25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 2155 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2024

Op 18 december 2023 heeft mijn ambtsvoorganger uw Kamer geïnformeerd over de onderzoeken die het kabinet laat uitvoeren om meer inzicht te krijgen in de effectiviteit van maatregelen die zijn genomen ter bestrijding van COVID-19.1 Hierbij informeer ik uw Kamer over de status van lopende onderzoeken hiernaar, waaronder een eerste publicatie over dit onderwerp, namelijk het RIVM rapport «Epidemiological impact and effectiveness of COVID-19 measures» (zie bijlage 1). Hiermee voldoe ik aan de toezegging om uw Kamer te informeren over de onderzoeken naar de effecten van individuele maatregelen.2 Het huidige rapport is in het Engels geschreven. Een Nederlandse vertaling wordt in Q1 2024 verwacht.

Lopend onderzoek naar effecten van maatregelen

De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) signaleerde in haar tweede rapport naar aanleiding van de coronacrisis (d.d. 12 oktober 2022) dat er te weinig zicht was op de effectiviteit van maatregelen. Naar aanleiding hiervan is uw Kamer per brief van 11 november 2022 geïnformeerd over de manier waarop de effectiviteit van maatregelen tijdens de pandemie gemonitord is en per brief van 18 december 2023 is aangegeven welk additioneel onderzoek VWS laat uitvoeren naar effectiviteit van maatregelen.3

Sinds 2021 loopt bij ZonMw het Vervolgprogramma COVID-19. Dit programma is in 2023 uitgebreid met het addendum «Effectiviteit van maatregelen tijdens een pandemie». Onderdeel hiervan is een inventarisatie van afgerond en lopend onderzoek van door ZonMw en NWO gefinancierd onderzoek met betrekking tot de effecten van maatregelen. De eerste resultaten van deze kortlopende onderzoeken worden in het begin van 2024 verwacht en de laatste onderzoeken eind 2024. Daarnaast voert ZonMw in de periode 2024–2026 een meerjarig programma uit waarin onderzoek wordt gedaan naar effecten van maatregelen. Hierin worden de effecten van maatregelen zover mogelijk individueel, maar tenminste in verschillende samenstellingen geëvalueerd. Uitkomsten hiervan worden uiterlijk in 2027 verwacht. Een overzicht van de onderzoeken, het onderzoeksprogramma en de meest recente onderzoeksresultaten kunt u vinden op de website ZonMW.

Verder heeft het RIVM opdracht gekregen een onderzoek te doen naar de effectiviteit van de genomen maatregelen in Nederland, ook in vergelijking met andere landen. Dit RIVM-onderzoek is nu beschikbaar en hieronder informeer ik uw Kamer over de uitkomst.

Daarnaast voert TNO in 2024 een onderzoeksprogramma uit waarin een internationale vergelijking van maatregelen wordt gemaakt en de effecten daarvan op werkenden. Uitkomsten worden begin 2025 verwacht.

Uitkomsten RIVM onderzoek

Het RIVM concludeert in haar rapport dat de genomen COVID-19 maatregelen in Nederland effectief zijn geweest. Strenge maatregelenpakketten tijdens de coronacrisis zorgden voor verminderde contacten waardoor de verspreiding van SARS-CoV-2 afnam. Dit is ook terug te zien in de verspreiding van andere infectieziekten met dezelfde transmissie route als SARS-CoV-2. Ook de incidenties van deze andere infectieziekten namen substantieel af. Het RIVM heeft ook gekeken naar de timing van de maatregelen en het onderzoek laat zien dat wanneer de maatregelen 1 of 3 dagen later waren genomen dit tot aanzienlijk meer sterfte zou hebben geleid.

In het rapport wordt geprobeerd om de effectiviteit van maatregelpakketten uit te splitsen in de bijdragen van individuele maatregelen. Dit wordt gedaan met behulp van gegevens uit meerdere landen (Nederland, België, Duitsland, Denemarken, Zweden, Verenigd Koninkrijk). Door gegevens uit deze landen met elkaar te vergelijken kunnen er de best mogelijke schattingen gedaan worden naar de individuele bijdrage van maatregelen in deze landen. Hieruit blijkt dat het sluiten van alle niet-essentiële winkels het meeste effect lijkt te hebben op het verminderen van transmissie, gevolgd door het verbieden van samenkomsten. Het sluiten van scholen lijkt het minste effect te hebben gehad.

De bevindingen in het rapport geven eenzelfde beeld als verschillende studies die in andere landen zijn uitgevoerd, zoals bijvoorbeeld blijkt uit een studie van The Royal Society uit het Verenigd Koninkrijk, gepubliceerd op 24 augustus 2023.4

Het RIVM beveelt aan aandacht te hebben voor communicatie tijdens het instellen van maatregelen en onderzoek te doen naar de interactie tussen maatregelen en naar individuele maatregelen voor specifieke groepen. Daarnaast beveelt het RIVM aan om gegevensstromen te versterken.

Tot slot

De Kamer zal op de hoogte worden gehouden van de voortgang van deze onderzoeken. Ik laat het aan een volgend kabinet om beleidsconclusies te verbinden aan deze onderzoeken in het kader van de bestrijding van een mogelijke toekomstige besmettingsgolf of nieuwe pandemieën.

De Minister voor Medische Zorg, P.A. Dijkstra

Naar boven