B
ADVIES RAAD VAN STATE EN NADER RAPPORT
Hieronder zijn opgenomen het advies van de Raad van State d.d. 20 oktober
1997 en het nader rapport d.d. 2 december 1997, aangeboden aan de Koningin
door de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Het advies van de
Raad van State is cursief afgedrukt.
Bij Kabinetsmissive van 26 augustus 1997, no. 97.003974, heeft Uwe Majesteit,
op voordracht van de Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, bij
de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt het voorstel van wet met
memorie van toelichting, houdende wijziging van de Visserijwet 1963 (visstroperij).
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 26 augustus
1997, nr. 97.003974, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies
inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen.
Dit advies, gedateerd, 20 oktober 1997, no. W11.97.0557, bied ik U hierbij
aan.
1. Ingevolge het voorgestelde artikel I, wordt in het wetsvoorstel onder
visstroperij verstaan de overtreding van het bepaalde bij of krachtens artikel
21 van de Visserijwet 1963, indien wordt gevist anders dan met één
of meer hengels. Hiermee is beoogd aan te sluiten bij het rapport Inventarisatie
Visstroperij Binnenwateren, dat onder visstroperij verstaat het op meer grootschalige
wijze vissen zonder vergunning van de rechthebbende, met behulp van beroepsmatige
vistuigen, kennelijk met het oog op commercieel gewin.
Blijkens de memorie van toelichting is de hengel het enige vistuig, dat
zich niet leent voor grootschalig en commercieel gebruik (onder «Vormgeving
van de voorgestelde maatregel», laatste alinea).
Het eerdergenoemde rapport noemt echter ook andere vormen van visserij
dan visserij met gebruikmaking van hengels, waarbij van gerichtheid op commercieel
gewin niet of nauwelijks sprake is, namelijk visserij met gebruikmaking van
de peur en van het kruisnet.
De Raad van State adviseert in de memorie van toelichting uiteen te zetten
waarom deze vormen van visserij in het wetsvoorstel wel als vormen van visstroperij
worden gekwalificeerd.
1. Overeenkomstig het advies van de Raad van State is in de memorie van
toelichting uiteengezet waarom de visserij met gebruikmaking van de peur en
het kruisnet, zonder vergunning van de rechthebbende, als vormen van visstroperij
worden beschouwd.
2. Voor enkele redactionele kanttekeningen verwijst het college naar de
bij het advies behorende bijlage.
2. De redactionele opmerkingen van de Raad van State zijn in het voorstel
van wet en in de memorie van toelichting verwerkt.
De Raad van State geeft U in overweging het voorstel van wet te zenden
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal, nadat aan het vorenstaande aandacht
zal zijn geschonken.
De Vice-President van de Raad van State,
H. D. Tjeenk Willink
Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en
de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
te zenden.
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
J. J. van Aartsen
Bijlage bij het advies van de Raad van State van 20 oktober 1997, no.
W11.97.0557, met redactionele kanttekeningen die de Raad in overweging geeft.
– In artikel I, in het voorgestelde derde lid van artikel 56 van
de Visserijwet 1963 het woord «vrijstellingen» schrappen, aangezien
bij of krachtens artikel 21, eerste lid, van de Visserijwet 1963 geen vrijstellingen
worden verleend.
– In de memoire van toelichting, aanwijzing 93 van de Aanwijzigingen
voor de regelgeving (Ar) in acht nemen.
– In de memorie van toelichting, aanwijzing 219 Ar in acht nemen.
– In de memorie van toelichting, onder «Inleiding»,
«(Handelingen II 1994/95, blz. 545)» vervangen door: Aanhangsel
van de Handelingen II 1994/95, blz. 545).
Tevens verwijzen naar: Aanhangsel van de Handelingen II 1994/95, blz.
371 en Aanhangsel van de Handelingen II 1996/97, blz. 1785.
– In de memorie van toelichting, onder «Voorgestelde maatregel»,
«AID» vervangen door: Algemene Inspectiedienst.
– In de artikelsgewijze toelichting, na «boete van de vierde
categorie» toevoegen: (f 25 000).