerste lid wordt de zinsnede «treedt het bevoegd gezag onverwijld in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 128a» vervangen door: stelt het bevoegd gezag de desbetreffende persoon en de ouders van de desbetreffende leerling hiervan zo spoedig mogelijk in kennis. Het bevoegd gezag stelt de ten behoeve van de school met taken belaste persoon, onderscheidenlijk de ouders van de leerling, in de gelegenheid hun zienswijze aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.

B. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede en derde lid tot derde en vierde lid, een nieuw tweede lid ingevoegd:

2. Zodra de ten behoeve van de school met taken belaste persoon en de ouders van de leerling hun zienswijzen aan het bevoegd gezag kenbaar hebben gemaakt, doch uiterlijk een week nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, treedt het bevoegd gezag in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 128a.

C. In het derde lid (nieuw) wordt «het overleg, bedoeld in het eerste lid,» vervangen door «het overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in het tweede lid,» en wordt «de desbetreffende persoon» vervangen door «de ten behoeve van de school met taken belaste persoon».

V

Artikel 1.3.8a, opgenomen in artikel V, onderdeel B, wordt als volgt gewijzigd:

A. In het eerste lid wordt de zinsnede «treedt het bevoegd gezag onverwijld in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5.2a» vervangen door: stelt het bevoegd gezag de desbetreffende persoon en de ouders van de desbetreffende deelnemer hiervan zo spoedig mogelijk in kennis. Het bevoegd gezag stelt de ten behoeve van de instelling met taken belaste persoon, onderscheidenlijk de ouders van de deelnemer, in de gelegenheid hun zienswijze aan het bevoegd gezag kenbaar te maken.

B. Na het eerste lid wordt, onder vernummering van het tweede tot en met vierde lid tot derde tot en met vijfde lid, een nieuw tweede lid ingevoegd:

2. Zodra de ten behoeve van de instelling met taken belaste persoon en de ouders van de deelnemer hun zienswijzen aan het bevoegd gezag kenbaar hebben gemaakt, doch uiterlijk een week nadat zij daartoe in de gelegenheid zijn gesteld, treedt het bevoegd gezag in overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in artikel 5.2a.

C. In het derde lid (nieuw) wordt «het overleg, bedoeld in het eerste lid,» vervangen door «het overleg met de vertrouwensinspecteur, bedoeld in het tweede lid,» en wordt «de desbetreffende persoon» vervangen door «de ten behoeve van de instelling met taken belaste persoon».

D. In het vijfde lid (nieuw) wordt «Het eerste tot en met derde lid» vervangen door: Het eerste tot en met vierde lid.

VI

In het voorgestelde artikel 1.4.1, vijfde lid, opgenomen in artikel V, onderdeel C, wordt «Artikel 1.3.8, eerste tot en met derde lid,» vervangen door: Artikel 1.3.8, eerste tot en met vierde lid,.

Toelichting

Dit amendement heeft tot doel om te verzekeren dat de betreffende ouders en de betreffende leerkracht in ieder geval de gelegenheid wordt geboden hun zienswijze kenbaar te maken voordat aangifte wordt gedaan.

Lambrechts

Dijksma

Remak