25 099
Tracévaststelling Zuid-Willemsvaart, tussen Maas en Den Dungen

nr. 5
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 9 november 2004

Mede namens mijn ambtgenote van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, deel ik u het volgende mede.

Voor het kanaalvak van de Zuid-Willemsvaart tussen de Maas en Den Dungen loopt een tracéwet-procedure. Ten behoeve van de inspraak heeft de aanvullende trajectnota/MER Zuid-Willemsvaart van 18 mei 2004 tot en met 12 juli 2004 ter inzage gelegen. Aan de betrokken bestuursorganen is de mogelijkheid gegeven om tot en met 6 september 2004 advies uit te brengen over de aanvullende trajectnota.

Op basis van artikel 9 van de Tracéwet dient het standpunt op 1 november 2004 te worden bepaald.

De bepaling van het standpunt kan niet binnen de termijn, die conform de tracéwet daarvoor geldt, plaatsvinden. Een zorgvuldige afweging van de inspraakreacties en adviezen die naar aanleiding van de trajectnota zijn binnengekomen vraagt meer tijd.

De verwachting is nu, dat ik u in het voorjaar van 2005 het standpunt in deze kan toezenden.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs

Naar boven