25 294
Strafrechtelijke aansprakelijkheid van overheidsorganen

nr. 14
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 april 2001

Op 13 februari jl. heeft een Algemeen Overleg plaatsgevonden waar de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de Staat besproken is. Aanleiding voor dit overleg vormde de brief die ik op 22 september 2000 namens het kabinet aan U had gestuurd over bovenvermeld onderwerp.

Tijdens het Algemeen Overleg is gebleken dat de aanwezige kamerleden, behoudens de woordvoerster van de D66-fractie, mw. Scheltema, een ander standpunt innamen dan het kabinet in deze brief had gedaan. Aan het eind van het overleg heb ik mij bereid verklaard aan de Ministerraad voor te leggen dat de Tweede Kamer wil komen tot verwerkelijking van de strafrechtelijke aansprakelijkheid van de Staat. Na overleg in de Ministerraad kan ik U als uitkomst daarvan het volgende berichten.

Het kabinet ziet in de wens van de Tweede Kamer aanleiding om aan vier vooraanstaande juristen die zich nog niet publiekelijk over het onderhavige vraagstuk hebben uitgelaten, de zienswijze van het kabinet met inbegrip van de argumentatie ter becommentariëring voor te leggen. Daarbij zal ook de gedachtenwisseling met Uw Kamer worden betrokken. In het bijzonder zal aan hen worden gevraagd hun oordeel te geven over vormgeving en consequenties van eventuele door het kabinet niet voorgestane strafrechtelijke aansprakelijkheid, zoals een speciale procedure waarin de Procureur-Generaal bij de Hoge Raad een belangrijke plaats zou innemen. Tenslotte zal aan de vier juristen gevraagd worden in hun onderzoek te betrekken of, en zo ja op welke wijze strafrechtelijke aansprakelijkheid van de Staat in andere landen geregeld is.

Aan de vier juristen zal worden gevraagd dit najaar verslag uit te brengen van hun bevindingen. Daarop zal het kabinet een nader standpunt bepalen waarvan aan U mededeling zal worden gedaan.

Ik hoop U met het voorgaande voldoende te hebben ingelicht.

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven