24 797
Wijziging van de regels betreffende de verwerking van justitiële gegevens en het stellen van regels met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens in persoonsdossiers (Wet justitiële gegevens)

nr. 15
DERDE NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 10 oktober 2001

Het voorstel van wet justitiële gegevens wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 57a wordt de aanhef van onderdeel 2, onder b, vervangen door: Er wordt onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma een onderdeel d toegevoegd, luidende:.

B

Artikel 57f komt te luiden:

Artikel 57f

Indien het bij koninklijke boodschap van 11 november 1999 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de bevordering van integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur met betrekking tot beschikkingen of overheidsopdrachten (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) (26 883) eerder tot wet wordt verheven en in werking treedt dan het onderhavige wetsvoorstel komt het tweede onderdeel, onder b, van artikel 57a als volgt te luiden:

b. Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma wordt een nieuw onderdeel toegevoegd, luidende:

e. de Minister van Justitie voorzover hij deze behoeft voor de afgifte van de verklaringen omtrent het gedrag.

C

Na artikel 57f wordt een nieuw artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 57g

Indien het bij koninklijke boodschap van 11 november 1999 ingediende voorstel van wet, houdende regels inzake de bevordering van integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur met betrekking tot beschikkingen of overheidsopdrachten (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) (26 883) later tot wet wordt verheven en in werking treedt dan het onderhavige wetsvoorstel komt artikel 33 van eerstgenoemd wetsvoorstel te luiden:

Artikel 33

De Wet politieregisters wordt als volgt gewijzigd:

Aan artikel 15, eerste lid, wordt, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel d door een puntkomma een onderdeel toegevoegd, luidende:

e. ambtenaren van het Bureau bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, bedoeld in artikel 8 van de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, voorzover zij deze behoeven voor de uitoefening van hun wettelijke taak.

Toelichting

Onderdeel A bevat technische aanpassing.

De overige wijzigingen betreffen een technische afstemming met het oog op de inwerkingtreding van met het voorstel van wet, houdende regels inzake de bevordering van integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur met betrekking tot beschikkingen of overheidsopdrachten (Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur) (26 883).

De Minister van Justitie,

A. H. Korthals

Naar boven