25 295 Infectieziektenbestrijding

Nr. 1238 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2021

Op 12 januari 2021 is uw Kamer middels de stand van zakenbrief geïnformeerd over de afkondiging van fase 2D zoals beschreven in het «Opschalingsplan COVID-19»¹ dat is opgesteld door het Landelijk Netwerk Acute Zorg (LNAZ). De afkondiging van fase 2D was noodzakelijk om additionele maatregelen te treffen om landelijk de continuïteit van de acute en kritiek planbare zorg, met de optimale inzet van (schaars) medisch personeel, zo goed mogelijk te waarborgen. Met dit besluit werd planbare zorg van klasse 4 en 5 uitgesteld om capaciteit in de ziekenhuizen vrij te spelen voor het leveren van covid-zorg.

Het LNAZ heeft vastgesteld dat er een dalende trend is in het aantal covid-patiënten in de ziekenhuizen. Op de piek op 25 april waren 841 covid-patiënten opgenomen op de IC, op 25 mei is dit aantal gedaald tot 579. Op de verpleegafdelingen in de ziekenhuizen was de piek bereikt op 30 april met 1.899 patiënten en is dat op 25 mei gedaald naar 1.102 patiënten. Volgens de huidige prognoses van het LNAZ zal de bezetting de komende tijd verder dalen. Met het terugbrengen van de opgeschaalde IC-capaciteit naar 1.350 bedden heeft het LNAZ mij verzocht om het besluit tot afkondiging van fase 2D in te trekken, daar geef ik nu gehoor aan. Naast deze brief stuur ik u mijn reactie aan het LNAZ toe².

Zoals vastgelegd in het opschalingsplan is het intrekken van de afkondiging van fase 2D een procedurele vastlegging van de huidige situatie waarbij maatregelen worden getroffen om Covid-zorg af te schalen en de mogelijkheid te bieden om de reguliere, planbare zorg uit te breiden. Deze maatregelen zijn reeds in uitvoering gebracht door de zorgaanbieders en de zorgprofessionals en worden nader uitgewerkt in het kader «Passende Inhaalzorg» dat op mijn verzoek is opgesteld door de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Hierover informeer ik de Kamer middels een aparte brief.

Ten slotte wil ik een groot woord van dank uitspreken voor de inzet van alle zorgprofessionals en alle betrokken partijen die hun verantwoordelijkheid hebben genomen in deze pandemie. Het is een positieve ontwikkeling dat er ruimte is om af te schalen in Covid-zorg en er voorzichtig gedacht kan worden aan het leveren van uitgestelde zorg.

De Minister voor Medische Zorg, T. van Ark

---

1 Kamerstuk 25 295, nr. 455

2 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl