25 860
Ministeriële verantwoordelijkheid bestedingen ontwikkelingssamenwerking

nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 16 januari 1998

Hierbij doe ik u de nota Beheer en Toezicht toekomen.

Met het uitbrengen van deze nota kom ik mijn toezegging aan de Algemene Rekenkamer na om aan de Staten-Generaal een duidelijk beleid te formuleren waarin voor de verschillende uitgavenstromen is bepaald in welke mate de minister zich ook achteraf verantwoordelijk acht voor de rechtmatigheid van de bestedingen. Ook het sanctiebeleid is in deze nota behandeld.

De lijnen die in deze nota worden uitgezet zijn voor een belangrijk deel verweven in onze procedures en vastgelegd in de procedurebundel, standaardcontracten en andere regelgeving. Zoals in de nota aangegeven kwamen bij de totstandkoming ervan nog enkele onderwerpen aan de orde die mogelijk wat meer aangescherpt kunnen worden in de departementale procedures. Dit zal in de eerste helft van dit jaar plaatsvinden.

Ik ben van mening dat met deze nota een duidelijk beeld is geschetst van de ministeriële verantwoordelijkheid voor de bestedingen in het kader van ontwikkelingssamenwerking waarbij deze problematiek geplaatst is in de specfieke context van duurzaamheid en institutionele ontwikkeling.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

J. P. Pronk

Naar boven