25 600 VI
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 1998

nr. 11
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 31 oktober 1997

Het is mij bekend dat, door een forse toename in de vraag naar taakstraffen, de Raad voor de kinderbescherming problemen heeft met de uitvoering hiervan. Het betreft zowel een financieel probleem als een probleem in de beschikbaarheid van geschikte taakstraffen. Hierover heeft nauw overleg plaatsgevonden met de algemeen directeur van de Raad voor de kinderbescherming. Dit heeft er toe geleid dat voor het jaar 1997 aan de Raad voor de Kinderbescherming extra middelen ten bedrage van 1,0 mln. beschikbaar zijn gesteld. Met dit bedrag voor 1997 kan de Raad voorbereidingen treffen om de extra werkdruk in 1998 op te kunnen vangen. Daarnaast ben ik mij ervan bewust dat de Raad voor 1998 extra middelen nodig heeft om de groei van de productie van taakstraffen te kunnen realiseren. Bij gelegenheid van de Voorjaarsnota zal de exacte dekking worden aangegeven.

De Raad voor de kinderbescherming zal hierdoor in staat zijn uitvoering te geven aan het aantal taakstraffen dat op basis van de huidige prognoses is geraamd en de ontstane achterstand weg te werken. Hoewel dit laatste met kracht ter hand wordt genomen heeft de Raad voor de kinderbescherming mij laten weten dat het wegwerken van de totale achterstand toch enige tijd zal vergen, omdat ook moet worden voorzien in de beschikbaarheid van voldoende geschikte taakstraffen.

De Minister van Justitie,

W. Sorgdrager

Naar boven