24 797
Wijziging van de regels betreffende de verwerking van justitiële gegevens en het stellen van regels met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens in persoonsdossiers (Wet justitiële gegevens)

nr. 16
VIERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 27 november 2001

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 57a, onderdeel 2, subonderdeel b, wordt «de Minister van Justitie» vervangen door: Onze Minister van Justitie.

B

Artikel 57f komt te luiden:

Artikel 57f

1. In dit artikel wordt verstaan onder:

a. de Wet bibob: de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, zoals deze komt te luiden indien het bij koninklijke boodschap van 11 november 1999 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de bevordering van integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur met betrekking tot beschikking of overheidsopdrachten (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur; Kamerstukken I 2001/02, 26 883, nr. 73) tot wet is verheven;

b. de Wet beveiliging luchtvaartterreinen: de wet, houdende wijziging van de Luchtvaartwet inzake de beveiliging op luchtvaartterreinen, zoals deze komt te luiden indien het bij koninklijke boodschap van 16 juni 1999 ingediende voorstel van wet, houdende wijziging van de Luchtvaartwet inzake de beveiliging op luchtvaartterreinen (Kamerstukken I 2000/01, 26 607, nr. 276) tot wet is verheven.

2. Indien artikel 34 van de Wet bibob in werking treedt na deze wet en indien de Wet beveiliging luchtvaartterreinen in werking treedt na de Wet bibob, wordt het volgende gewijzigd:

A. In artikel 34 van de Wet bibob wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdeel d» en wordt «d.» vervangen door: e.

B. In artikel I van de Wet beveiliging luchtvaartterreinen wordt in artikel 37s «artikel 15, eerste lid, onderdeel e» vervangen door: artikel 15, eerste lid, onderdeel f.

C. In artikel II van de Wet beveiliging luchtvaartterreinen wordt «onderdeel d» vervangen door «onderdeel e», wordt «een vijfde onderdeel» vervangen door «een onderdeel» en wordt «e.» vervangen door: f.

3. Indien de Wet beveiliging luchtvaartterreinen in werking treedt na deze wet en indien artikel 34 van de Wet bibob in werking treedt na de Wet beveiliging luchtvaartterreinen, wordt in artikel 34 van de Wet bibob «onderdeel c» vervangen door «onderdeel e» en wordt «d.» vervangen door: f.

4. Indien deze wet in werking treedt na artikel 34 van de Wet bibob en indien de Wet beveiliging luchtvaartterreinen in werking treedt na deze wet, wordt het volgende gewijzigd:

A. Artikel 57a, wordt gewijzigd als volgt:

– In onderdeel 1 wordt «onder b, c en d» vervangen door: onder b, c en e.

– In onderdeel 2, subonderdeel b, wordt «onderdeel c» respectievelijk «onderdeel d» vervangen door «onderdeel d» respectievelijk «onderdeel e» en wordt «d.» vervangen door: e.

B. In artikel I van de Wet beveiliging luchtvaartterreinen wordt in artikel 37s «artikel 15, eerste lid, onderdeel e» vervangen door: artikel 15, eerste lid, onderdeel f.

C. In artikel II van de Wet beveiliging luchtvaartterreinen wordt «onderdeel d» vervangen door «onderdeel e», wordt «een vijfde onderdeel» vervangen door «een onderdeel» en wordt «e.» vervangen door: f.

5. Indien deze wet in werking treedt na de Wet beveiliging luchtvaartterreinen en indien artikel 34 van de Wet bibob in werking treedt na deze wet, wordt het volgende gewijzigd:

A. Artikel 57a wordt gewijzigd als volgt:

– In onderdeel 1 wordt «onder b, c en d» vervangen door: onder b, c en e.

– In onderdeel 2 vervallen de aanduiding «a.» alsmede subonderdeel b.

B. In artikel 15, eerste lid, van de Wet politieregisters wordt de punt aan het slot van onderdeel c vervangen door een puntkomma en wordt de daarop volgende tekst vervangen door twee onderdelen, luidende:

d. de Commandant van de Koninklijke marechaussee, voorzover hij deze behoeft voor de uitoefening van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 37s van de Luchtvaartwet;

e. Onze Minister van Justitie, voorzover hij deze behoeft voor de afgifte van de verklaringen omtrent het gedrag.

C. In artikel 37s van de Luchtvaartwet wordt «artikel 15, eerste lid, onderdeel e» vervangen door: artikel 15, eerste lid, onderdeel d.

D. in artikel 34 van de Wet bibob wordt «onderdeel c» vervangen door «onderdeel e» en wordt «d.» vervangen door: f.

6. Indien de Wet beveiliging luchtvaartterreinen in werking treedt na artikel 34 van de Wet bibob en indien deze wet in werking treedt na de Wet beveiliging luchtvaartterreinen, wordt artikel 57a gewijzigd als volgt:

– In onderdeel 1 wordt «onder b, c en d» vervangen door: onder b, c en f.

– In onderdeel 2, , subonderdeel b, wordt «onderdeel c» respectievelijk «onderdeel d» vervangen door «onderdeel e» respectievelijk «onderdeel f» en wordt «d.» vervangen door: f.

7. Indien artikel 34 van de Wet bibob in werking treedt na de Wet beveiliging luchtvaartterreinen en indien deze wet in werking treedt na artikel 34 van de Wet bibob, wordt het volgende gewijzigd:

A. Artikel 57a wordt gewijzigd als volgt:

– In onderdeel 1 wordt «onder b, c en d» vervangen door: onder b, c en f.

– In onderdeel 2, vervallen de aanduiding «a.» alsmede subonderdeel b.

B. In artikel 15, eerste lid, van de Wet politieregisters wordt de tekst na onderdeel c vervangen door drie onderdelen, luidende:

d. de Commandant van de Koninklijke marechaussee, voorzover hij deze behoeft voor de uitoefening van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 37s van de Luchtvaartwet;

e. ambtenaren van het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, voorzover zij deze behoeven voor de uitoefening van hun wettelijk omschreven taak;

f. Onze Minister van Justitie, voorzover hij deze behoeft voor de afgifte van de verklaringen omtrent het gedrag.

C. In artikel 37s van de Luchtvaartwet wordt «artikel 15, eerste lid, onderdeel e» vervangen door: artikel 15, eerste lid, onderdeel d.

C

Het bij de derde nota van wijziging ingevoegde artikel 57g vervalt.

D

In het bij de tweede nota van wijziging ingevoegde artikel 57g wordt «het onderhavige wetsvoorstel» vervangen door: deze wet.

Toelichting

Deze wijzigingen zijn van louter wetstechnische aard en kunnen als volgt worden toegelicht.

A

Deze wijziging brengt de aanduiding van de Minister van Justitie in de wet in overeenstemming met aanwijzing 73 van de Aanwijzingen voor de regelgeving.

B

Aan de opsomming in artikel 15, eerste lid, van de Wet politieregisters wordt een nieuw onderdeel toegevoegd door het onderhavige wetsvoorstel, maar ook door de wetsvoorstellen 26 607 en 26 883. Tot nu toe bevatte het wetsvoorstel reeds afstemmingsbepaling met betrekking tot wetsvoorstel 26 883. Thans is de afstemmingsbepaling zodanig geredigeerd dat ook rekening is gehouden met wetsvoorstel 26 607 en met de zes denkbare varianten van de volgorde van inwerkingtreding van de drie in het geding zijnde wetsvoorstellen.

Terwille van de eenvoud is binnen deze varianten afgezien van afstemmingsbepalingen die uitgaan van de situatie dat twee of alle wetsvoorstellen op hetzelfde tijdstip in werking treden. Gelet op aanwijzing 173a van de Aanwijzingen voor de regelgeving moet op zodanige wijze toepassing worden gegeven aan de afstemmingsbepalingen in artikel 57f dat voor het bepalen van de volgorde van inwerkingtreding bepalend is de uit die aanwijzing voortvloeiende volgorde.

C en D

Het bij de derde nota van wijziging toegevoegde artikel 57g is thans geïncorporeerd in de afstemmingsbepaling van artikel 57f. Gehandhaafd blijft het bij de tweede nota van wijziging toegevoegde artikel 57g, dat een afstemmingsbepaling bevat tussen het onderhavige wetsvoorstel en wetsvoorstel 27 616. In deze afstemmingsbepaling zijn enkele redactionele verbeteringen aangebracht.

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven