25 287
Bestuurlijk eindperspectief kaderwetgebieden

nr. 15
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juli 1997

Op basis van het kabinetsstandpunt inzake het bestuurlijk eindperspectief van de kaderwetgebieden en de besluitvorming daarover in de Tweede Kamer op 22 mei jl., heb ik overleg gevoerd met de ROL-besturen, de betrokken provincies, de VNG en het IPO.

In de gevoerde overleggen zijn afspraken gemaakt over de activiteiten die in de komende tijd dienen te worden ondernomen ter uitvoering van dit kabinetsstandpunt. De afspraken zijn vastgelegd in brieven aan gedeputeerde staten en de ROL-besturen. Een afschrift van deze brieven is bijgevoegd1 . In deze brief geef ik de gemaakte afspraken kort weer.

Algemeen

• Aangezien niet alle algemeen besturen van de kaderwetgebieden een verzoek om verlenging van de Kaderwet zullen indienen, zie ik mij genoodzaakt een wettelijke aanpassing voor te bereiden, zodat de continuïteit verzekerd is. Verlenging van de Kaderwet is noodzakelijk om de tijd die nodig is voor de instelling van een stadsprovincie of de realisatie van gemeentelijke herindeling te overbruggen. In het laatste geval zal gedurende de verlenging van de ROL-fase de herverdeling van de kaderwettaken moeten worden geregeld, zodat na afloop van de verlengingsperiode alle bevoegdheden van het ROL zijn teruggelegd bij gemeente of provincie. Bovendien is verlenging van de Kaderwet noodzakelijk om de uitvoering van de VINEX-afspraken en de verkeer en vervoer-afspraken te waarborgen. In het nota-overleg van 20 mei jl. heb ik u reeds mondeling van dit voornemen op de hoogte gesteld.

• In het najaar zal ik overleg voeren met de VNG en het IPO over de herverdeling van de kaderwettaken. Deze herverdeling geldt landelijk, dat wil zeggen voor alle gemeenten en provincies (zijnde geen stadsprovincie). Het is dus niet zo dat er per gebied afspraken worden gemaakt over de herverdeling van de ROL-taken. Uitgangspunt bij de herverdeling van taken is dat er niet meer dan twee soorten provincies mogen bestaan: de reguliere provincie en de stadsprovincie.

Rotterdam

Voor Rotterdam heeft het kabinet reeds in een eerdere fase – naar aanleiding van het kabinetsstandpunt van 16 april 1996 en het rapport van de vervolgens ingestelde commissie Andriessen – besloten een traject in gang te zetten ter voorbereiding van de stadsprovincie. Hiermee is, zoals u bekend is, inmiddels een aanvang gemaakt. De onderstaande afspraken zijn gemaakt in de bestuurlijke commissie Rotterdam. Met deze commissie wordt regulier overleg gevoerd. De bedoelde afspraken zijn derhalve niet in een afzonderlijke brief vastgelegd.

• Naar verwachting zal uw Kamer direct na het zomerreces het ontwerp van de Interimwet behandelen. De inwerkingtreding van de interimwet vindt volgens planning plaats op 1 januari 1998.

• Het concept-ontwerp van de lex specialis wordt zo spoedig mogelijk na de behandeling van de ontwerp-interimwet in de Tweede Kamer voor advies naar de Raad van State verzonden.

• De arhi-procedure ten behoeve van de stadsprovincie Rotterdam ligt op schema. In februari 1998 zullen provinciale staten de ontwerpregeling vaststellen.

• Met de stadsregio Rotterdam en de stad Rotterdam voer ik momenteel overleg om te bezien in hoeverre de verschillen van mening over de inhoud van het concept-ontwerp van de lex specialis te overbruggen zijn.

Amsterdam

• De ROA-Raad bespreekt op 7 oktober of zij al dan niet zal overgaan tot het indienen van een verzoek om verlenging van de Kaderwet.

• In september wordt een startconvenant vastgesteld dat ingaat op de samenwerking tussen de regio en de provincie. Deze samenwerking vindt plaats binnen de vigerende wet- en regelgeving. Het kabinet is niet bereid om aan functionele samenwerkingsverbanden bijzondere bevoegdheden toe te kennen.

• In de tweede helft van oktober vindt een volgend bestuurlijk overleg plaats. Dan zal worden gesproken over het tijdstip van de evaluatie van de samenwerking en de daarbij te hanteren criteria.

Haaglanden

• In juni '97 heeft de provincie Zuid-Holland een aanvang gemaakt met het voeren van informeel overleg met de betrokken gemeenten.

• De provincie zal de arhi-procedure voor de versterking van Den Haag in september starten.

• Het is nog onduidelijk of het algemeen bestuur van het Stadsgewest Haaglanden zal overgaan tot het indienen van een verzoek om verlenging van de Kaderwet.

• Het overleg in het kader van artikel 12 heeft op 27 juni 1997 plaatsgevonden.

• Voorafgaand aan de start van de arhi-procedure zal ik overleg voeren met Haaglanden en de provincie Zuid-Holland over de te volgen procedure en de daarbij behorende planning.

Utrecht

• Gedeputeerde staten van de provincie Utrecht hebben onlangs een herindelingsplan gemeentelijke indeling vastgesteld. Volgens de planning zullen provinciale staten in december 1997 de ontwerp-regeling vaststellen.

• De regio Utrecht heeft nog geen standpunt ingenomen over de verlenging van de Kaderwet. Het BRU heeft toegezegd uiterlijk 1 november zijn standpunt in dezen kenbaar te maken.

• Begin november wordt een vervolggesprek met het BRU en de provincie Utrecht gepland over de verlenging van de Kaderwet.

Zuidoost-Brabant

• Deze zomer wordt een plan van aanpak opgesteld dat de basis vormt voor de werkzaamheden die leiden tot realisatie van de stadsprovincie Zuidoost-Brabant per 1 januari 2001.

• Voor de bespreking van de voorbereidingswerkzaamheden die onder de verantwoordelijkheid van en door Binnenlandse Zaken worden uitgevoerd wordt een gezamenlijke bestuurlijke stuurgroep, onder mijn voorzitterschap, ingesteld. In deze stuurgroep zullen vertegenwoordigers van de provincie Noord-Brabant en de regio Zuidoost-Brabant plaatsnemen. In september zal de eerste vergadering plaatsvinden.

• Het is nu nog niet duidelijk of het algemeen bestuur van het SRE zal overgaan tot het indienen van een verzoek om verlenging van de werkingsduur van de Kaderwet.

Regio Arnhem-Nijmegen

• Het algemeen bestuur van het KAN heeft zich uitgesproken vóór verlenging van de Kaderwet. Het koninklijk besluit ter verlenging van de Kaderwet voor het KAN zal ik zo spoedig mogelijk voorbereiden.

• De provincie Gelderland vervolgt de arhi-procedure met betrekking tot de gemeentelijke indeling in de Over-Betuwe. De nieuwe gemeentelijke indeling kan op 1 januari 2000 een feit zijn.

Regio Twente

• Het algemeen bestuur van de regio Twente is niet voornemens een verzoek om verlenging van de Kaderwet in te dienen.

• In de komende maanden zullen de provincie Overijssel en de regio Twente overleggen over de wijze van samenwerking. Zij zullen de uitkomsten daarvan met mij bespreken in november.

• Op 25 juni nemen provinciale staten een besluit over de door het college van gedeputeerde staten voorgelegde ontwerp-regeling gemeentelijk herindeling Twente.

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken,

A. G. M. van de Vondervoort


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven