25 065
Groepsgrootte in het basisonderwijs

nr. 31
BRIEF VAN HET PRESIDIUM

Aan de leden

Den Haag, 24 november 2004

Namens het Presidium leg ik het verzoek van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap bij brief van 10 november 2004 (zie bijlage 1) aan u voor om conform artikel 7 lid 2 van de Procedureregeling grote projecten (28 247, nr. 1) de status van groot project van het project «Groepsgrootte en kwaliteit in het basisonderwijs» te beëindigen.

Over dit verzoek heeft de commissie voor de Rijksuitgaven conform artikel 7 lid 3 van de Procedureregeling grote projecten een positief advies uitgebracht bij brief van 14 oktober 2004 (zie bijlage 2)

Ik verzoek u hiermee in te stemmen.

De Voorzitter

F. W. Weisglas

De Griffier

J. E. Biesheuvel-Vermeijden

BIJLAGE 1 Aan het Presidium

Den Haag, 10 november 2004

Onder verwijzing naar de Procedureregeling Grote Projecten verzoekt de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap u haar voorstel tot beëindiging van de status van groot project van het project «Groepsgrootte en kwaliteit in het basisonderwijs» ter besluitvorming aan de Kamer voor te leggen.

Het advies van de commissie voor de Rijksuitgaven is als bijlage bij deze brief opgenomen.

De voorzitter van de commissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

Cornielje

De griffie van de commissie Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

De Kler

BIJLAGE 2

Aan de voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Den Haag, 14 oktober 2004

Geachte heer Cornielje,

De commissie voor de Rijksuitgaven heeft in haar procedurevergadering van 14 oktober 2004 uw brief van 5 oktober inzake beëindiging van de groot projectstatus van «Groepsgrootte en kwaliteit in het basisonderwijs» besproken.

Op grond van haar taak, vastgelegd in artikel 7, lid 3 van de procedureregeling, adviseert de commissie positief over deze beëindiging.

De commissie geeft u daarbij in overweging er op aan te dringen bij de minister van OCW dat de wijze waarop klassenomvang de komende jaren wordt bijgehouden en aan de Kamer gecommuniceerd, recht dient te doen aan de ervaringen die met het groot project zijn opgedaan.

De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,

B. M. de Vries

Naar boven