25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1867 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 mei 2022

Sinds de start van de COVID-19-vaccinatiecampagne in januari 2021 wordt de voortgang hiervan gemonitord. Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) publiceert wekelijks de cijfers over de campagne aan de hand van verschillende indicatoren. Het gaat hierbij onder meer om hoeveel COVID-19-vaccinaties in totaal gezet zijn, hoeveel Nederlanders gevaccineerd zijn en de vaccinatiegraden van de verschillende campagnes (basisserie, booster en herhaalprikken)1. Inmiddels hebben de meeste Nederlanders één of meerdere vaccinaties tegen COVID-19 ontvangen. Sinds de start van de campagne wordt continu gewerkt aan het verbeteren van dit monitoringsproces. Als gevolg van een nieuwe optimalisatie in de rekenmethode worden de vaccinatiegraden binnenkort bijgewerkt. De nieuwe methode zorgt ervoor dat we overgaan van monitoring van de gezette prikken tijdens de vaccinatiecampagnes, naar het verkrijgen van een actueel beeld van welk deel van de bevolking is gevaccineerd (de huidige vaccinatiegraad). Dit past bij de huidige fase van de crisis waarin we ons bevinden en deze methode sluit daarnaast aan op de andere programma’s van het Rijksvaccinatieprogramma. In het onderstaande informeer ik u hierover.

Aanpassing bevolkingscijfers

De belangrijkste wijziging in de nieuwe berekeningen betreft een actualisatie van de bevolkingscijfers: de aanpassing van de bevolkingscijfers naar april 2022. Tot nu toe rekende het RIVM met bevolkingscijfers van 1 januari 2020 om zo in lijn te blijven met de aantallen die gebruikt worden door het European Centre for Disease Prevention and Control (ECDC). Hierdoor kon er vergelijking tussen de voortgang van de campagnes in de Europese landen plaatsvinden. Daarnaast zorgde het constant houden van de bevolkingsaantallen in de berekening ervoor dat de voortgang van de campagne goed kon worden gemonitord. Het RIVM houdt in de nieuwe berekening ook rekening met mensen die weliswaar gevaccineerd zijn, maar inmiddels zijn geëmigreerd of overleden (onder deze laatste groep zijn relatief veel gevaccineerde 70-plussers). Die vaccinaties, die wel zijn gezet, tellen niet meer mee in de actuele vaccinatiegraad. Na de exclusie van geëmigreerden en overledenen en de update naar recente bevolkingscijfers wordt de opkomst van de eerste vaccinatie voor de basisserie voor de 12-plussers 2,8% naar beneden bijgesteld, voor de vaccinatiegraad van de afgeronde basisserie is dit 2,5%. Vanaf nu worden de bevolkingscijfers elk kwartaal geüpdatet zodat we de berekening duurzaam en actueel houden.

Verbeterde rekenmethode

In de huidige berekening zijn de vaccinatiecijfers van de basisserie gebaseerd op het aantal geregistreerde prikken door de GGD’en aangevuld met een geschat aantal prikken door andere uitvoerders zoals huisartsen, ziekenhuizen en zorginstellingen. Deze schatting is gebaseerd op uitgeleverde vaccins omdat de registratiestromen bij overige uitvoerders vanaf de start van de campagne nog niet volledig waren.

In de nieuwe methode wordt het landelijk COVID-vaccinatie Informatie- en Monitoringssysteem (CIMS) als basis gebruikt voor de vaccinatiecijfers, hier kunnen ook de geëmigreerden en overledenen uit verwijderd worden. Deze data wordt onder meer aangevuld met geregistreerde prikken van uitvoerders die niet in CIMS staan. De vervanging van de schattingen resulteert in een bijstelling naar beneden voor de opkomst voor de eerste vaccinatie in de basisserie van 1,9%, voor de vaccinatiegraad van de afgeronde basisserie is dit 0,2%.

Andere kleine aanpassingen in de berekening zorgen bij zowel de opkomst als de vaccinatiegraad voor de afgeronde basisserie voor een kleine bijstelling naar beneden. Het RIVM publiceert op 24 mei a.s. een toelichting op de berekeningen en de veranderingen daarin op de website2.

Bijgestelde vaccinatiecijfers

De overgang naar de actuele bevolkingsgegevens en de optimalisatie van de rekenmethode samen resulteren in nieuwe percentages van de opkomst- en vaccinatiegraden. De opkomst voor de eerste prik van de basisserie bij de 12-plusers wordt bijgesteld van 87,8% naar 82,8%. De vaccinatiegraad van de basisserie (vanaf 12 jaar) wordt bijgesteld van 84,9% naar 82,0%. De boostervaccinatiegraad wordt bijgesteld van 59,5% naar 59,1% en de vaccinatiegraad voor de herhaalprik van 39,9% naar 40,1%.

De nieuwe cijfers zullen vanaf 24 mei a.s. gepubliceerd en gebruikt worden. Alle percentages in deze brief betreffen de stand van zaken dd. 15 mei 2022. De genoemde bijstellingspercentages kunnen daarom in beperkte mate afwijken van die op 24 mei a.s. worden gepubliceerd.

Het RIVM blijft ook de komende tijd continu verbeteringen doorvoeren in de berekeningen. Zo wordt op korte termijn ook data toegevoegd over Nederlanders die in het buitenland één of meerdere vaccinaties gehaald hebben en dit hebben laten registreren bij aangewezen GGD-locaties in het land. Ik houd uw Kamer hiervan op de hoogte.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.J. Kuipers

Naar boven