25 600 X
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 1998

nr. 58
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 1 september 1998

Inleiding

Met de brief van 25 maart 1996 (kamerstuk 24 400 X, nr. 84) bent u ingelicht over de behoefte aan duelsimulatoren en (mobiele) instrumentatie voor oefenterreinen (DS/IOT) voor de Koninklijke landmacht. Het project heeft tot doel het niveau van geoefendheid van tactische eenheden van de Koninklijke landmacht te verbeteren met behulp van simulatoren die de gevechtsomstandigheden zo goed mogelijk nabootsen. Het te verwerven materieel omvat duelsimulatoren, zowel voor individuele militairen als voor wapensystemen, en instrumentatiesystemen voor de registratie en evaluatie van het verloop van een oefening. Met deze brief informeer ik u over de afronding van de gecombineerde voorstudie- en studiefase van dit project.

De behoefte

Uit de ruime ervaringen die de Koninklijke landmacht al met dergelijke simulatoren heeft, blijkt dat de geoefendheid van deelnemende eenheden er aanmerkelijk door toeneemt zonder dat munitie wordt verbruikt. Ook blijkt het evalueren van oefeningen veel doeltreffender te zijn.

De Koninklijke landmacht heeft in de voorstudie- en studiefase van dit project de behoefte aan duelsimulatoren en instrumentatiesystemen geactualiseerd. De gevolgen van de herschikking van de gevechtskracht en de wijzigingen in de trainingssystematiek die daarmee verband houden zijn nader beschouwd en hebben geleid tot een aanpassing van de aantallen en de indeling. Het oorspronkelijke uitgangspunt, indeling van duelsimulatoren bij verschillende eenheden en op meer locaties, is verlaten. In de toekomst zullen alle middelen centraal worden beheerd en onderhouden bij het Commando Opleidingen van de Koninklijke landmacht (COKL). Van daaruit worden de middelen uitgegeven aan oefenende eenheden. Het uitgangspunt dat in totaal zes eenheden ter grootte van een compagnie met bijbehorende ondersteuning moeten kunnen worden uitgerust met duelsimulatoren, is niet aangepast. Naast een doelmatiger gebruik van de middelen heeft het centraal beheer en onderhoud bij het COKL tevens als voordeel dat er centraal kennis wordt opgebouwd over het gebruik van simulatiesystemen.

Als gevolg van de geschetste aanpassingen, maar ook doordat de doeltreffendheid en capaciteit per systeem aanmerkelijk hoger blijken te zijn dan in de behoeftestellingsfase was aangenomen, kon de oorspronkelijke behoefte van twee instrumentatiesystemen worden teruggebracht tot één. Daarentegen is gebleken dat de prijs per systeem aanmerkelijk hoger uitvalt dan aanvankelijk werd gedacht.

Resultaten van de marktverkenning

In de voorstudie- en studiefase is een marktverkenning gehouden waaruit blijkt dat de duelsimulatoren en instrumentatiesystemen van de plank te koop zijn bij verschillende aanbieders. In totaal negen bedrijven hebben een compleet systeem aangeboden waarmee het project DS/IOT kan worden verwezenlijkt. Voor duelsimulatoren zijn twee typen op de markt verkrijgbaar, de zogenaamde één- en tweewegsystemen. Van de eenwegsystemen werd in de behoeftestellingsfase nog aangenomen dat ze misschien niet zouden voldoen aan de gestelde eisen. Inmiddels zijn door voortschrijdende technische ontwikkelingen de prestaties van beide systemen vrijwel gelijk en voldoen beide typen aan de gestelde eisen. Beide systemen zullen in de vervolgfase dan ook verder in beschouwing worden genomen.

De offerteprijs van drie bedrijven overschrijdt de financiële voorwaarde van het project in aanzienlijke mate. Waarschijnlijk kunnen bij de resterende zes bedrijven de geringe overschrijdingen van de financiële voorwaarden in onderhandelingen worden weggewerkt. Het betreft de volgende zes bedrijven: de Amerikaanse firma's CUBIC DEFENSE, LOCKHEED MARTIN en SAIC, de Nieuw-Zeelandse firma OSCMAR, de Israëlische firma RAFAEL en de Zweedse firma SAAB.

Financiële aspecten

De resultaten van de marktverkenning geven geen aanleiding om af te wijken van de in de plannen van de Koninklijke landmacht opgenomen reservering van f 100 miljoen.

Het is van belang de levensduurkosten van alle aangeboden systemen met elkaar te vergelijken. De aanbieders hebben echter nog niet alle relevante informatie verstrekt. Dit gebeurt in de verwervingsvoorbereidingsfase.

Internationale samenwerking

De mogelijkheden van operationele samenwerking en gezamenlijke verwerving met andere landen zijn in de gecombineerde voorstudie- en studiefase onderzocht.

In Navo-verband is het tot dusver nog niet gelukt om afspraken te maken over het gebruik van duelsimulatoren. Apparatuur die thans op de diverse terreinen van de bondgenoten wordt gebruikt is dan ook niet uitwisselbaar.

Geïnstrumenteerde oefenterreinen die in gebruik zijn of worden ingericht in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben een beperkte capaciteit voor medegebruik. Geen enkel oefenterrein zal zodoende de volledige Nederlandse opleidingsbehoefte op bataljons- én compagniesniveau kunnen accommoderen.

Mede daarom kiest de Koninklijke landmacht ervoor voldoende apparatuur te verwerven om aan de behoefte op compagniesniveau te kunnen voldoen. Voor oefeningen op het niveau van een bataljon zal de apparatuur worden gehuurd van de bondgenoot op wiens oefenterrein de oefening wordt gehouden. Zo mogelijk zal Nederlandse apparatuur worden gebruikt in combinatie met de apparatuur die op een oefenterrein aanwezig is.

Wat mogelijkheden tot gezamenlijke verwerving betreft, is gebleken dat alleen Noorwegen en Canada met hun projectdefinitie en -fasering op een vrijwel identiek spoor zitten als Nederland. Beide landen hebben te kennen gegeven vooral te willen samenwerken op het gebied van de uitwisseling van informatie, de definiëring van de aan de apparatuur te stellen eisen en de evaluatie van de kandidaten. Deze samenwerking zal worden vastgelegd in een MOU.

België voorziet de verwerving van duelsimulatoren vanaf 2003. Bezien wordt of een Belgische behoefte als optie in het Nederlandse contract kan worden meegenomen. Ook is medegebruik door België van de Nederlandse middelen onderwerp van studie. De resultaten van deze studie zullen in de volgende fase worden meegenomen.

Inschakeling Nederlandse industrie

Bij de bedrijven die in de marktverkenning hebben gereageerd, bevinden zich geen Nederlandse kandidaten die het gehele project als hoofdleverancier zouden kunnen uitvoeren. Wel kunnen Nederlandse bedrijven als onderleverancier delen van met name het instrumentatiesysteem leveren. Tijdens de verwervingsvoorbereiding zal in overleg met de geselecteerde aanbieders worden bezien in hoeverre Nederlandse bedrijven bij het project kunnen worden betrokken.

Personeel

Bij invoering van DS/IOT kunnen de personele gevolgen binnen het personeelsplafond voor de Koninklijke landmacht worden opgevangen.

Voortzetting van het project

De gecombineerde voorstudie- en studiefase heeft aangetoond dat er voldoende technische en commerciële mogelijkheden zijn om het project te verwezenlijken. Gezien het aantal beschikbare kandidaten die het product van de plank kunnen leveren, kan de fase van verwervingsvoorbereiding in 1999 worden voltooid. Als uitvloeisel van het regeeraccoord is de invoering met een jaar vertraagd. De eerste leveringen van duelsimulatoren worden verwacht in 2000. Ik ben voornemens, indien gewenst na overleg met u, in te stemmen met de aanvang van de verwervingsvoorbereidingsfase van het project. Over de resultaten van de verwervingsvoorbereidingsfase zal ik u op de gebruikelijke wijze inlichten.

De Staatssecretaris van Defensie,

H. A. L. van Hoof

Naar boven