nr. 102
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN
MILIEUBEHEER
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 25 augustus 1999
Op 24 september 1998 heb ik met u van gedachten gewisseld over de aanwijzing
(als bedoeld in artikel 6 WRO), die mijn voorgangster aan Provinciale Staten
van Gelderland had gegeven om het streekplan Gelderland aan te passen aan
het rijksbeleid. U heeft mij toen verzocht alsnog te pogen buiten de formele
aanwijzing om tot een oplossing met het provinciaal bestuur te komen.
Na veelvuldig overleg met het provinciaal bestuur van Gelderland ben ik
tot overeenstemming gekomen over een aanpassing van het provinciaal beleid.
Provinciale Staten hebben op 23 juni jl. hun goedkeuring aan een voorstel
tot streekplanherziening verleend.
De partiële herziening van het streekplan is inmiddels in gang gezet.
Afgesproken is het herzieningstraject, dat de reguliere streekplanprocedure
doorloopt, zo spoedig mogelijk na 1 januari 2000 af te ronden. Ook is afgesproken
reeds vanaf heden bij de uitvoering van het provinciaal beleid te handelen
conform de bereikte overeenstemming. GS zullen de gemeentebesturen daarover
inlichten.
Het gevolg van een en ander is dat het herziene streekplan op de betreffende
onderdelen duidelijker zal zijn en meer mogelijkheden biedt voor sturing,
toetsing en handhaving van het ruimtelijk beleid dan in de opzet die gold
voordat de aanwijzing werd gegeven. Behalve de beoogde streekplanwijziging
heeft het overleg met Gedeputeerde Staten opgeleverd dat de ruimtelijke ordening
een hogere prioriteit heeft gekregen. De provincie Gelderland deelt zich een
sterker sturende rol toe dan voorheen.
Gelet op het voorgaande heb ik na heroverweging van de bezwaren van Provinciale
Staten van Gelderland besloten mijn aanwijzing van 10 juli 1998 in te trekken.
De daartoe strekkende heroverwegingsbeslissing heb ik bijgesloten.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. P. Pronk
BIJLAGEN
– De Heroverwegingsbeslissing van 20 juli 1999
– Brief van GS van Gelderland van 23 juni 19991