25 904
Wijziging van de Wet van 16 december 1993 tot wijziging van de Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 in verband met verruiming van het begrip personenauto (Stb. 673) (beëindiging grootwagenparkregeling)

nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 6 mei 1998

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

ARTIKEL IV komt te luiden:

ARTIKEL IV

1. Artikel I treedt in werking met ingang van de eerste dag van de kalendermaand na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, met dien verstande dat indien de belasting voor een personenauto is voldaan naar het tarief van artikel 24 van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 over een tijdvak waarvan een gedeelte na het tijdstip van inwerkingtreding ligt, het tarief van artikel 23 van die wet pas van toepassing is met ingang van het eerstvolgende tijdvak.

2. Artikel II treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 mei 1998.

3. Artikel III treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst.

Toelichting

De inwerkingtredingsdatum van het onderhavige wetsvoorstel was aanvankelijk bepaald op 1 juni 1998. Gelet op het stadium waarin de behandeling van het voorstel zich thans bevindt, heb ik het raadzaam geacht in het inwerkingtredingsartikel rekening te houden met de mogelijkheid dat de behandeling van het voorstel niet bijtijds zal zijn afgerond. Voorgesteld wordt de beëindiging van de grootwagenparkregeling (artikel I) in te laten gaan op de eerste dag van de kalendermaand volgend op die van plaatsing in het Staatsblad.

Voor de vrijstelling van het 10% bodemtarief in de belasting van personenauto's en motorrijwielen van 25 jaar en ouder (artikel II) is evenwel van belang dat deze gelijktijdig ingaat met de overeenkomstige vrijstelling van die belasting voor personenauto's van 25 jaar en ouder. De vrijstelling van het 10% bodemtarief voor personenauto's is bij amendement op de Wet fiscale milieuversterking (Stb. 1997, 732) opgenomen. Deze vrijstelling treedt in werking op 1 mei a.s. Nu het onderhavige wetsvoorstel mogelijk later in werking zal treden, heb ik voor artikel II dan ook gekozen voor terugwerkende kracht tot en met 1 mei van dit jaar. Artikel III betreft een aanpassing van artikel 37c van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 die samenhangt met de verhoging van de tarieven op 1 januari van dit jaar. Hierbij is het van belang dat aanpassing zo spoedig mogelijk plaatsvindt, weshalve ik hier heb gekozen voor inwerkingtreding de dag na plaatsing in het Staatsblad.

De Staatssecretaris van Financiën,

W. A. F. G. Vermeend