nr. 50
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 6 april 1998
Gaarne informeer ik U, mede in mijn hoedanigheid als minister voor Nederlands-Antilliaanse
en Arubaanse Zaken, over de beëindiging van de aanwezigheid van
de Koninklijke marechaussee op Sint Maarten.
De Koninklijke marechaussee heeft sinds 1991 steun verleend aan de justitiële
dienst van het Korps Politie van de Nederlandse Antillen (KPNA), onderdeel
Bovenwindse Eilanden. Deze bijstand werd geleverd in het kader van de strafrechtelijke
handhaving van de rechtsorde. Hoewel de bijstand aanvankelijk was bedoeld
voor een periode van drie jaar, is het project verscheidene keren verlengd,
laatstelijk tot 1 april 1998. Daarbij was reeds sprake van een gefaseerde
terugtrekking: vanaf 1996 is de sterkte van het detachement geleidelijk teruggebracht
van 20 naar 10 marechaussees. Ik merk op dat alle betrokken instanties met
tevredenheid terugzien op dit project. De justitiële dienst van het onderdeel
Bovenwinden van het Korps Politie Nederlandse Antillen is inmiddels op een
aanvaardbare sterkte gekomen.
In de nota naar aanleiding van het verslag bij de Defensiebegroting 1998
(Kamerstukken 25 600 hoofdstuk X nr. 5) schreef ik Uw Kamer dat werd
bezien of, en zo ja op welke wijze, eventuele verdere bijstand door de Koninklijke
marechaussee kon worden geleverd.
Hiertoe heb ik overleg gevoerd met de regering van de Nederlandse Antillen,
waarbij met name is bezien in hoeverre de Koninklijke marechaussee een bijdrage
zou kunnen leveren aan de bestrijding van de georganiseerde criminaliteit.
Inmiddels is gebleken dat het recherchebijstandsteam (een samenwerking van
het KPNA en Nederlandse politie, gericht op de bestrijding van zware criminaliteit)
op Curaçao binnenkort zal starten met een deelproject specifiek gericht
op de Bovenwindse Eilanden, vooruitlopend op de definitieve oprichting van
het Recherche Samenwerkingsteam (RST). In het vooruitzicht van dit deelproject,
is door de Nederlandse Antillen besloten geen nieuw Koninklijk
marechausseeproject aan te vangen. Spoedige realisatie van politie-recherchebijstand
op de Bovenwindse eilanden zal de bestrijding van de internationale georganiseerde
criminaliteit kunnen versterken.
De Minister van Defensie,
J. J. C. Voorhoeve