Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 1997-1998 | 25771 nr. 1 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 1997-1998 | 25771 nr. 1 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 1 december 1997
Deze Najaarsnota geeft een beeld van de uitvoering van de Rijksbegroting 1997. De hiermee samenhangende suppletore begrotingswetsvoorstellen worden (zoveel mogelijk) gelijktijdig met de nota aan de Staten-Generaal aangeboden. Tot nu toe voorzag de Najaarsnota niet in een totaal budgettair beeld omdat geen nieuwe raming van de belastingopbrengsten kon worden opgenomen. Deze Najaarsnota bevat wel een bijstelling van de raming van de belastingopbrengsten. Dit hangt samen met een procesverandering in de aanslagoplegging bij de vennootschapsbelasting en de inkomstenbelasting. Hierdoor is in de maanden september tot en met november meer informatie beschikbaar gekomen over de te verwachten opbrengsten 1997.
Bij de uitgaven die vallen onder de budgetdisciplinesectoren is per saldo sprake van een onderuitputting van 0,2 miljard. De belastingopbrengsten komen naar de huidige inzichten 2: miljard hoger uit dan geraamd ten tijde van de Miljoenennota. Over de structurele doorwerking ontstaat meer inzicht begin volgend jaar. Ten aanzien daarvan heeft het Kabinet besloten die ingaande 1998 aan te wenden voor een structurele verhoging van de rijksbijdrage aan het AOW-spaarfonds.
Het beleidsrelevante tekort komt hierdoor per saldo uit op 13,8 miljard (2,0% BBP). Het EMU-tekort is sinds de Vermoedelijke Uitkomsten met 2% neerwaarts bijgesteld tot 1½% BBP. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat alleen de mutaties voortvloeiend uit de Rijksbegroting zijn verwerkt. Mutaties in de sociale fondsen kunnen later nog leiden tot bijstelling van het EMU-tekort. Voor de premiegefinancierde delen van de Sociale Zekerheid en Zorgsector zijn ten opzichte van de Miljoenennota 1998 geen nieuwe ramingen beschikbaar.
In tabel 1 wordt het totale budgettaire beeld geschetst, inclusief de wijzigingen ten opzichte van de stand Miljoenennota 1998.
Tabel 1. De uitgavenontwikkeling ten laste van de Rijksbegroting, alsmede de ontwikkeling van de belastingopbrengsten en de ontwikkeling van het beleidsrelevante tekort ( – is tekortverlagend).
Netto-uitgaven | MN 1997 | VJN 1997 | VU 1997 | NJN 1997 | Kader | Verschil | Verschil |
---|---|---|---|---|---|---|---|
(1) | (2) | (3) | (4) | (5) | (4) – (3) | (5) – (4) | |
Rijksbegroting in enge zin | 155,0 | 154,8 | 156,1 | 156,2 | 156,2 | 0,1 | – 0,1 |
Sociale Zekerheid t.l.v. de Rbg | 22,1 | 22,3 | 22,2 | 22,0 | – 0,3 | ||
Zorg t.l.v. de Rbg | 1,2 | 1,1 | 1,0 | 1,0 | 0,0 | ||
Totaal RBG | 178,3 | 178,2 | 179,4 | 179,2 | – 0,2 | ||
Wel BRT, niet kaders1 | – 2,0 | – 2,7 | – 4,4 | – 4,4 | – 0,0 | ||
Belastingopbrengsten | 160,6 | 163,2 | 167,0 | 169,8 | – 2¾ | ||
Beleidsrelevant Tekort | – 19,8 | – 17,6 | – 16,8 | – 13,8 | – 3,0 | ||
Idem, in % van BBP | 2,8% | 2,5% | 2,4% | 2,0% | – 0,4% | ||
EMU-tekort | 2,2% | 2,2% | 2,0% | 1½% | – ½% |
1 De netto-uitgaven die wel relevant zijn voor het beleidsrelevante tekort, maar niet vallen onder de uitgavenkaders, bestaan onder andere uit de posten Heffings- en invorderingsrente, milieuheffingen, gasbaten, de mutatie in de winstafdracht van DNB, en stortingen in het AOW-spaarfonds. Deze uitgaven zijn met 39,4 miljoen neerwaarts bijgesteld.
Eindejaarsmarge en de «in = uit gedachte»
In het rapport «Verder bouwen aan beheer» uit 1991 is aangegeven dat het werken met jaarbudgetten tot een ondoelmatige aanwending van overheidsgelden kan leiden, onder meer als gevolg van de zogenoemde decemberkoorts. Om ondoelmatige uitgaven aan het einde van het jaar tegen te gaan, is in dat rapport voorgesteld een eindejaarsmarge te gaan hanteren. Bij toepassing van de eindejaarsmarge mogen bedragen tussen opeenvolgende jaren worden gecompenseerd. Een onderschrijding in jaar t mag tot een bepaald maximum worden aangewend voor een overschrijding in jaar t+1, en omgekeerd. Er is dus sprake van spiegelbeeldigheid. De eindejaarsmarge had oorspronkelijk betrekking op 0,25% van het voor enkele posten gecorrigeerde departementale begrotingstotaal. Bij de brief «begrotingsproces- en systematiek» uit 1995 is de eindejaarsmarge verruimd naar 1 procent. Daarnaast zijn toen specifieke afspraken gemaakt voor de homogene uitgavengroep IS, de RGD en het Infrastructuurfonds. Tevens is in die brief aangegeven dat het uit ramingstechnisch oogpunt verantwoord is rekening te houden met een overeenkomstig gebruik van de eindejaarsmarge in jaar t+1 (met eveneens spiegelbeeldige gevolgen voor jaar t+2). Daarom wordt de ramingstechnische veronderstelling gehanteerd dat het gebruik van de eindejaarsmarge aan het begin van een jaar in alle jaren grosso modo even groot zal zijn als het gebruik aan het einde van dat jaar (in=uit). Deze ramingstechnische veronderstelling wordt via de aanvullende post «Nader te bepalen» geëffectueerd. Het hanteren van deze ramingstechnische veronderstelling zorgt ervoor dat de eindejaarsmarge geen invloed heeft op het gepresenteerde begrotingsbeeld.
2. De begrotingsgefinancierde netto-uitgaven
Sinds de in de Miljoenennota 1998 opgenomen stand vermoedelijke uitkomsten valt in deze Najaarsnota binnen de budgetdisciplinesector Rijksbegroting in enge zin een stijging van de netto-uitgaven te melden van per saldo 48,9 miljoen (dit is inclusief de in deze Najaarsnota aangemelde beleidsbeslissingen). Na verwerking van deze stijging bedraagt de ruimte onder de ijklijn voor de Rijksbegroting in enge zin in 1997 nog 56,1 miljoen. Hierbij is echter van belang dat in de aanvullende post nog een bedrag is geboekt samenhangend met de in=uit-gedachte (zie kader). Het gaat hier om een bedrag aan nog te realiseren onderuitputting tussen de Najaarsnota en de Voorlopige Rekening van 449,1 miljoen. Indien rekening wordt gehouden met de ruimte die nog bestaat onder de ijklijn, is een additionele onderuitputting ten opzichte van de Najaarsnota van 393 miljoen voldoende om een overschrijding van de ijklijn voor de Rijksbegroting te voorkomen.
Binnen het begrotingsgefinancierde deel van de budgetdisciplinesector Zorg bedraagt de onderuitputting 81,7 miljoen. Tegenover deze onderuitputting staat echter dat in de aanvullende post ook voor de Zorg nog een bedrag is geboekt samenhangend met de in=uit-gedachte. Het gaat hier om een bedrag van 101,5 miljoen. De nu reeds gerealiseerde onderuitputting binnen het Rijksbegrotingsdeel van de Zorgsector zal worden afgeboekt van deze «taakstelling», zodat tussen de Najaarsnota en Voorlopige Rekening nog 19,8 miljoen aan onderuitputting gerealiseerd zal dienen te worden.
Aangezien de bij deze Najaarsnota behorende Suppletore begrotingswetten de maximumbedragen bevatten die ministers mogen uitgeven en ervaringen uit de laatste jaren aangeven dat er tussen de Najaarsnota en Voorlopige Rekening nog een betekenende onderuitputting optreedt, is het mogelijk en verantwoord om er vanuit te gaan dat deze onderuitputting op de Rijksbegroting in enge zin en binnen de Zorgsector zich ook dit jaar nog metterdaad zal voordoen. Ook de kasrealisaties tot en met oktober wijzen in die richting.
In de budgetdisciplinesector Sociale Zekerheid bedraagt de onderschrijding bij de begrotingsgefinancierde uitgaven bij Najaarsnota 324,4 miljoen. Dit bedrag is ruim voldoende om de op de aanvullende post geboekte ramingsveronderstelling samenhangend met de in=uit-gedachte van 67,8 miljoen te compenseren. De dan nog resterende onderuitputting binnen de Sociale Zekerheid bedraagt 256,6 miljoen.
De belangrijkste veranderingen binnen de budgetdisciplinesector Rijksbegroting in enge zin betreffen in de eerste plaats een groot bedrag aan door departementen aangemelde onderuitputting. Het gaat hier om onderuitputting op met name de begrotingen van OCW (278 miljoen), Financiën (231 miljoen) en Defensie (57 miljoen). Daarnaast valt op de begroting van BiZa ruim 125 miljoen vrij (o.a. de ziektenkostenvoorziening van de overheid). Op de LNV-begroting blijkt de eerder ingeboekte tegenvaller bij de uitgaven voor de Varkenspest 100 miljoen lager uit te vallen. Ook de aanvullende posten laten forse meevallers zien. In totaal gaat het om 422 miljoen, waarvan 255 miljoen betrekking heeft op loonbijstelling.
Daarnaast is ook sprake van een aantal uitgavenverhogingen. In de eerste plaats zijn de uitgaven op de Justitiebegroting opwaarts bijgesteld met 104 mln, als gevolg van een hogere dan geraamde instroom van asielzoekers. De aan de EU af te dragen invoerrechten vallen ten opzichte van de Miljoenennota 1998 196 mln hoger uit. Wat de EU-afdrachten betreft is verder sprake van een de meevaller van 67 miljoen. De uitgaven aan het Gemeentefonds vallen 131,4 mln hoger uit door enerzijds een correctie en anderzijds definitieve berekeningen van de in de Voorjaarsnota 1997 reeds opgenomen oplossing van de oude tekorten van Amsterdam.
De belangrijkste beleidsmatige mutatie in deze Najaarsnota vormt het besluit om het Gemeentefonds met 1024,4 mln op te hogen in verband met de voorfinanciering van de sanering van de artikel-12 problematiek van Den Haag door het Rijk. Hiermee wordt bereikt dat de toekomstige jaarlijkse last voor het collectief van de gemeenten iets lager uitkomt en dat Den Haag toch in 1997 volledig verlost is van de oude tekorten. Omdat het hier een voorfinanciering betreft, die in latere jaren met het Gemeentefonds wordt verrekend, is deze operatie uiteindelijk na de terugbetaling voor het Rijk budgettair neutraal en omdat het Rijk tegen een lagere rente kan lenen is dit voorstel voor de gemeenten voordelig. Zie wat dit betreft verder paragraaf 3 van deze Najaarsnota.
Binnen de budgetdisciplinesector voor de Sociale Zekerheid vindt ten opzichte van de vermoedelijke uitkomsten een onderschrijding plaats van 324 mln. Deze onderschrijding wordt veroorzaakt door meevallers bij de werkervaringsplaatsen en doorstroomsubsidies en de Kinderbijslag (in totaal circa 150 mln). Verder is er een meevaller aan de ontvangstenzijde van 193 mln. Deze is het gevolg van in voorgaande jaren te veel betaalde, c.q. bevoorschotte bijstandsuitkeringen. Tot slot is er sprake van een tegenvaller bij de bijstandsuitkeringen van 87 mln; deze tegenvaller hangt samen met de onderbenutting van werkervaringsplaatsen die mede worden gefinancierd uit vrijvallende bijstandsuitkeringen.
Binnen de budgetdisciplinesector Zorg is sprake van een onderuitputting van 81,7 mln die met name veroorzaakt wordt door hogere ontvangsten. Het gaat met name om terugbetaalde voorschotten uit eerdere jaren voor de creatie van extra banen voor langdurig werklozen die vertraagd tot stand zijn gekomen.
Een overzicht van mutaties groter dan 50 miljoen wordt gegeven in bijlage 1. In de bijgevoegde Verticale Toelichting (bijlage 2) worden de mutaties die groter zijn dan 25 miljoen toegelicht. Voor een uitvoeriger toelichting zij verwezen naar de suppletore begrotingswetsvoorstellen die zoveel mogelijk gelijktijdig met de Najaarsnota aan de Staten-Generaal worden aangeboden.
3. Voorfinanciering artikel 12 bijdrage Den Haag
De gemeente Den Haag bevindt zich sinds 1995 in een artikel 12 positie. Dit houdt in dat de gemeente – ondanks een niveau van eigen inkomsten dat hoger is dan gestelde eisen – al enige jaren niet in staat is zonder aanvullende steun de voor de gemeente noodzakelijke uitgaven te voldoen. De Inspectie Financiën Lokale en provinciale Overheden heeft onlangs het derde rapport uitgebracht waarin geschetst wordt hoe de schuld van Den Haag gesaneerd kan worden en de gemeente daarmee van haar financiële problematiek kan worden verlost. Een snelle sanering is voor de gemeente Den Haag van belang omdat de artikel 12 status dan kan vervallen. Voor de overige gemeenten is een snelle sanering juist bezwaarlijk, omdat dan een groot bedrag in één keer ten laste zou komen van hun uitkering uit het gemeentefonds. Daarom is besloten dat het Rijk voor voorfinanciering zorg zal dragen indien en naar de mate de begrotingsuitvoering 1997 dit toestaat. De huidige inzichten met betrekking tot de rijksuitgaven maken een voorfinanciering ter grootte van de volledige schuldproblematiek van Den Haag mogelijk.
Artikel 12
De Financiële-verhoudingswet heeft tot doel de gemeenten via een stelsel van verdeelmaatstaven middelen ter beschikking te stellen om mede te kunnen voorzien in hun financiële behoeften. Omdat het verdeelstelsel van het gemeentefonds niet te allen tijde en niet voor alle individuele gevallen optimaal kan voorzien, is een vangnet gecreëerd in de vorm van artikel 12. Wanneer een gemeente door bijzondere omstandigheden haar uitgaven redelijkerwijs niet meer kan dekken, kan zij terugvallen op artikel 12 van de Financiële-verhoudingswet. Om in aanmerking te komen voor steun uit hoofde van artikel 12 moet een gemeente een redelijk peil van eigen inkomsten hebben (dat wil zeggen volledige kostendekkendheid bij de reinigingsheffingen en de rioolrechten en een OZB-tarief dat minstens 40% hoger ligt dan het landelijk gemiddelde) en moeten de algemene middelen aanmerkelijk en structureel tekort schieten om in de noodzakelijke behoeften te voorzien. Voorafgaand aan en tijdens de behandeling van de artikel 12 -aanvraag kunnen algemene en bijzondere voorschriften aan de gemeente worden opgelegd. Daarmee wordt een gemeente min of meer onder curatele van het Rijk gesteld. Op basis van een rapport van de Inspectie Financiën Lokale en Provinciale Overheden (IFLO), een verweerschrift van de gemeente daartegen en de advisering van de provincie en de Raad voor de Financiële Verhoudingen over het IFLO-rapport wordt door de fondsbeheerders een beslissing genomen ten aanzien van de aanvullende steun. De artikel 12 steun wordt betaald uit het Gemeentefonds en komt daarmee ten laste van de collectiviteit van de gemeenten.
De voorgestelde voorfinanciering kan worden beschouwd als een lening van het Rijk aan het Gemeentefonds. Door de verruiming van de beschikbare middelen kan het oude tekort van Den Haag ineens in 1997 worden gesaneerd. Tegenover de verruiming van het Gemeentefonds in 1997 staat gedurende een aantal jaren een verlaging van het Gemeentefonds ter compensatie van de lening en bijbehorende rente.
De voorgestelde voorfinanciering heeft voor de verschillende partijen de volgende consequenties. Voor Den Haag leidt de voorgestelde voorfinanciering er toe dat zij al in 1997 verlost is van haar oude tekort. Hiermee is de gemeente in 1997 verlost van de lasten van het tekort uit het verleden en zijn daarmee de randvoorwaarden geschapen om de komende jaren de economische en sociale structuur te verbeteren. Voor de collectiviteit van de gemeenten is de voorfinanciering financieel voordelig, doordat het Rijk een lager rentepercentage kan hanteren dan de gemeente Den Haag. Voor het Rijk is er op de langere termijn geen budgettair effect. De bijdrage aan het gemeentefonds ten behoeve van de sanering van het tekort van Den Haag wordt de komende jaren via het gemeentefonds door de gemeenten terugbetaald.
In de onderstaande tabel wordt aangegeven wat de effecten van de voorfinanciering voor de overige gemeenten zijn. De IFLO-inspecteurs hebben in hun rapport aangegeven wat de lasten zouden zijn van de sanering van de oude tekorten zonder voorfinanciering. Zij zijn daarbij uitgegaan van een zesjarige saneringsperiode (1995 – 2000), reeks (1) en een tienjarige saneringsperiode (1995 – 2004), reeks (2). De onderstaande tabel laat daarnaast zien wat de lasten voor het gemeentefonds zijn nu er sprake is van voorfinanciering van de sanering door het Rijk, reeks (3).
Tabel 2 : Effecten van betaling sanering oude tekorten Den Haag voor het gemeentefonds (in miljoenen)
1997 | 1998 | 1999 | 2000 | 2001 | 2002 | 2003 | 2004 | |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
1. IFLO: sanering in 6 jaar | 320,0 | 320,0 | 320,0 | 320,0 | ||||
2. IFLO: sanering in 10 jaar | 183,0 | 183,0 | 183,0 | 183,0 | 183,0 | 183,0 | 183,0 | 183,0 |
3. Terugbetaling voorfinanciering | 118,8 | 148,0 | 187,5 | 187,5 | 187,5 | 187,5 | 187,5 | 187,5 |
De bedragen in 1997 en 1998 leiden in het geval van voorfinanciering niet tot additionele lasten voor het Gemeentefonds; deze bedragen zijn afgeleid van de budgettaire ruimte in het gemeentefonds die er op dit moment conform de laatste meldingen richting gemeenten is (septembercirculaire). De IFLO-varianten zouden wel leiden tot additionele lasten voor het fonds in de jaren 1997 en 1998.
In de voorfinancieringsvariant betalen de gemeenten vanaf 1999 jaarlijks een bedrag van 187,5 miljoen aan het Rijk als gevolg van de voorfinanciering. Het geraamde beslag van de artikel 12 uitkeringen op het gemeentefonds, dat wil zeggen de bijdrage ten behoeve van Den Haag en de geraamde bijdragen aan de andere gemeenten, komen daarmee niet uit op een hoger niveau dan in de periode 1996 – 1998. Dit hangt samen met de beëindiging van de artikel 12 uitkering aan een aantal andere gemeenten.Ten opzichte van de IFLO-reeks van sanering in 10 jaar biedt de voorfinanciering van de saneringsbijdrage door het Rijk een voordeel voor het collectief van de gemeenten van cumulatief ruim 70 miljoen over een 10-jaarsperiode.
Het geheel van de beschikking met betrekking tot de artikel 12-behandeling van de gemeente Den Haag – zowel de hoogte van de bijdrage als de aanvullende voorwaarden – zal gehoord de gemeente, de provincie en de Raad voor de financiële verhoudingen zo spoedig mogelijk bekend gemaakt worden.
De belastingontvangsten en de aanslagoplegging tot en met oktober laten een gunstige tendens zien. Op basis van deze ontwikkelingen wordt rekening gehouden met hogere ontvangsten ultimo december van 2: miljard. Voor een belangrijk gedeelte heeft deze betrekking op de Vennootschapsbelasting. De aanslagoplegging inkomstenbelasting bij de ondernemers tot en met oktober duidt eveneens op een beperkte overschrijding van de raming. Door een procesverandering in de aanslagoplegging voor bedrijven en ondernemers (onder andere de verschuiving van de schattingsdatum van de belastbare winst van 1 juni naar 1 augustus), bestaat momenteel een beter inzicht in de te verwachten opbrengst 1997 van de aanslagbelastingen dan bij de Vermoedelijke Uitkomsten 1997 zoals is gepresenteerd in de Miljoenennota 1998. De overige belastingsoorten laten tot en met oktober eveneens per saldo een gematigde meevallende ontwikkeling zien, die leidt tot een opwaartse ramingsbijstelling.
Het bepalen van de structurele component van deze hogere kasontvangsten, welke relevant is voor de additionele storting in het AOW-spaarfonds, is op dit moment nog niet mogelijk. Bij Voorlopige Rekening zal de Kamer hierover worden geïnformeerd. Door de storting in het AOW-spaarfonds komen de hogere structurele belastingontvangsten tot uitdrukking in een lager EMU-tekort, ten opzichte van de raming in de Miljoenennota.
5. Beleidsrelevant tekort en EMU-tekort
Op basis van de huidige inzichten wordt rekening gehouden met een beleidsrelevant tekort van 13,7 miljard per ultimo 1997. Dit betekent een neerwaartse bijstelling ten opzichte van de stand Vermoedelijke Uitkomsten van 3,0 miljard. De daling is zowel het gevolg van meevallende ontvangsten (2: miljard) als onderuitputting aan de uitgavenkant (0,2 miljard). Daarnaast is sprake van een geringe neerwaartse bijstelling van relevante uitgaven die niet onder de kaders vallen. Het beleidsrelevante tekort komt hiermee uit op 2,0% BBP, dat is 0,4% BBP gunstiger dan ten tijde van de Miljoenennota 1998 is geraamd.
Het EMU-tekort is sinds de Vermoedelijke Uitkomsten met 2% neerwaarts bijgesteld tot 12% BBP. Hierbij moet wel worden opgemerkt dat alleen de mutaties voortvloeiend uit de Rijksbegroting zijn verwerkt. De saldi van de sociale fondsen en lagere overheden zijn, los van de reeds verwerkte problematiek van de gemeente Den Haag, ten opzichte van de Miljoenennota 1998 onveranderd gelaten. Hierdoor is het goed mogelijk dat dit beeld binnenkort nog enige bijstelling behoeft.
Deze bijlage bevat een overzicht met alle in deze Najaarsnota verwerkte mutaties in de uitgaven en niet-belastingontvangsten van 50 miljoen en groter. Een volledig overzicht van alle mutaties per begroting, met een afzonderlijke presentatie en toelichting van mutaties van 25 miljoen en groter, is opgenomen in de zogenoemde Verticale Toelichting (bijlage 2 bij deze Najaarsnota). De hieronder opgenomen posten zeggen dan ook niets over het totaalsaldo aan mutaties op de afzonderlijke begrotingen, noch over het totaal aan mutaties over de gehele rijksbegroting.
Belangrijkste mutaties in begrotingsgefinancierde netto-uitgaven sinds de Vermoedelijke Uitkomsten 1997 (in miljoenen; «–» is tekortverlagend)
Budgetdisciplinesector Rijksbegroting in enge zin | |
---|---|
– Buitenlandse Zaken: lagere BNP-afdracht aan EU | – 67,0 |
– Justitie: hogere instroom asielzoekers | 104,3 |
– Binnenlandse Zaken: versnelde afdracht aansprakenbelasting | 54,5 |
– Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen: loonbijstelling | – 178,4 |
– Nationale Schuld: rente vlottende schuld | – 75,0 |
– Financiën: Exportkredietverzekering | – 70,0 |
– Financiën: middelenafspraken | – 111,7 |
– Defensie: apache/Smart-L radar | – 69,4 |
– Defensie: gevechtsvliegtuigen F-16 | 109,4 |
– Defensie: groot materieel Koninklijke Marine | – 62,2 |
– VROM: hogere bevoorschotting huursubsidie | 81,1 |
– Verkeer en Waterstaat: dividend KPN | – 51,8 |
– Economische Zaken: stimulering micro-electronica | 100,5 |
– Landbouw, Natuurbeheer en Visserij: onderuitputting varkenspest | – 100,0 |
– Gemeentefonds: oude tekorten Amsterdam | 135,4 |
– Gemeentefonds: voorfinanciering art 12 problematiek Den Haag | 1 024,4 |
– Infrastructuurfonds: Betuweroute | – 114,0 |
– Infrastructuurfonds: diverse wegenprojecten | 141,5 |
– Infrastructuurfonds: uitbesteding | 70,0 |
– Infrastructuurfonds: bijdrage EU HSL/Betuweroute | – 66,6 |
– Infrastructuurfonds: verrekening voorschotten | 50,5 |
– Aanvullende Post: hogere af te dragen invoerrechten aan EU | 196,0 |
– Aanvullende Post: arbeidsvoorwaarden | – 254,8 |
– Aanvullende Post: taakstelling afstoot (on)roerend goed defensie | 50,0 |
– Aanvullende Post: onderuitputting afkoop ondoelmatige leaseprojecten | – 120,0 |
Budgetdisciplinesector Sociale Zekerheid | |
– SZW: banenpool | – 95,6 |
– SZW: weglek banenpool naar Algemene Bijstandswet (ABW) | 86,7 |
– SZW: Algemene Kinderbijslagwet (AKW) | – 52,7 |
– SZW: meerontvangsten bijstand | – 193,2 |
Budgetdisciplinesector Zorg | |
– Onderuitputting extra banen langdurig werklozen | – 78,0 |
Budgetdisciplinesector Rijksbegroting in enge zin
De meevaller van 67 miljoen op de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken wordt enerzijds veroorzaakt door nabetalingen BNP uit voorafgaande jaren, en anderzijds door de veronderstelling dat de noodhulpreserve dit jaar niet zal worden opgevraagd door de Europese Unie.
De uitgaven op de begroting van het Ministerie van Justitie aan de opvang van asielzoekers zijn opwaarts bijgesteld met 104,3 miljoen. Dit is het gevolg van een hoger dan geraamde instroom van asielzoekers. De extra uitgaven worden aangewend voor tolkdiensten, opvang van en rechtshulp aan asielzoekers.
Als gevolg van een structureel versnelde inning, op grond van een wijziging van de wet op de loonbelasting, komt de aansprakenbelasting over de ziektekostenvoorziening overheidspersoneel voortaan één jaar eerder tot betaling. Dit leidt eenmalig tot extra uitgaven in 1997 van 54,5 miljoen ten laste van de begroting van Binnenlandse Zaken.
Als gevolg van specifieke afspraken bij het arbeidsvoorwaardenoverleg in het onderwijs zal 178,4 miljoen niet dit jaar maar volgend jaar tot betaling komen.
Op de begroting van de Nationale Schuld is de raming van de korte rente-uitgaven met 75 miljoen verlaagd. De lagere uitgaven worden onder andere verklaard door een meevallende tekortontwikkeling en een kortere looptijd van Dutch Treasury Certificates dan verwacht.
Op de begroting van Financiën is sprake van een meevaller van 70 miljoen bij de raming voor de exportkredietverzekering. Dit bedrag is een totaal van 30 miljoen minder geraamde uitgaven op basis van recente inzichten in de schadedossiers en 40 miljoen hoger geraamde niet-belastingontvangsten door een beter dan verwachte naleving van de schuldenregeling door een aantal belangrijke debiteurenlanden.
Als gevolg van verkoop van (on)roerende goederen door Domeinen is de ontvangstenraming met 111,7 miljoen verhoogd. De hogere ontvangsten komen op grond van middelenafspraken ten goede aan andere departementen, in dit geval Defensie, EZ en LNV. Overigens komt 50 miljoen van de hogere ontvangst door verkoop van (on)roerende goederen van Defensie ten gunste van de aanvullende post ter invulling van een nog openstaande taakstelling (zie ook de mutatie bij de aanvullende post).
De uitgavendaling bij Defensie van 69,4 miljoen bestaat uit een bedrag van 48,1 miljoen als gevolg van vertraging in de betaling van de Apache-helicopter, en 21,3 miljoen als gevolg van vertraging bij de levering van de Smart-L radar.
Daarnaast wordt de uitgavenstijging voor gevechtsvliegtuigen van 109,4 miljoen veroorzaakt doordat de facturen voor het Midlife Update programma van de F-16 sneller zijn ontvangen dan verwacht.
De uitgavendaling op de begroting van Defensie bij diverse projecten voor groot materieel Koninklijke Marine van 62,2 miljoen hangt samen met de herfasering van een aantal projecten. Het gaat daarbij met name om de aanbesteding van de radar voor de fregatten van de Zeven Provinciën-klasse. Als gevolg van de complexiteit van de offertestelling- en beoordeling is besloten de verwerving uit te stellen. Daarnaast is de ontwikkeling van onderdelen van het lange afstand infra-rood zoek- en volgsysteem voor het LAMS (Local Area Missile System) vertraagd.
Op de begroting van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu wordt de uitgavenraming voor de individuele huursubsidie met 81,1 miljoen verhoogd. Deze verhoging is gebaseerd op een geregistreerde toename van de betaalde voorschotten voor het tijdvak 1997–1998. De voorschotten worden door de verhuurder aangevraagd op basis van gehonoreerde aanvragen voor huursubsidie. Nadere analyse op grond van de definitieve realisatie 1997 zal uitsluitsel moeten geven over factoren die het uitgavenverloop verklaren, waaronder de ontwikkeling van het niet-gebruik.
Op de begroting van Verkeer en Waterstaat doet zich een meevaller voor van 51,8 miljoen als gevolg van hoger uitgekeerd dividend door KPN dan verwacht. De meevaller is opgebouwd uit een hoger slotdividend van 31,1 miljoen en een hoger interimdividend van 20,7 miljoen.
Op de begroting van Economische Zaken doen zich hogere uitgaven (76,6 miljoen) en lagere ontvangsten (25,9 miljoen) voor, met een totale omvang van 100,5 miljoen, als gevolg van de stimulering van micro-electronica. Bijdragen in het kader van de micro-electronica stimulering behoeven goedkeuring van de Europese Commissie. Eerder werd verwacht dat deze niet meer in 1997 zou worden verkregen. Inmiddels is echter een deel van de projectvoorstellen door Brussel goedgekeurd, en een ander deel zal op korte termijn worden goedgekeurd, waardoor de uitgaven toch in 1997 kunnen plaatsvinden. De lagere ontvangsten hebben betrekking op het terugbetalen van eerder terugontvangen voorschotten.
In de Miljoenennota 1998 is in de Vermoedelijke Uitkomsten op de begroting van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij voor 1997 rekening gehouden met 1 790 miljoen uitgaven voor varkenspest. Naar huidige inzichten treedt hier een meevaller op van 100 miljoen. Dit is een saldo van twee tegengestelde effecten. Enerzijds daalt het aantal nieuwe uitbraken en daarmee de uitgaven voor bestrijding en zijn de uitgaven voor opkoop al enige tijd beperkt. Anderzijds worden de vergoedingen van de Europese Unie voor bestrijdingsuitgaven in 1997 voor een deel na 1997 ontvangen. Deze worden nationaal voorgefinancierd ten laste van de LNV-begroting.
De uitgavenverhoging ten laste van het gemeentefonds ad 135,4 miljoen vloeit voort uit de afwikkeling van de regeling Oude Tekorten Amsterdam. Het betreft een technische correctie van de verwerking van de op 30 juni met Amsterdam gesloten overeenkomst, zonder verdere consequenties voor Amsterdam en de overige gemeenten.
De uitgavenverhoging ten laste van het gemeentefonds ad 1024,4 miljoen betreft de voorfinanciering van de sanering van de artikel 12-problematiek van Den Haag door het Rijk. Hiermee wordt bereikt dat de toekomstige jaarlijkse last voor het collectief van de gemeenten iets lager uitkomt en dat Den Haag nog in 1997 verlost is van haar oude tekorten.
Op de begroting van het Infrastructuurfonds doen zich verschillende grote mutaties voor.
Als gevolg van een vertraging bij de grondaankopen ontstaat er bij de Betuweroute in 1997 een overschot van 151 miljoen. Van dit bedrag wordt 37 miljoen teruggeboekt naar het Fonds Economische Structuurversterking. Het resterende bedrag van 114 miljoen betreft reguliere Infrastructuurfondsmiddelen, en valt vrij.
De vertragingen die in voorgaande jaren zijn ontstaan bij diverse wegenprojecten worden thans ingelopen. Daarnaast worden benuttingsmaatregelen, zoals het programma voor de aanleg van verkeerssignalering, versneld uitgevoerd. Dit leidt in 1997 tot 141,5 miljoen hogere uitgaven.
In het kader van de nota's Samenwerken aan Bereikbaarheid (SWAB) en Transport in Balans (TIB) zijn projecten in voorbereiding genomen waarvoor veel inzet van ingenieursbureaus nodig is. Hierdoor zijn de uitgaven voor uitbesteding met 70 miljoen verhoogd.
De Europese Unie draagt bij aan de realisatie van de HSL-Zuid (350 miljoen) en de Betuweroute (300 miljoen). Thans wordt hiervan 34,6 miljoen respectievelijk 32 miljoen ontvangen.
Verrekeningen van teveel betaalde voorschotten voor het personenen goederenvervoer in het vierde kwartaal van 1996 leiden tot een restitutie van 50,5 miljoen.
De afdracht van invoerrechten aan de Europese Unie is met 196 miljoen opwaarts bijgesteld. Deze bijstelling volgt onder andere uit het hogere volume van de invoer tot en met oktober.
Op de aanvullende post arbeidsvoorwaarden is sprake van een onderuitputting van 254,8 miljoen. Dit betreft geraamde middelen voor loonbijstelling die in 1997 niet tot betaling komen.
Bij de aanvullende post is verder de nog uitstaande taakstelling van 50 miljoen gerealiseerd als gevolg van de verkoop van (on)roerende zaken van Defensie door Domeinen (zie ook de mutatie «middelenafspraken» bij Financiën). Tenslotte is op de aanvullende post sprake van vrijval van gereserveerde middelen voor de afkoop van ondoelmatige leaseprojecten van in totaal 120 miljoen.
Budgetdisciplinesector Sociale Zekerheid
Op de begroting van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is sprake van een drietal mutaties van meer dan 50 miljoen aan de uitgavenzijde. In de eerste plaats wordt de raming van het banenpoolartikel per saldo met ruim 95 miljoen verlaagd. Dit is met name het gevolg van het feit dat het budget voor werkervaringsplaatsen niet is gebruikt; met ingang van 1 januari 1998 maakt dit onderdeel uit van het gemeentelijk werkfonds. Daarnaast treedt er een meevaller op het artikelonderdeel doorstroomsubsidies vanwege een lager beroep op deze subsidie en is er sprake van een beperkte tegenvaller bij het artikelonderdeel vrijvallende uitkeringen.
De tweede mutatie betreft een tegenvaller door weglek van werkervaringsplaatsen naar de Algemene Bijstandswet en hangt direct samen met de meevaller bij de werkervaringsplaatsen. De uitgaven in het kader van de werkervaringsplaatsen worden namelijk gefinancierd uit vrijvallende bijstandsuitkeringen. Omdat in het uitvoeringsjaar 1997 het budget voor werkervaringsplaatsen niet is gebruikt, treedt een tegenvaller op van 86,7 miljoen.
De derde grote mutatie betreft de realisatie van de Algemene Kinderbijslagwet, die tot en met het derde kwartaal iets lagere uitgaven laat zien dan geraamd. Het betreft zowel de uitkeringslasten als de administratiekosten. Op grond van deze realisatie en de voorschotaanvraag voor het vierde kwartaal wordt de raming met circa 53 miljoen neerwaarts bijgesteld.
Aan de ontvangstenzijde van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is sprake van een meevaller van 193,2 miljoen. Dit is het gevolg van in voorgaande jaren te veel betaalde c.q. bevoorschotte bijstandsuitkeringen.
De onderuitputting binnen de budgetdisciplinesector Zorg ad 78 miljoen betreft terugbetaalde voorschotten uit eerdere jaren voor de creatie van banen voor langdurig werklozen die vertraagd tot stand zijn gekomen.
VERTICALE TOELICHTING NAJAARSNOTA 1997
De verticale toelichting bevat een overzicht van de beleidsmatig interessante mutaties voor alle begrotingen, die zich hebben voorgedaan bij de Najaarsnota 1997 (mutaties ten opzichte van de Vermoedelijke Uitkomsten 1997, zoals deze in de Miljoenennota 1998 zijn opgenomen). Het betreft mutaties op de rijksbegroting, inclusief het begrotingsgefinancierde deel van de sociale zekerheid en de zorg op de begrotingen van SZW en VWS.
Per begroting wordt een cijfermatige tabel gepresenteerd gevolgd door een toelichting. Mutaties die groter zijn dan 25 miljoen worden separaat in de tabel gepresenteerd en vervolgens toegelicht. De totalen per begroting worden in eerste instantie exclusief de bedragen die onder de homogene groep internationale samenwerking (hgIS) vallen gepresenteerd. Door middel van een aansluitregel wordt het deel van de begroting dat onder hgIS valt zichtbaar gemaakt. De laatste regel geeft per begroting de totaalstand inclusief hgIS aan. De mutaties die optreden binnen hgIS worden in een afzonderlijke verticale toelichting hgIS toegelicht.
In de tabel wordt de volgende indeling aangehouden: mee- en tegenvallers, beleidsmatige mutaties, desalderingen en overboekingen. De laatste twee categorieën zijn technisch van aard. Daar waar mee- en of tegenvallers vanwege het feit dat ze onder een budgetteringsafspraak vallen, als beleidsmatig zijn aangeduid, wordt dit vermeld. Zoals gebruikelijk bevat het overzicht ook de mutaties die niet relevant zijn voor een ijklijn. Deze mutaties worden separaat in de tabel gepresenteerd.
I HUIS DER KONINGIN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 13,1 |
Totaal relevante mutaties | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,0 |
Stand Najaarsnota 1997 | 13,1 |
II HOGE COLLEGES VAN STAAT EN KABINET DER KONINGIN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 295,5 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,8 |
– 0,8 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,1 |
– 0,1 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,0 |
0,0 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 1,4 |
– 1,4 | |
Totaal relevante mutaties | – 2,3 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 2,2 |
Stand Najaarsnota 1997 | 293,3 |
II HOGE COLLEGES VAN STAAT EN KABINET DER KONINGIN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7,3 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,0 |
0,0 | |
Totaal relevante mutaties | 0,0 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,0 |
Stand Najaarsnota 1997 | 7,3 |
III ALGEMENE ZAKEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 59,1 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,1 |
– 0,1 | |
Totaal relevante mutaties | – 0,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 59,1 |
Totaal Internationale samenwerking | 6,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 65,1 |
III ALGEMENE ZAKEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 5,7 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,1 |
0,1 | |
Totaal relevante mutaties | 0,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,1 |
Stand Najaarsnota 1997 | 5,8 |
IV KABINET VOOR NEDERLANDS-ANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 20,1 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,3 |
– 0,3 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,2 |
– 0,2 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,1 |
– 0,1 | |
Totaal relevante mutaties | – 0,6 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 0,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 19,5 |
Totaal Internationale samenwerking | 319,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 338,6 |
IV KABINET VOOR NEDERLANDS-ANTILLIAANSE EN ARUBAANSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 0,3 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,1 |
– 0,1 | |
Totaal relevante mutaties | – 0,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 0,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 0,2 |
Totaal Internationale samenwerking | 57,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 57,2 |
V BUITENLANDSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 3 134,6 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
vierde eigen middel | – 67,0 |
– 67,0 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,5 |
0,5 | |
Totaal relevante mutaties | – 66,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 66,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 3 068,1 |
Totaal Internationale samenwerking | 5 772,3 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 8 840,4 |
De meevaller van 67 miljoen wordt enerzijds veroorzaakt door nabetalingen BNP uit voorafgaande jaren en anderzijds door de veronderstelling dat de noodhulpreserve dit jaar niet zal worden opgevraagd door de Europese Unie.
V BUITENLANDSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 5,7 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,6 |
0,6 | |
Totaal relevante mutaties | 0,6 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 6,2 |
Totaal Internationale samenwerking | 104,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 110,8 |
VI JUSTITIE | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 6 436,5 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
vrijval investeringsimpuls i.v.m. uitstel agentschap | – 30,0 |
hogere instroom asielzoekers | 104,3 |
diversen | – 5,9 |
68,4 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,2 |
0,2 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
afrekening 1996 centraal orgaan opvang asielzoekers | 32,5 |
diversen | 32,5 |
65,0 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 5,5 |
– 5,5 | |
Totaal relevante mutaties | 128,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 128,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 6 564,5 |
Totaal Internationale samenwerking | 5,8 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 6 570,3 |
In de ontwerp-begroting 1997 is een bedrag van 30 miljoen als lening van het moederdepartement toegevoegd aan de begroting voor het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD) ten behoeve van extra investeringen (duurzame productiemiddelen). In verband met het uitstel van de agentschapstatus wordt van deze middelen thans geen gebruik gemaakt.
De stijging van de uitgaven van 104,3 miljoen is het gevolg van een toename van de instroom van asielzoekers. De extra uitgaven worden aangewend voor tolkdiensten, opvang van en rechtshulp aan asielzoekers.
De niet bestede middelen in 1996 van 32,5 miljoen voor het Centraal Orgaan voor de opvang van Asielzoekers (COA) worden in 1997 toegevoegd. Deze middelen worden aangewend ter financiering van informatiserings- en automatiseringsprojecten en verwerving en inrichting van opvangcentra.
VI JUSTITIE | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 006,1 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
tegenvaller plukze | – 25,0 |
diversen | – 13,8 |
– 38,8 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
afrekening 1996 centraal orgaan opvang asielzoekers | 32,5 |
diversen | 32,5 |
65,0 | |
Totaal relevante mutaties | 26,2 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 26,2 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 032,3 |
De ontvangsten uit hoofde van de Plukze-wetgeving (ontneming crimineel verkregen vermogen) komen 25 miljoen lager uit dan geraamd. Dit wordt met name veroorzaakt door de lange duur van de gerechtelijke ontnemingsprocedures.
Zie de toelichting bij de uitgaven.
VII BINNENLANDSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 867,8 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
lager beroep ziektenkostenvoorziening overheid | – 29,5 |
voorwaardelijke vergunning tot verblijf | – 30,0 |
diversen | – 21,0 |
– 80,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
versnelde afdracht aansprakenbelasting | 54,5 |
diversen | – 45,4 |
9,1 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 42,5 |
42,5 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
uitvoeringsorganisatie sociale zekerheid overheid | – 28,3 |
diversen | 2,1 |
– 26,2 | |
Totaal relevante mutaties | – 55,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 54,9 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 7 812,9 |
Totaal Internationale samenwerking | 16,8 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 7 829,7 |
Als gevolg van een geringer aantal aanvragen en een gemiddeld lagere uitkering zijn de uitgaven voor de ziektekostenvoorziening overheidspersoneel in 1997 lager dan aanvankelijk geraamd.
De meevaller van 30 miljoen bij de zorgwet inzake voorwaardelijke vergunning tot verblijf (VVTV) hangt samen met een lager aantal VVTV statushouders dan geraamd. Daarnaast zal een aantal gemeenten een declaratie voor de gemeentelijke opvang pas in 1998 indienen in plaats van in 1997.
Als gevolg van een structureel versnelde inning, op grond van een wijziging van de wet op de loonbelasting, komt de aansprakenbelasting over de ziektekostenvoorziening overheidspersoneel voortaan één jaar eerder tot betaling. Dit leidt tot eenmalige extra uitgaven in 1997 van 54,4 miljoen.
Voor de uitvoeringsorganisatie sociale zekerheid overheidspersoneel (Uszo) zijn bij de verzelfstandiging in 1995 de invoeringskosten van 56,6 miljoen voorgefinancierd uit de aanvullende post arbeidsvoorwaarden. De helft hiervan is reeds, via de begroting van Binnenlandse Zaken, in 1996 teruggeboekt naar de aanvullende post arbeidsvoorwaarden. De andere helft wordt dit jaar teruggeboekt.
VII BINNENLANDSE ZAKEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 543,7 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 42,5 |
42,5 | |
Totaal relevante mutaties | 42,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 42,5 |
Stand Najaarsnota 1997 | 586,2 |
VIII ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 37 647,4 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
incidentele loonbijstelling | – 178,4 |
diversen | 1,5 |
– 176,9 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
informatie en communicatietechnologie | – 30,0 |
profielen 2e fase | – 31,2 |
diversen | – 13,9 |
– 75,1 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
algemene omroepreserve | – 63,6 |
diversen | 16,3 |
– 47,3 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
incidentele loonbijstelling | 178,4 |
diversen | – 10,9 |
167,5 | |
Totaal relevante mutaties | – 131,8 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
rentedragende leningen | 60,0 |
60,0 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 71,7 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 37 575,7 |
Totaal Internationale samenwerking | 100,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 37 676,2 |
ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN
Als gevolg van specifieke afspraken in het arbeidsvoorwaardenoverleg in het onderwijs zal 178,4 miljoen niet dit jaar maar volgend jaar tot betaling komen.
De gereserveerde middelen voor Informatie- en Communicatietechnologie (ICT) zullen dit jaar naar verwachting voor een bedrag van 30 miljoen niet tot besteding komen.
Het budget voor deskundigheidsbevordering van docenten ten behoeve van de invoering van de profielen 2e fase havo/vwo wordt in 1997 slechts ten dele aangewend, zodat de uitgavenraming 1997 met 31,2 miljoen kan worden verlaagd.
De uitgaven van met name de landelijke omroep en de regionale televisie zijn 63,6 miljoen minder dan geraamd. Hierdoor is een lagere onttrekking uit de algemene omroepreserve benodigd.
De mutatie van 178,4 miljoen betreft een overboeking van middelen uit de aanvullende post arbeidsvoorwaarden.
Uit de realisatiecijfers blijkt dat het totaal van de door de studenten opgenomen leenbedragen groter is dan waarmee in de raming rekening is gehouden. De raming voor heel 1997 wordt derhalve met 60 miljoen opwaarts bijgesteld.
VIII ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 3 449,9 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 33,8 |
33,8 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 11,0 |
– 11,0 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
algemene omroepreserve | – 63,6 |
diversen | 16,3 |
– 47,3 | |
Totaal relevante mutaties | – 24,5 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
rentedragende leningen | 40,0 |
40,0 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 15,4 |
Stand Najaarsnota 1997 | 3 465,3 |
ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAPPEN
Zie toelichting bij de uitgaven.
De ontvangsten op de rentedragende leningen verstrekt na 1992 vallen hoger uit dan tot nu toe in de raming voor 1997 is verondersteld. Derhalve wordt de ontvangstenraming met 40 miljoen opwaarts bijgesteld.
IXA NATIONALE SCHULD | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 30 547,3 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
rente vlottende schuld | – 75,0 |
– 75,0 | |
Totaal relevante mutaties | – 75,0 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 2,5 |
2,5 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 72,5 |
Stand Najaarsnota 1997 | 30 474,8 |
De meevaller bij de korte rente-uitgaven van 75 miljoen wordt onder andere verklaard door een meevallende tekort-ontwikkeling en een gemiddelde kortere resterende looptijd van Dutch Treasury Certificates dan verwacht.
IXA NATIONALE SCHULD | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 043,4 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
bijbetaalde rente vaste schuld | – 33,0 |
diversen | 0,0 |
– 33,0 | |
Totaal relevante mutaties | – 33,0 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
agio bij uitgifte van schuld | 197,5 |
diversen | 0,3 |
197,8 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 164,9 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 208,3 |
Beleggers dienen ingeval van afwijking tussen stortingsdatum en coupondatum de lopende rente bij te betalen. De raming van bijbetaalde rente bij uitgifte van schuld uit de emissieportefeuille is met 33 miljoen verlaagd omdat de feitelijke uitgifte sneller heeft plaatsgevonden dan geraamd.
Bij de uitgifte van schuld uit de emissieportefeuille is in de maanden juli tot en met september een agio gerealiseerd van 197,5 miljoen. Agio wordt gerealiseerd wanneer de geldende marktrente bij uitgifte lager ligt dan de couponrente.
IXB FINANCIËN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 4 846,1 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
bijzondere financiering | – 31,0 |
exportkredietverzekering | – 30,0 |
diversen | – 12,1 |
– 73,1 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 1,6 |
1,6 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
naar rgd: huisvesting | – 31,7 |
diversen | 0,9 |
– 30,8 | |
Totaal relevante mutaties | – 102,3 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
heffings- en invorderingsrente | – 40,0 |
– 40,0 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 142,4 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 4 703,7 |
Totaal Internationale samenwerking | 469,8 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 5 173,5 |
De uitgaven voor de Regeling Bijzondere Financiering blijven in 1997 achter bij de raming vanwege de algemene goede gang van zaken bij bedrijven waaraan kredieten worden verstrekt en het feit dat slechts bij een aantal kleinere kredieten schade is geleden. Derhalve is de raming met 31 miljoen verlaagd.
De geraamde uitgaven Exportkredietverzekering zijn met 30 miljoen neerwaarts bijgesteld op grond van de meest recente inzichten met betrekking tot de schadedossiers.
Er vindt een overboeking van 31,7 miljoen plaats van de Belastingdienst naar de Rijksgebouwendienst in verband met huisvestingskosten. Het betreft uitgaven voor huren en investeringen in het kader van het huisvestingsprogramma.
Zowel de uitgaven als de ontvangsten inzake Heffings- en Invorderingsrente worden naar beneden bijgesteld als gevolg van korte doorlooptijden, waardoor de rentedragende periode wordt beperkt. Per saldo is er een meevaller van 10 miljoen (uitgaven -40 miljoen en ontvangsten -30 miljoen).
IXB FINANCIËN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 6 301,3 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
exportkredietverzekering | 40,0 |
inningskosten douane | 25,0 |
verkopen agrarische domeinen | 40,0 |
diversen | 41,5 |
146,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
middelenafspraken | 111,7 |
diversen | 12,4 |
124,1 | |
Totaal relevante mutaties | 270,6 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
administratieve boeten | 30,0 |
heffings- en invorderingsrente | – 30,0 |
diversen | – 1,6 |
– 1,6 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 269,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 6 570,4 |
Totaal Internationale samenwerking | 8,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 6 578,4 |
Bij de ontvangsten Exportkredietverzekering is sprake van een opwaartse bijstelling van 40 miljoen. Reden voor deze verhogingen is de goede naleving van de schuldenregelingen door een aantal belangrijke debiteurenlanden.
Op grond van de realisaties van de invoerrechten wordt de geraamde bijdrage van de EU in de inningskosten van de douane verhoogd met 25 miljoen.
Als gevolg van blijvende gunstige economische ontwikkelingen, en de daarmee samenhangende belangstelling van boeren voor aankoop van grond, is de raming agrarische verkopen verhoogd met 40 miljoen.
De ontvangstenraming van Domeinen is verhoogd met 111,7 miljoen. Deze hogere ontvangsten komen op grond van middelenafspraken ten goede aan andere departementen (Defensie, EZ en LNV).
Op basis van de realisaties wordt de raming Administratieve Boeten opgehoogd met 30 miljoen. Dit betreft voornamelijk hogere ontvangsten aan boeten motorrijtuigenbelasting.
Zowel de uitgaven als de ontvangsten Heffings- en Invorderingsrente worden naar beneden bijgesteld als gevolg van korte doorlooptijden, waardoor de rentedragende periode wordt beperkt. Per saldo is er een meevaller van 10 miljoen (uitgaven – 40 miljoen en ontvangsten – 30 miljoen).
X DEFENSIE | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 13 631,5 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
apache/smart-l radar | – 69,4 |
gevechtsvliegtuigen f-16 | 109,4 |
groot materieel koninklijke marine | – 62,2 |
herfasering mijnenbestrijdingsproject | – 40,0 |
materiële exploitatie koninklijke marine | 40,1 |
veteranenbeleid | – 27,0 |
diversen | 36,6 |
– 12,5 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 5,5 |
– 5,5 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,8 |
– 0,8 | |
Totaal relevante mutaties | – 18,8 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 17,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 13 614,4 |
Totaal Internationale samenwerking | 300,2 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 13 914,6 |
De uitgavendaling van 69,4 miljoen bestaat uit een bedrag van 48,1 miljoen als gevolg van vertraging in de betaling van de Apache-helicopter, en 21,3 miljoen als gevolg van vertraging bij de levering van de Smart-L radar.
De uitgavenstijging voor gevechtsvliegtuigen F-16 met 109,4 miljoen wordt veroorzaakt doordat de facturen voor het Midlife Update programma van de F-16 sneller zijn ontvangen dan oorspronkelijk verwacht.
De uitgavendaling van 62,2 miljoen bij diverse projecten voor groot materieel Koninklijke Marine hangt samen met de herfasering van een aantal projecten. Het gaat daarbij met name om de aanbesteding van de radar voor de fregatten van de Zeven Provinciën-klasse. Als gevolg van de complexiteit van de offertestelling en -beoordeling is besloten de verwerving uit te stellen. Daarnaast is de ontwikkeling van onderdelen van het lange afstand infra-rood zoek- en volgsysteem voor het LAMS (Local Area Missile System) vertraagd.
In verband met vertraging in de besluitvorming, onder andere met betrekking tot de te kiezen sonar, wordt het project aanpassing mijnenbestrijding begin 1998 in plaats van eind 1997 aanbesteed. Dit leidt tot een daling van de uitgavenraming met 40 miljoen.
De hogere uitgaven voor materiële exploitatie Koninklijke Marine van 40,1 miljoen hangen vooral samen met het verkoopgereed maken van de fregatten voor de Verenigde Arabische Emiraten.
De uitvoering van het veteranenbeleid is vertraagd. De niet bestede middelen van 27 miljoen zullen naar verwachting in 1998 tot betaling komen.
X DEFENSIE | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 501,6 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 5,5 |
5,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 5,0 |
5,0 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 5,5 |
– 5,5 | |
Totaal relevante mutaties | 5,0 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 5,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 506,6 |
Totaal Internationale samenwerking | 47,7 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 554,3 |
XIA VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 545,6 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
huursubsidie: hogere bevoorschotting | 81,1 |
diversen | – 32,6 |
48,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 9,2 |
– 9,2 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
vertraging bodemsanering vinex | – 63,0 |
diversen | – 3,9 |
– 66,9 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 2,0 |
– 2,0 | |
Totaal relevante mutaties | – 29,6 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 11,7 |
11,7 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 17,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 7 528,0 |
Totaal Internationale samenwerking | 14,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 7 542,0 |
VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEU
De uitgavenraming voor de Huursubsidie wordt met 81,1 miljoen verhoogd. Deze verhoging is gebaseerd op een geregistreerde toename van de betaalde voorschotten voor het tijdvak 1997–1998. De voorschotten worden door de verhuurders aangevraagd op basis van gehonoreerde aanvragen voor huursubsidie. Nadere analyse op grond van de definitieve realisatie 1997 zal uitsluitsel moeten geven over factoren die het uitgavenverloop verklaren, waaronder de ontwikkeling van het niet-gebruik.
De uitgaven voor bodemsanering in het kader van VINEX blijven achter bij de raming. Dit hangt samen met een latere start van de ontwikkeling van sommige VINEX-locaties.
XIA VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 247,6 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 15,3 |
15,3 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 8,8 |
8,8 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
vertraging bodemsanering vinex | – 63,0 |
diversen | – 3,9 |
– 66,9 | |
Totaal relevante mutaties | – 42,8 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 23,5 |
23,5 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 19,3 |
Stand Najaarsnota 1997 | 228,3 |
VOLKSHUISVESTING RUIMTELIJKE ORDENINGEN EN MILIEU
Zie de toelichting bij de uitgaven.
XIB RIJKSGEBOUWENDIENST | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 487,5 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 3,4 |
3,4 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
van financien: huisvesting belastingdienst | 31,7 |
diversen | 45,5 |
77,2 | |
Totaal relevante mutaties | 80,6 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 80,8 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 568,3 |
Ten behoeve van de huisvestingskosten van de Belastingdienst is 31,7 miljoen van de begroting van Financiën overgeboekt naar de Rijksgebouwendienst. Het betreft uitgaven voor huren en investeringen in het kader van het huisvestingsprogramma.
XIB RIJKSGEBOUWENDIENST | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 101,5 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 3,4 |
3,4 | |
Totaal relevante mutaties | 3,4 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 3,4 |
Stand Najaarsnota 1997 | 104,9 |
XII VERKEER EN WATERSTAAT | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 11 165,9 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 45,9 |
45,9 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 20,9 |
– 20,9 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 6,2 |
6,2 | |
Totaal relevante mutaties | 31,2 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 31,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 11 197,0 |
Totaal Internationale samenwerking | 11,9 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 11 208,9 |
XII VERKEER EN WATERSTAAT | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 2 635,2 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
dividend kpn | 51,8 |
51,8 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 34,0 |
34,0 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 20,9 |
– 20,9 | |
Totaal relevante mutaties | 64,9 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 64,9 |
Stand Najaarsnota 1997 | 2 700,1 |
In 1997 zal door KPN een hoger dividend worden uitgekeerd dan geraamd. De meevaller is opgebouwd uit een hoger slotdividend van 31,1 miljoen en een hoger interimdividend van 20,7 miljoen.
XIII ECONOMISCHE ZAKEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 3 189,8 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 12,5 |
12,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
micro-electronica stimulering | 74,6 |
diversen | – 50,1 |
24,5 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 4,8 |
4,8 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 14,3 |
– 14,3 | |
Totaal relevante mutaties | 27,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 27,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 3 217,3 |
Totaal Internationale samenwerking | 339,2 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 3 556,5 |
Bijdragen in het kader van de micro-elektronica stimulering behoeven goedkeuring van de Europese Commissie. Eerder werd verwacht dat deze niet meer in 1997 zou worden verkregen en was de uitgavenraming verlaagd. Inmiddels is echter een deel van de projectvoorstellen door Brussel goedgekeurd dan wel zal op korte termijn worden goedgekeurd waardoor de uitgaven toch in 1997 kunnen plaatsvinden. De uitgavenraming is hiertoe weer verhoogd met 74,6 miljoen.
XIII ECONOMISCHE ZAKEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 535,9 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
gasbaten | 35,0 |
micro-electronica stimulering | – 25,9 |
diversen | 50,4 |
59,5 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 4,8 |
4,8 | |
Totaal relevante mutaties | 64,3 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
restant verkoopopbrengst daf | 37,9 |
diversen | 12,5 |
50,4 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 114,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 7 650,5 |
Totaal Internationale samenwerking | 7,2 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 7 657,7 |
De bijdrage uit de aardgasbaten 1997 aan het FES komt lager uit dan bij Miljoenennota 1998 geraamd. De overige aardgasbaten nemen hierdoor met eenzelfde bedrag van 35 miljoen toe. en deel van de bijdragen in het kader van de micro-elektronica stimulering wordt gefinancierd met eerder dit jaar door bedrijven teruggestorte middelen. De ontvangstenraming wordt hiervoor verlaagd met 25,9 miljoen.
Bij de verkoop van DAF aan Paccar is een deel van de opbrengst als zekerheidstelling op een aparte rekening gestort om eventuele claims op te kunnen vangen. Aangezien er geen claims zijn ingediend, zijn de vrijvallende middelen van 37,9 miljoen alsnog verantwoord op de begroting van Economische Zaken.
XIV LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 5 077,0 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
nationale financiering maatregelen varkenspest | – 100,0 |
diversen | – 27,2 |
– 127,2 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 6,7 |
6,7 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 8,3 |
8,3 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 0,7 |
0,7 | |
Totaal relevante mutaties | – 111,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 111,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 4 965,4 |
Totaal Internationale samenwerking | 36,2 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 5 001,6 |
LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ
Naar huidige inzichten treedt een meevaller op van 100 miljoen aan uitgaven voor varkenspest. Dit is een saldo van twee tegengestelde effecten. Enerzijds daalt het aantal nieuwe uitbraken en daarmee de uitgaven voor de bestrijding. Tevens zijn ook de uitgaven voor opkoop al enige tijd beperkt. Anderzijds worden de vergoedingen van de Europese Unie voor bestrijdingsuitgaven in 1997 voor een deel na 1997 ontvangen. Deze worden nationaal voorgefinancierd ten laste van de begroting van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij.
XIV LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 504,8 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 4,7 |
– 4,7 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 2,4 |
2,4 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 8,3 |
8,3 | |
Totaal relevante mutaties | 6,0 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 5,7 |
5,7 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 11,6 |
Stand Najaarsnota 1997 | 516,4 |
XV SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 28 020,0 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Sociale zekerheid | |
banenpool | – 95,6 |
weglek banenpool naar ABW | 86,7 |
realisatie akw | – 52,7 |
diversen | – 37,0 |
– 98,6 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 2,9 |
Sociale zekerheid | |
diversen | 7,9 |
10,8 | |
Totaal relevante mutaties | – 87,8 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 88,0 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 27 932,0 |
Totaal Internationale samenwerking | 1,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 27 933,5 |
SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
De raming van het banenpoolartikel wordt per saldo met 95,6 miljoen verlaagd. Dit is met name het gevolg van het feit dat het budget voor werkervaringsplaatsen niet is gebruikt; met ingang van 1 januari 1998 maakt dit onderdeel uit van het gemeentelijk werkfonds. Daarnaast treedt een meevaller op bij het artikelonderdeel doorstroomsubsidies vanwege een lager beroep op deze subsidies. Voorts is er sprake van een beperkte tegenvaller bij het artikelonderdeel vrijvallende uitkeringen.
De tegenvaller door weglek van banenpool naar de Algemene Bijstandswet hangt direct samen met de meevaller bij de werkervaringsplaatsen. De uitgaven in het kader van de werkervaringsplaatsen worden namelijk gefinancierd uit vrijvallende bijstandsuitkeringen. Omdat in het uitvoeringsjaar 1997 het budget voor werkervaringsplaatsen niet is gebruikt, treedt een tegenvaller op van 86,7 miljoen.
De realisatie van de Algemene Kinderbijslagwet tot en met het derde kwartaal laat iets lagere uitgaven zien dan geraamd. Het betreft zowel de uitkeringslasten als de administratiekosten. Op grond van deze realisatie en de voorschotaanvraag voor het vierde kwartaal wordt de raming met 52,7 miljoen neerwaarts bijgesteld.
XV SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 742,0 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 1,9 |
Sociale zekerheid | |
meerontvangsten bijstand | 193,2 |
diversen | 32,5 |
227,6 | |
Totaal relevante mutaties | 227,6 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 227,5 |
Stand Najaarsnota 1997 | 969,5 |
SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Als gevolg van in voorgaande jaren te veel betaalde c.q. bevoorschotte bijstandsuitkeringen c.a. worden thans meerontvangsten gerealiseerd van 193,2 miljoen.
XVI VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 10 416,3 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 5,3 |
Zorg | |
diversen | – 14,2 |
– 19,5 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 5,0 |
Zorg | |
diversen | – 4,7 |
– 9,7 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 3,1 |
Zorg | |
diversen | – 0,1 |
3,0 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 0,4 |
– 0,4 | |
Totaal relevante mutaties | – 26,6 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 12,9 |
12,9 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 13,6 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | 10 402,7 |
Totaal Internationale samenwerking | 0,5 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | 10 403,2 |
XVI VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 282,9 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 2,9 |
Zorg | |
onderuitputting extra banen langdurig werklozen (tranche 95) | 78,0 |
diversen | – 8,3 |
66,8 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 3,1 |
Zorg | |
diversen | 4,6 |
7,7 | |
Totaal relevante mutaties | 74,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 74,7 |
Stand Najaarsnota 1997 | 357,6 |
VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
De hogere ontvangstenraming van 78 miljoen wordt veroorzaakt doordat een deel van de verleende voorschotten uit de tranche 1995 voor de creatie van extra banen voor langdurig werklozen, die vertraagd tot stand zijn gekomen, worden terugbetaald.
GEMEENTEFONDS | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 20 555,5 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
oude tekorten amsterdam | 135,4 |
voorfinanciering art. 12 den haag | 1 024,4 |
diversen | – 5,7 |
1 154,1 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 12,8 |
– 12,8 | |
Totaal relevante mutaties | 1 141,3 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 1 141,3 |
Stand Najaarsnota 1997 | 21 696,8 |
De uitgavenverhoging ten laste van het Gemeentefonds van 135,4 miljoen vloeit voort uit de afwikkeling van de regeling Oude Tekorten Amsterdam. Het betreft een technische correctie van de op 30 juni met Amsterdam gesloten overeenkomst, zonder verdere consequenties voor Amsterdam.
De uitgavenverhoging van 1024,4 miljoen betreft de voorfinanciering van de sanering van de artikel 12-problematiek van Den Haag door het Rijk. Hiermee wordt bereikt dat de toekomstige jaarlijkse last voor het collectief van de gemeenten lager uitkomt en dat Den Haag nog in 1997 verlost is van haar oude tekorten. Aangezien het hier een voorfinanciering betreft die met het gemeentefonds wordt verrekend, zijn er voor het Rijk uiteindelijk geen kosten aan verbonden.
GEMEENTEFONDS | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 4,5 |
4,5 | |
Totaal relevante mutaties | 4,5 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 4,4 |
Stand Najaarsnota 1997 | 4,4 |
PROVINCIEFONDS | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 619,9 |
Totaal relevante mutaties | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 0,0 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 619,9 |
INFRASTRUCTUURFONDS | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 192,6 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
betuweroute | – 114,0 |
diverse wegenprojecten | 141,5 |
uitbesteding | 70,0 |
diversen | 31,3 |
128,8 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
betuweroute | – 37,0 |
bodemsanering | – 26,0 |
diversen | 21,0 |
– 42,0 | |
Totaal relevante mutaties | 86,8 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 86,8 |
Stand Najaarsnota 1997 | 7 279,4 |
Als gevolg van vertraging in de grondaankopen ontstaat er bij de Betuweroute in 1997 een overschot van 151 miljoen. Van dit bedrag wordt 37 miljoen teruggeboekt naar het Fonds Economische Structuurversterking. Het resterende bedrag van 114 miljoen betreft reguliere Infrastructuurfondsmiddelen.
De vertragingen die in voorgaande jaren zijn ontstaan bij diverse wegenprojecten worden thans ingelopen. Daarnaast worden benuttingsmaatregelen, zoals het programma voor de aanleg van verkeerssignalering, versneld uitgevoerd. Dit leidt in 1997 tot 141,5 miljoen hogere uitgaven.
Verkeer en Waterstaat heeft in het kader van de nota's Samenwerken aan Bereikbaarheid (SWAB) en Transport in Balans (TIB) veel projecten in voorbereiding genomen. Dit betreft onder andere projecten in de verkenningen- en planstudiefase, waarvoor veel inzet van ingenieursbureaus nodig is, hetgeen leidt tot hogere uitgaven voor uitbesteding.
Een deel (37 miljoen) van het overschot (ad 151 miljoen) dat ontstaat door vertraging bij de realisatie van de Betuweroute wordt teruggeboekt naar het Fonds Economische Structuurversterking.
Aangezien de bodemvervuiling bij de verkeer- en vervoerprojecten dit jaar minder is dan verwacht, blijft een bedrag van 26 miljoen onbesteed. Deze middelen vloeien, conform afspraak, terug in het Fonds Economische Structuurversterking.
INFRASTRUCTUURFONDS | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 055,8 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
bijdrage eu hsl/betuweroute | 66,6 |
minder wrakopruiming | – 29,8 |
verrekening voorschotten | 50,5 |
diversen | 83,9 |
171,2 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
betuweroute | – 37,0 |
bodemsanering | – 26,0 |
diversen | 21,0 |
– 42,0 | |
Totaal relevante mutaties | 129,2 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 129,2 |
Stand Najaarsnota 1997 | 7 185,1 |
De Europese Unie draagt bij aan de realisatie van de HSL-Zuid (350 miljoen) en Betuweroute (300 miljoen). Thans wordt hiervan 34,6 respectievelijk 32 miljoen ontvangen.
Er zijn minder wrakopruimingsactiviteiten in de Wester Schelde verricht, hetgeen leidt tot een lagere bijdrage van België.
Verrekeningen van teveel betaalde voorschotten voor het personenen goederenvervoer in het vierde kwartaal van 1996 leiden tot een restitutie van 50,5 miljoen.
Voor de toelichting wordt verwezen naar de toelichting bij de uitgaven.
FONDS ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 580,0 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
betuweroute | – 37,0 |
bodemsanering vrom | – 63,0 |
bodemsanering v&v projecten | – 26,0 |
diversen | – 1,4 |
– 127,4 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 127,4 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 452,6 |
FONDS ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING
Als gevolg van vertraging in de grondaankopen ontstaat er bij de Betuweroute ten opzichte van de stand Miljoenennota een overschot van 151 miljoen. Van dit bedrag wordt 37 miljoen teruggeboekt naar het FES.
De uitgaven voor bodemsanering in het kader van VINEX blijven achter bij de raming. Dit hangt samen met de langzame start van de ontwikkeling van sommige VINEX-locaties, waardoor ook bodemsaneringsprojecten vertragen.
Aangezien de bodemvervuiling bij de verkeer- en vervoerprojecten dit jaar minder is dan verwacht, blijft een bedrag van 26 miljoen onbesteed. Deze middelen vloeien, conform afspraak, terug in het FES.
FONDS ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 1 508,6 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
realisatie | – 35,0 |
– 35,0 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 35,1 |
Stand Najaarsnota 1997 | 1 473,5 |
FONDS ECONOMISCHE STRUCTUURVERSTERKING
De bijdrage uit de aardgasbaten 1997 aan het FES komt lager uit dan bij Miljoenennota 1998 geraamd.
INTERNATIONALE SAMENWERKING | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 399,1 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
europees ontwikkelings fonds | – 48,5 |
garantiefaciliteit opkomende markten | 25,0 |
landenprogramma's landbouw en regionale ontwikkeling | 46,8 |
ontwikkelings relevante exporttransacties | 35,0 |
diversen | – 50,2 |
8,1 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 7,0 |
– 7,0 | |
Totaal relevante mutaties | 1,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 1,1 |
Stand Najaarsnota 1997 | 7 400,2 |
De mutatie met betrekking tot het Europees Ontwikkelingsfonds wordt vooral veroorzaakt doordat het verdrag van Lomé IV-bis niet in 1997 in werking treedt waardoor de uitgaven niet in 1997 gedaan worden. Daarnaast hebben zich valuta-koersmutaties voorgedaan waardoor te betalen bedragen wijzigen.
De garantie faciliteit voor opkomende markten (GOM) wordt op de begroting van Economische Zaken gecreëerd voor het verzekeren van exportkredieten die binnen het vigerende landenbeleid van de NCM (Nederlandse Credietverzekerings Maatschappij) niet in aanmerking komen voor krediet. Het is de bedoeling dat de GOM wordt uitgevoerd door SENO (= Stichting Economische Samenwerking Nederland Oost-Europa).
De naar de ambassades gedelegeerd uitgaven voor het landenprogramma voor landbouw en de regionale ontwikkeling worden opwaarts bijgesteld als gevolg van het grote aantal geschikte projectvoorstellen dat door ontwikkelingslanden wordt ingediend bij de ambassades.
De uitgaven voor ontwikkelingsrelevante exporttransacties worden als gevolg van de toegenomen belangstelling bijgesteld.
INTERNATIONALE SAMENWERKING | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 223,5 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | 8,0 |
8,0 | |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 7,0 |
– 7,0 | |
Totaal relevante mutaties | 1,0 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 1,0 |
Stand Najaarsnota 1997 | 224,5 |
ARBEIDSVOORWAARDEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 405,4 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
onderuitputting | – 254,8 |
Zorg | |
diversen | – 1,2 |
– 256,0 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
loonbijstelling | – 182,0 |
uitvoeringsorganisatie sociale zekerheid overheid | 28,3 |
– 153,7 | |
Totaal relevante mutaties | – 409,7 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
diversen | 4,3 |
4,3 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 405,4 |
Stand Najaarsnota 1997 | 0,0 |
De op de aanvullende post arbeidsvoorwaarden geraamde middelen voor loonbijstelling komen in 1997 voor een bedrag van 254,8 miljoen niet tot betaling.
Vanuit de aanvullende post arbeidsvoorwaarden zijn incidentele middelen ter beschikking gesteld voor verbeteringen in de arbeidsvoorwaarden van met name de onderwijssector.
Voor de uitvoeringsorganisatie sociale zekerheid overheidspersoneel (Uszo) zijn bij de verzelfstandiging in 1995 de invoeringskosten van 56,6 miljoen voorgefinancierd uit de aanvullende post arbeidsvoorwaarden. De helft hiervan is reeds, via de begroting van Binnenlandse Zaken, in 1996 teruggeboekt naar de aanvullende post arbeidsvoorwaarden. De andere helft wordt dit jaar teruggeboekt.
BELASTINGAFDRACHTEN AAN DE EUROPESE UNIE | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 7 420,0 |
1. MEE- EN TEGENVALLERS | |
Rijksbegroting in enge zin | |
invoerrechten | 196,0 |
diversen | – 6,0 |
190,0 | |
Totaal relevante mutaties | 190,0 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 190,0 |
Stand Najaarsnota 1997 | 7 610,0 |
BELASTINGAFDRACHTEN AAN DE EUROPESE UNIE
De afdracht aan invoerrechten aan de Europese Unie is met 196 miljoen opwaarts is bijgesteld. Deze bijstelling volgt onder ander uit het hogere volume van de invoer tot en met oktober.
NADER TE BEPALEN | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | – 376,9 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
vrijval dividenderving | – 37,6 |
vrijval reservering afkoop ondoelmatige leaseprojecten | – 120,0 |
diversen | – 9,2 |
Sociale zekerheid | |
realisatie eindejaarsmarge | 67,8 |
Zorg | |
realisatie eindejaarsmarge | 81,7 |
– 17,3 | |
4. OVERBOEKINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
diversen | – 3,8 |
– 3,8 | |
Totaal relevante mutaties | – 21,1 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 21,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (excl. IS) | – 398,0 |
Totaal Internationale samenwerking | 4,1 |
Stand Najaarsnota 1997 (incl. IS) | – 393,9 |
De op de aanvullende post geraamde reservering in het kader van de dividendderving samenhangende met de geraamde privatiseringen in 1997 zal dit jaar niet meer nodig zijn, omdat er geen staatsdeelnemingen meer zijn verkocht die dit jaar nog tot dividendderving leiden.
Voor de afkoop van ondoelmatige lease-projecten is tijdelijk voor 1997 op de aanvullende post een bedrag gereserveerd. Dit bedrag is voor dit jaar niet meer noodzakelijk zodat 120 miljoen kan vrijvallen.
NADER TE BEPALEN | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | 597,1 |
2. BELEIDSMATIGE MUTATIES | |
Rijksbegroting in enge zin | |
realisatie taakstelling afstoot (on)roerend goed defensie | – 50,0 |
– 50,0 | |
Totaal relevante mutaties | – 50,0 |
5. NIET TOT EEN IJKLIJN BEHOREND | |
restant verkoopopbrengst daf | – 37,9 |
– 37,9 | |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | – 87,9 |
Stand Najaarsnota 1997 | 509,2 |
Er is een bedrag geraamd op de aanvullende post voor de afstoot van (on)roerende zaken bij Defensie van 50 miljoen voor 1997. Deze taakstelling is via de verkoop van (on)roerende goederen van Defensie door Domeinen gerealiseerd.
De geraamde ontvangstenpost buiten de sfeer van de microlasten (tevens niet relevant voor het beleidsrelevant tekort) voor 1997, wordt deels gerealiseerd via de opbrengst uit hoofde van de verkoop van DAF (zie begroting van Economische zaken).
CONSOLIDATIE | 1997 |
---|---|
UITGAVEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | – 7 354,7 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
bijstelling ivm fes en isf | 40,3 |
40,3 | |
Totaal relevante mutaties | 40,3 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 40,3 |
Stand Najaarsnota 1997 | – 7 314,4 |
De bijstelling op de post consolidatie (uitgaven en niet-belastingontvangsten) houdt verband met de wijziging in de bijdragen van het FES aan andere begrotingen en wijziging in de bijdrage van Verkeer en Waterstaat aan het Infrastructuurfonds. De aanpassing dient om de dubbeltelling voor de totale rijksbegroting te corrigeren.
CONSOLIDATIE | 1997 |
---|---|
NIET-BELASTINGONTVANGSTEN | |
Stand Miljoenennota 1998 | – 7 354,7 |
3. DESALDERINGEN | |
Rijksbegroting in enge zin | |
bijstelling ivm fes en isf | 40,3 |
40,3 | |
Totaal relevante mutaties | 40,3 |
Totaal mutaties na de Miljoenennota 1998 | 40,3 |
Stand Najaarsnota 1997 | – 7 314,4 |
Zie toelichting bij de uitgaven.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-25771-1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.