25 883 Arbeidsomstandigheden

Nr. 200 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 november 2011

In mijn brief van 10 oktober (Kamerstuk 25 883, nr. 197) heb ik aangegeven dat ik op uw verzoek de nieuwe regels inzake de certificatie van kraanmachinisten tot nader order heb uitgesteld.

Het kabinet onderzoekt of het gereglementeerde beroep van kraanmachinist kan worden aangemerkt als een beroep dat effect kan hebben op de publieke veiligheid en gezondheid.

Als dit effect voldoende onderbouwd kan worden, wordt dit tot uitdrukking gebracht op de Nederlandse lijst van gereglementeerde beroepen.

Zodra deze aanduiding in de lijst is vermeld, kan op grond van de Richtlijn inzake de wederzijdse erkenning van buitenlandse beroepskwalificaties (2005/36/EG) voorafgaand aan de start van incidentele werkzaamheden van buitenlandse kraanmachinisten hun deskundigheid worden vastgesteld. Zo nodig kan door afname van een bekwaamheidstest worden vastgesteld of de buitenlandse kraanmachinist even deskundig is als een in Nederland gecertificeerde kraanmachinist.

Ik hervat het overleg met betrokken partijen bij de certificatie van kraanmachinisten, na besluitvorming binnen het kabinet.

Daarna zal ik de TK informeren over de door mij vast te stellen nieuwe certificatie eisen voor kraanmachinisten.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom