25 229
Varkenspest

nr. 70
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 mei 2006

Door middel van twee brieven (kamerstukken 25 229, nrs. 68 en 69) heb ik u de afgelopen maand op de hoogte gebracht van de uitbraken van klassieke varkenspest (KVP) in de Duitse deelstaat Noord Rijnland Westfalen (NRW) in maart en april van dit jaar. Verder heb ik aangegeven welke acties naar aanleiding hiervan zijn ondernomen. In deze brief wil ik u informeren over de nieuwe ontwikkelingen en de consequenties hiervan voor de Nederlandse situatie.

Vrijdag 5 mei en dinsdag 9 mei jl. zijn er door de Duitse veterinaire instanties 2 nieuwe uitbraken van KVP geconstateerd in Kreis Borken, NRW. Deze uitbraken liggen respectievelijk in het beschermingsgebied (3-km-zone) en net buiten het toezichtsgebied (10-km-zone) van de eerdere uitbraak in Borken van 1 april 2006. De uitbraak van 5 mei jl. is aan het licht gekomen door de eindscreening van het beschermingsgebied rondom de eerdere uitbraak in Borken, de uitbraak van 9 mei jl. door een verplicht bloedonderzoek bij het inzetten van antibiotica voor een koppelbehandeling. Het bedrijf betrokken bij deze laatste uitbraak ligt op ongeveer 7 km afstand van de Nederlandse grens. Dit betekent dat een gedeelte van het door de Duitse autoriteiten ingestelde toezichtsgebied rondom de plaats van de uitbraak zich op Nederlands grondgebied bevindt.

In het op 9 mei jl. door Nederland ingestelde toezichtsgebied bij Winterswijk liggen 19 bedrijven met in totaal ongeveer 15 000 varkens. Deze bedrijven worden op dit moment gescreend, waarbij gecontroleerd wordt op de aanwezigheid van klinische verschijnselen en tevens serologisch onderzoek wordt uitgevoerd. Conform de Europese regels is vervoer van vee en pluimvee binnen dit gebied niet toegestaan. Dit verbod geldt ook voor levende producten van varkens (sperma, eicellen en embryo’s). Varkensmest mag evenmin worden verplaatst. Ook voor andere diensten gelden beperkende maatregelen. Tenslotte gelden bepaalde hygiënemaatregelen voor bezoekers bij het betreden en verlaten van de bedrijven en moeten deze bezoekers door de varkenshouders geregistreerd worden in een bezoekersregister. De sector is hierover reeds door mij geïnformeerd.

In een overleg met de Europese Commissie en de veterinair deskundigen van Duitsland, België en Nederland op 10 mei jl., is naarvoren gekomen dat de situatie in Duitsland zorgelijk is. Het is niet uit te sluiten dat meer uitbraken zullen volgen.

De maatregelen zijn aangepast op de gewijzigde situatie. Er is toestemming gegeven voor de ruiming van alle bedrijven in een straal van 3 km rondom de twee nieuwe uitbraken. Duitsland heeft daarnaast aangegeven dat de deelstaat NRW de hulp van deskundigen uit andere deelstaten gaat inroepen bij de bestrijding van de uitbraken. In reactie hierop heb ik de inzet van Nederlandse experts aangeboden. Dinsdag 17 mei a.s. is er een bijeenkomst van het Permanent Comité voor de Voedselketen en Diergezondheid (PCVD) waarin onder andere zal worden gesproken over de eisen met betrekking tot het vrijgeven van de ingestelde toezichtsgebieden.

In een recent advies van de Groep van deskundigen KVP wordt het instellen van een preventieve bufferzone als maatregel voorgesteld, in het geval de toestand in NRW verslechtert doordat meer uitbraken worden gevonden of indien sprake is van grensoverschrijdende beschermingsof toezichtsgebieden. Gezien de recente ontwikkelingen, waarbij met name de geografische ligging van de laatste uitbraak van belang is, is er mijns inziens aanleiding extra preventieve maatregelen te nemen. De risico’s van insleep door professionele contacten in de varkenshouderij worden al door eerdere aanvullende (EU-)maatregelen zoveel mogelijk beperkt. Nu is er ook aanleiding om de risico’s van niet-professionele contacten, die vaak sterk regiogebonden zijn, zoveel mogelijk te beperken. Het instellen van een preventieve bufferzone kan bij mogelijke insleep verdere verspreiding binnen Nederland voorkomen.

Gelet op voorgaande is bij de Europese Commissie het voorstel besproken om rondom het Nederlandse toezichtgebied een preventieve bufferzone in te stellen. De preventieve bufferzone zal begrensd worden door de grenzen van compartiment 11 uit het concept Beleidsdraaiboek Klassieke Varkenspest (oostelijk deel Gelderland en beperkt deel van Overijssel). Binnen deze preventieve bufferzone gelden onder andere maatregelen met betrekking tot compartimentering van diensten en extra onderzoek bij verplaatsing van dieren. De Europese Commissie heeft te kennen gegeven de voorgestelde maatregelen toe te juichen. Deze preventieve maatregelen zijn op grond van nationale wetgeving op 11 mei om 16.00 uur in werking getreden.

De komende tijd zal ik u blijven informeren over de verdere ontwikkelingen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,

C. P. Veerman

Naar boven