24 808
Wijziging van bepalingen van de Mediawet, de Wet op de telecommunicatievoorzieningen en de Radio-Omroep-Zender-Wet 1935 in verband met de liberalisering van de mediawetgeving

nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID VAN ZUYLEN C.S.

Ontvangen 10 maart 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

Aan artikel I, onderdeel FF, worden aan artikel 82l, onder aanduiding van de bestaande tekst als eerste lid, twee nieuwe leden toegevoegd, luidende:

2. De beheerder van een draadomroepinrichting is verplicht een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid op te volgen. Deze aanwijzing kan terugwerken tot het moment waarop toegang is verleend zonder de overeenstemming als bedoeld in het eerste lid.

3. De beheerder van een draadomroepinrichting en een programmaverzorger verstrekken het Commissariaat de inlichtingen die voor de beoordeling van het geschil en het geven van een aanwijzing als bedoeld in het eerste lid redelijkerwijs nodig zijn.

Toelichting

Het is de bedoeling van de indieners met de toevoeging van het tweede en derde lid de strekking van het eerste lid te verduidelijken, waarin de tekst van het oude artikel 69 – met inbegrip van de bij nota van wijziging in artikel 82l ingevoerde wijziging waardoor onder een beheerder van een draadomroepinrichting tevens een exploitant daarvan wordt verstaan – is overgenomen. Verduidelijking is gewenst op basis van de tot nu toe gewezen lagere rechtspraak op verzoeken van kabelexploitanten om voorlopige voorzieningen ten aanzien van door het Commissariaat gegeven bindende aanwijzingen.

Van Zuylen

De Koning

Van Heemskerck Pillis-Duvekot

Verhagen

Naar boven