25 467
De zaak-Bouterse

nr. 4
MOTIE VAN HET LID DE HOOP SCHEFFER

Voorgesteld 26 augustus 1997

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

– overwegende dat Nederland, toen de gelegenheid zich voordeed, aan Brazilië een verzoek tot aanhouding van Bouterse had moeten doen,

– overwegende dat situatie van 18 juli niet voor herhaling vatbaar is;

verzoekt de minister van Buitenlandse Zaken zich niet meer op deze wijze bemoeien met de opsporing van Bouterse,

en gaat over tot de orde van de dag.

De Hoop Scheffer

Naar boven