25 439
Wijziging van de Wet op de jeugdhulpverlening (Inspectie jeugdhulpverlening en jeugdbescherming)

nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 18 maart 1998

Het wetsvoorstel wordt als volgt gewijzigd:

A. Onderdeel F komt te luiden:

F. Artikel 54 wordt gewijzigd als volgt:

1. In het eerste lid, aanhef en in het tweede en vierde lid wordt telkens na «jeugdhulpverlening» ingevoegd: en jeugdbescherming, terwijl in het eerste lid, onder a en b, telkens na «de jeugdhulpverlening» wordt ingevoegd: en de jeugdbescherming.

2. In het vierde lid wordt na «Onze Ministers» ingevoegd: , en indien het betreft instellingen of inrichtingen de aanwijzingen van Onze Minister van Justitie,.

3. Toegevoegd worden een vijfde tot en met het achtste lid luidende:

5. De inspectie verricht onderzoeken uit eigen beweging of op verzoek van Onze Minister van Justitie indien het instellingen of inrichtingen betreft, en van Onze Ministers indien het andere voorzieningen, plaatsende instanties, samenwerkingsverbanden of experimenten betreft. De inspectie kan onderzoeken verrichten op verzoek van een provinciaal bestuur, indien het een regionale voorziening, samenwerkingsverband of erkende plaatsende instantie betreft.

6. De inspectie brengt van haar bevindingen verslag uit aan degene bij wie het onderzoek is uitgevoerd en doet daarbij voorstellen tot verbetering van de kwaliteit van de werkzaamheden. De inspectie stelt het overheidsorgaan dat verantwoordelijk is voor het beleid ten aanzien van degene bij wie het onderzoek is uitgevoerd op de hoogte van haar bevindingen, indien zulks voor dat overheidsorgaan van belang is.

7. De inspectie stelt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden. In het verslag doet zij voorstellen die zij in het belang van de jeugdhulpverlening en de jeugdbescherming nodig acht. Het verslag wordt toegezonden aan Onze ministers, de provinciale besturen en de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

8. Onze ministers kunnen regels stellen omtrent de organisatie van de inspectie.

B. Onderdeel G komt te luiden:

G. In het eerste en tweede lid van artikel 55 wordt na «Uitvoerders,» ingevoegd: instellingen,.

C. Onderdeel J komt te luiden:

J. In het eerste lid van artikel 61 worden de woorden «Aan een rechtspersoon die aanvaard is op grond van artikel 60, eerste lid, verstrekt Onze Minister van Justitie een subsidie» vervangen door : Onze Minister van Justitie verstrekt aan een instelling een subsidie.

Toelichting

Bij de Aanpassingswet derde tranche Awb I (Stb. 1997, 510) is de Wet op de Jeugdhulpverlening op een aantal punten gewijzigd.

De Aanpassingswet is op 1 januari 1998 in werking getreden.

Deze nota van wijziging strekt ertoe het onderhavige wetsvoorstel aan te passen aan de Wet op de Jeugdhulpverlening zoals deze na de inwerkingtreding van de Aanpassingswet luidt.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. G. Terpstra

De Staatssecretaris van Justitie,

E. M. A. Schmitz

Naar boven