Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | 25871 nr. 22 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
|---|---|---|---|---|
| Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2003-2004 | 25871 nr. 22 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 17 oktober 2003
In 1999 werd de Wet Ondersteuning Onderwijs Zieke Leerlingen (WOOZ) van kracht. De wet regelt dat leerlingen uit het primair, voortgezet en beroepsonderwijs die ziek zijn, recht hebben op adequaat onderwijs. De scholen waar deze leerlingen staan ingeschreven blijven tijdens de ziekte verantwoordelijk voor het onderwijs. Zij kunnen daarbij ondersteund worden door consulenten verbonden aan onderwijsbegeleidingsdiensten en/of consulenten verbonden aan educatieve voorzieningen van academische ziekenhuizen. Naar de werking van de wet is onlangs een evaluatie-onderzoek gedaan. Het onderzoeksrapport bied ik u bijgaand aan.1
De evaluatie richt zich zowel op de bekendheid met de wet bij ouders en scholen, als op de werking van de wet.
– Ouders blijken nauwelijks op de hoogte te zijn van de mogelijkheden die de wet biedt ter ondersteuning van hun zieke kind.
– Drie kwart van de ondervraagde scholen weet min of meer dat zij een verantwoordelijkheid hebben voor het onderwijs aan zieke leerlingen. Over het algemeen is het beleid van scholen ten aanzien van zieke leerlingen ad-hoc.
– Op basis van informatie van ouders, scholen en consulenten schatten de onderzoekers dat de helft van de leerlingen die voor begeleiding in aanmerking komen, ook wordt aangemeld en begeleid door een consulent.
– Binnen de scholen zijn nauwelijks procedures voorhanden voor het onderwijs aan zieke leerlingen.
– Zowel scholen als consulenten zien het gebrek aan personele capaciteit als voornaamste knelpunt bij het begeleiden van zieke leerlingen.
– Consulenten ervaren een aantal knelpunten waardoor de ondersteuning van zieke leerlingen in het gedrang komt: de school weet vaak de weg niet, de samenwerking verloopt niet altijd even soepel, er is een gebrek aan tijd voor met name lesgevende activiteiten, het aantal te begeleiden leerlingen neemt toe, onderwijs aan huis is niet meer gewaarborgd, criteria en controle op onderwijs aan huis ontbreken.
– De toekomstige marktwerking in de schoolbegeleiding (als gevolg van introductie van vraagfinanciering) wordt door de consulenten met zorg tegemoet gezien. Om hun specifieke kennis en expertise te behouden zou het budget voor de ondersteuning van het onderwijs aan zieke leerlingen naar hun mening geoormerkt moeten blijven.
– Betrokkenen zien weinig in een overheveling van de consulenten naar de Regionale Expertisecentra. Men vreest met name voor demotivatie van de consulenten als zij nogmaals naar een ander soort organisatie moeten verhuizen. (De meeste consulenten waren tot 1999 als leraar verbonden aan de ziekenhuisscholen, die met de inwerkingtreding van de Wet Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen zijn opgeheven). Wel onderschrijven de consulenten het belang van een goede samenwerking met de speciale scholen voor langdurig zieke leerlingen (LZ).
Op grond van de evaluatie, en de eerder verschenen tussenevaluatie (Uw documentnummer ocw0200545), kom ik tot de conclusie dat er in het veld verwarring bestaat over de verdeling van verantwoordelijkheden voor het onderwijs aan zieke leerlingen. Uit de evaluatie ontstaat de indruk dat de consulenten nu de begeleiding van álle zieke leerlingen tot hun verantwoordelijkheid rekenen. De intentie van de WOOZ is echter om de ondersteuning voor het onderwijs aan zieke leerlingen te laten afhangen van de wens en de behoefte van de betreffende school. In veel gevallen zal de school immers het onderwijs aan zieke leerlingen zelf invulling kunnen geven zonder dat het nodig is daarbij de hulp van de consulent in te roepen.
Kanttekeningen zijn te plaatsen bij de prioriteiten die onderwijsconsulenten in hun werk aanbrengen. Opvallend is de ruime definiëring van de categorie leerlingen aan wie consulenten en educatieve voorzieningen zorg willen verlenen, alsmede de aard van die zorg. Bij onderwijsconsulenten van schoolbegeleidingsdiensten is het opvallend dat een groot aantal van hen zelf onderwijs verzorgt aan zieke leerlingen. Ofschoon de wet deze mogelijkheid expliciet biedt en daarvan (vooral in het voortgezet onderwijs) veel gebruik wordt gemaakt, zou beter moeten worden bezien of de capaciteit van consulenten kan worden ingezet voor het ondersteunen van scholen bij het vormgeven van het onderwijs aan hun zieke leerlingen. Dit sluit beter aan bij de werkwijze van schoolbegeleidingsdiensten op andere terreinen. Ook zou, samen met scholen, beter moeten worden bezien voor welke leerlingen consulenten bij onderwijsbegeleidingsdiensten en bij educatieve voorzieningen een expliciete taak hebben. Onder de «oude» wet gold een ondergrens van drie weken voordat leerlingen in aanmerking kwamen voor onderwijs in de ziekenhuisschool. Die beperking is uit de wet geschrapt, maar dat betekende niet dat daarmee onmiddellijk alle leerlingen die ziek zijn door een consulent of educatieve voorziening begeleid moeten worden. De bedoeling was om de scholen meer vrijheid te geven om te kunnen bepalen op welke wijze zij het onderwijs aan hun zieke leerlingen vorm willen geven.
Bij scholen en ouders blijkt er aan de bekendheid met de wet het een en ander te schorten. Met de meest betrokken organisaties, te weten de branche-organisaties van schoolbegeleidingsdiensten Edventure, de Vereniging voor Academische Ziekenhuizen (VAZ) en het netwerk Ziezon (landelijk netwerk ziek zijn en onderwijs, waarin alle consulenten zijn verenigd) zal ik binnenkort verkennen op welke wijze de voorlichting over de wet verbeterd kan worden. Inmiddels is in de onderwijsgids Primair Onderwijs 2003–2004, voor ouders en verzorgers aangegeven dat scholen verantwoordelijk zijn voor het onderwijs bij ziekte van een leerling. Het netwerk Ziezon heeft recent initiatieven genomen om de functie-omschrijving van consulenten om te zetten in een beroepsprofiel.
Inmiddels zijn de consulenten geïnformeerd over de verlenging van de huidige financiering van de wet ondersteuning onderwijs aan zieke leerlingen tot 1 augustus 2004. Eén van de redenen voor het tijdelijke karakter van de financiering (bekostiging van de onderwijsconsulenten bij de schoolbegeleidingsdiensten via de gemeenten, rechtstreekse financiering vanuit het rijk van academische ziekenhuizen) was de overweging dat aan de hand van de evaluatie bezien zou worden of de ondersteuning van het onderwijs aan zieke leerlingen wellicht beter ondergebracht zou kunnen worden bij Regionale Expertisecentra in het speciaal onderwijs.
De evaluatie wijst uit dat deze optie vooral nadelen heeft. Een nieuwe herstructurering leidt tot veel verwarring bij scholen. Bovendien leidt ze tot een nieuwe periode van onzekerheid bij consulenten. Ook zouden nu bestaande netwerken en samenwerkingsrelaties opnieuw opgebouwd moeten worden. Verder wordt duidelijk dat overheveling van taken naar Regionale Expertisecentra tot demotivatie bij consulenten leidt.
Op basis van de huidige wetgeving zijn scholen goed in staat uitvoering te geven aan hun verantwoordelijkheden ten aanzien van zieke leerlingen. Consulenten zullen zich meer en beter bewust moeten worden dat de school primair verantwoordelijk is en dat zij een primaire taak hebben scholen te ondersteunen bij het (verder) vormgeven van die verantwoordelijkheid. Het verder uitwerken van een beroepsprofiel is een goede aanzet tot een meer eenduidige taakopvatting van consulenten en draagt bij aan het versterken van de deskundigheid op scholen. Immers door meer het accent op ondersteuning te leggen kan expertise van scholen worden vergroot en worden meer leerlingen bereikt. De gesignaleerde knelpunten op het terrein van voorlichting en bekendheid van scholen en ouders met de wet worden door betrokken organisaties (Edventure, VAZ en Ziezon) ter hand genomen en op korte termijn wordt bezien op welke wijze voorlichting kan worden ingezet om bekendheid met de wet te vergroten.
Tot slot blijkt uit de evaluatie dat de huidige wet meer mogelijkheden biedt dan de voormalige ziekenhuisschool voor het groeiend aantal zieke leerlingen dat thuis verpleegd wordt en verstoken dreigde te blijven van onderwijs.
Op een aantal punten kan de uitvoering van de wet op betrekkelijk eenvoudige wijze worden verbeterd. De optie om taken van consulenten te beleggen bij Regionale Expertisecentra is op grond van de evaluatie geen begaanbaar traject. Gegeven de relatief korte periode tussen de herstructurering van het voormalig ziekenhuisonderwijs en de huidige situatie, is er veel bereikt.
Daarom stel ik voor de huidige financiering van consulenten verbonden aan academische ziekenhuizen en consulenten verbonden aan schoolbegeleidingsdiensten voort te zetten en daarmee een structurele voorziening te creëren voor de ondersteuning van het onderwijs aan zieke leerlingen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-25871-22.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.