24 778
Wijziging van onder meer de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs inzake het gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid (Gemeentelijk onderwijsachterstandenbeleid)

nr. 33
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID CORNIELJE C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 15

Ontvangen 5 februari 1997

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel F, wordt aan artikel 110a, eerste lid, een volzin toegevoegd, luidende:

Het bepaalde in de vorige drie volzinnen is niet van toepassing, voor zover het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur voordien aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd en door of namens een der kamers te kennen is gegeven dat van de procedure, bedoeld in de tweede tot en met vierde volzin, kan worden afgeweken.

II

In artikel II, onderdeel F, wordt aan artikel 106a, eerste lid, een volzin toegevoegd, luidende:

Het bepaalde in de vorige drie volzinnen is niet van toepassing, voor zover het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur voordien aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd en door of namens een der kamers te kennen is gegeven dat van de procedure, bedoeld in de tweede tot en met vierde volzin, kan worden afgeweken.

III

In artikel III, onderdeel D, wordt aan artikel 118a, eerste lid, een volzin toegevoegd, luidende:

Het bepaalde in de vorige drie volzinnen is niet van toepassing, voor zover het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur voordien aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd en door of namens een der kamers te kennen is gegeven dat van de procedure, bedoeld in de tweede tot en met vierde volzin, kan worden afgeweken.

IV

Aan artikel VII, eerste lid, worden vier volzinnen toegevoegd, luidende:

De algemene maatregel van bestuur, bedoeld in de eerste volzin, wordt aan beide kamers der Staten-Generaal overgelegd. De maatregel treedt niet in werking dan nadat 4 weken na de overlegging zijn verstreken en gedurende die termijn niet door of namens een der kamers de wens wordt te kennen gegeven dat het in die maatregel geregelde onderwerp bij de wet wordt geregeld. Alsdan wordt een daartoe strekkend wetsvoorstel zo spoedig mogelijk ingediend. Het bepaalde in de vorige drie volzinnen is niet van toepassing, voor zover het ontwerp van de algemene maatregel van bestuur voordien aan beide kamers der Staten-Generaal is overgelegd en door of namens een der kamers te kennen is gegeven dat van de procedure, bedoeld in de tweede tot en met vierde volzin, kan worden afgeweken.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe dat aan de eerste vaststelling van het landelijk beleidskader een voorhangbepaling wordt verbonden. Daarbij wordt er in voorzien dat over de ontwerp-amvb met het landelijk beleidskader overleg mogelijk is; dit geldt zowel het de eerste LBK als daarop volgende LBK's.

Zowel de Tweede als de Eerste Kamer hebben de mogelijkheid om over het ontwerp overleg te voeren. Wanneer alleen de Tweede Kamer over het ontwerp overleg zal willen voeren, zal de procedure als volgt zijn:

– toezenden ontwerp-amvb aan de Tweede en Eerste Kamer;

– de Tweede Kamer geeft te kennen dat de voorhangprocedure niet gevolgd behoeft te worden omdat met de bewindspersoon overleg plaatsvindt over het ontwerp;

– advisering door de Raad van State en ondertekening door de Koningin;

– toezenden van de vastgestelde amvb aan de Eerste Kamer;

– inwerkingtreding van de amvb (indien de Eerste Kamer niet te kennen geeft dat regeling bij wet nodig is).

Cornielje

Lambrechts

Lilipaly

Naar boven