24 762
Wijziging van de Mediawet in verband met verlenging van het huidige toezicht op toegang tot draadomroepinrichtingen

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAPAAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN-GENERAAL

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot wijziging van de Mediawet in verband met verlenging van het huidige toezicht op toegang tot draadomroepinrichtingen.

De memorie van toelichting (en bijlagen), die het Wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

4 juni 1996

Beatrix

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is de in artikel 69 van de Mediawet opgenomen tijdelijke regeling inzake het toezicht door het Commissariaat voor de Media op de toegang tot draadomroepinrichtingen te verlengen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

Artikel 165a van de Mediawet wordt vervangen door:

Artikel 165a

Artikel 69 vervalt met ingang van 1 januari 1997. Bij koninklijk besluit kan een ander tijdstip worden vastgesteld waarop artikel 69 vervalt.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen,

Naar boven