25 289
Wijziging van de Gezondheids- en welzijnswet voor dieren, in verband met het opnemen van de mogelijkheid om medewerking te vorderen van een samenwerkingslichaam als bedoeld in artikel 110 van de Wet op de bedrijfsorganisatie

nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 29 september 1997

Hierbij doe ik u alsnog een nota naar aanleiding van het verslag op bovenvermeld wetsvoorstel toekomen, overeenkomstig uw verzoek daartoe.

Blijkens het bovenbedoelde verslag van de vaste commissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij heeft het hier aan de orde zijnde wetsvoorstel tot wijziging van de Gezondheids- en welzijnswet zelf geen aanleiding gegeven tot vragen. Reden waarom het wetsvoorstel inmiddels door de Tweede Kamer is aanvaard en naar de Eerste Kamer is verzonden. Niettemin hebben de leden van de fractie van D66 van de gelegenheid gebruik gemaakt om in het verslag enkele vragen te stellen aangaande onder meer de status van de Stichting Gezondheidsdienst voor dieren. In de bijgaande nota naar aanleiding van het verslag ga ik op deze vragen in.

Kortheidshalve moge ik u naar de inhoud daarvan verwijzen.

De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,

J. J. van Aartsen