24 781
Instelling van een Raad voor de financiële verhoudingen (Wet op de Raad voor de financiële verhoudingen)

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP

Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot instelling van een Raad voor de financiële verhoudingen (Wet op de Raad voor de financiële verhoudingen).

De memorie van toelichting (en bijlagen), die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

18 juni 1996

Beatrix

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is een adviescollege in te stellen op het terrein van de financiële verhoudingen, in het bijzonder die van het Rijk met de gemeenten en de provincies, en dat het in verband met artikel 79 van de Grondwet noodzakelijk is daartoe wettelijke bepalingen vast te stellen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

1. Er is een Raad voor de financiële verhoudingen.

2. De Raad bestaat uit een voorzitter en ten hoogste zes andere leden.

Artikel 2

De Raad heeft tot taak de regering en de beide kamers der Staten-Generaal te adviseren over de wetgeving inzake de financiële verhoudingen, in het bijzonder die van het Rijk met de gemeenten en met de provincies alsmede over de uitvoering van die wetgeving. Deze adviezen kunnen zowel van uitvoerende als van beleidsmatige aard zijn.

Artikel 3

Deze wet treedt in werking met ingang van 1 januari 1997.

Artikel 4

Deze wet wordt aangehaald als: Wet op de Raad voor de financiële verhoudingen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken,

De Minister van Financiën,

Naar boven