25 016
Beleidsvoornemens politie 1997

nr. 15
MOTIE VAN HET LID DE GRAAF C.S.

Voorgesteld in het wetgevingsoverleg van 2 december 1996

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat er als gevolg van de uitgangspositie bij de reorganisatie en de uitwerking van de PKP-operatie grote verschillen zijn ontstaan in de financiële positie van de verschillende politieregio's;

overwegende, dat hierdoor arme en rijke politieregio's zijn ontstaan, waarbij de arme regio's zware financiële lasten dragen vanwege hoge personeelslasten en te kleine reserves en rijke regio's vanwege onder meer onderbezetting geld overhouden en grote reserves kunnen kweken;

van mening, dat dergelijke verschillen in de financiële situatie van politieregio's ongerechtvaardigd zijn en een bedreiging vormen voor de politiezorg in delen van het land;

van oordeel, dat het wenselijk is dat een zekere verevening plaatsvindt tussen de regio's, waardoor de arme regio's kunnen worden geholpen met de overschotten van andere regio's;

verzoekt de regering in overleg te treden met de korpsbeheerders en de regionale colleges teneinde afspraken te maken over een meer gelijkwaardige financiële positie van alle korpsen door middel van een zekere verevening over de komende drie jaren, en daarover de Kamer in het voorjaar van 1997 te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De Graaf

Scheltema-de Nie

Dijksman

Schutte

Van den Berg

Oedayraj Singh Varma

Rouvoet

Gabor

Naar boven