25 368
Wijziging van de Ziekenfondswet in verband met de beëindiging van de medeverzekering van WSF-gerechtigden

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State)Dit wetsvoorstel hangt samen met de voorgenomen herstructurering van de Ziekenfondswet per 1 januari 1998. Die herstructurering is aangekondigd in de brief van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport d.d. 17 september 1996 aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal (Kamerstukken II, 1996–1997, 25 027, nr. 1). Vooruitlopend op de herstructurering is per 1 januari 1997 de inkomensgrens ziekenfondsverzekering voor AOW-gerechtigden structureel verhoogd tot f 35 300,– en zal de inkomensgrens per 1 juli 1997 verder worden verhoogd naar f 38 300,–. Naar schatting zullen er daardoor in 1997 200 000 AOW-gerechtigden extra ziekenfondsverzekerd worden. Vanuit het oogmerk de verdeling van de aantallen verzekerden over de onderscheiden verzekeringssegmenten (ziekenfonds- en particuliere verzekering) zoveel mogelijk te handhaven, is besloten om in samenhang met vorenbedoelde verhoging van de inkomensgrens voor AOW-gerechtigden cohorten studerenden die voor het eerst in en na het studiejaar 1997–1998 onder de WSF vallen niet meer als medeverzekerden in de ziekenfondsverzekering op te nemen. Voor studerenden die onmiddellijk voor 1 augustus 1997 studiefinanciering in het kader van de WSF genoten, geldt een overgangsrecht zolang zij ononderbroken studiefinanciering krachtens hoofdstuk II van de Wet op de studiefinanciering genieten. Om aan te sluiten bij artikel 8, tweede lid, van de Wet op de studiefinanciering en de daarbij gegroeide uitvoeringspraktijk wordt door het tweede lid van artikel II het recht op medeverzekering in het kader van de Ziekenfondswet voor die studenten gehandhaafd indien zij de studie wegens ziekte tijdelijk staken.

Verwacht wordt dat na circa vijf jaar de medeverzekering van WSF-studenten in de ziekenfondsverzekering geheel tot het verleden zal behoren. Het aantal medeverzekerden zal dan met circa 185 000 zijn afgenomen.

Van de vrijkomende middelen in de ziekenfondsverzekering wordt f 160 miljoen aangewend voor de WSF-gerechtigden. WSF-gerechtigden die niet langer recht hebben op medeverzekering in de ziekenfondsverzekering hebben toegang tot de studentenstandaardpakketpolis. Daarbij geldt een acceptatieplicht. In de aanvullende beurs ingevolge de Wet op de studiefinanciering is een vergoeding voor de kosten van een particuliere ziektekostenverzekering begrepen. Daarmee is een bedrag van circa f 80 miljoen gemoeid. WSF-gerechtigden die een aanvullende beurs ontvangen, worden op die wijze volledig gecompenseerd. Daarnaast zal door een wijziging van de Wet op de studiefinanciering per 1 januari 1998 de toegang tot de aanvullende beurs worden verbreed waardoor meer WSF-gerechtigden in aanmerking zullen komen voor de vergoeding van de kosten van een particuliere ziektekostenverzekering. Ook hiermee is een bedrag van circa f 80 miljoen gemoeid. Degenen die niet voor een aanvullende beurs in aanmerking komen, kunnen een extra bedrag rentedragend lenen ter grootte van de kosten van een studentenstandaardpakketpolis.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

E. Borst-Eilers

Naar boven