24 698
Wijziging van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering en enkele andere wetten in verband met premiedifferentiatie en marktwerking bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen (Wet premiedifferentiatie en marktwerking bij arbeidsongeschiktheidsverzekeringen)

nr. 18
AMENDEMENT VAN HET LID VAN MIDDELKOOP

Ontvangen 6 november 1996

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel X, wordt in artikel 76f na het vierde lid een nieuw lid ingevoegd, dat luidt:

5. Voor de in het eerste lid genoemde periode van vijf jaar wordt gelezen drie jaar indien de in het eerste lid bedoelde arbeidsongeschiktheidsuitkering is toegekend aan een werknemer die op de eerste dag van de ongeschiktheid tot het verrichten van zijn arbeid als bedoeld in artikel 19 van de Ziektewet, in dienstbetrekking stond tot een werkgever te wiens laste in het kalenderjaar waarin eerstgenoemde dag van ongeschiktheid is gelegen een premieplichtig loon is gekomen dat gelijk is aan of minder bedraagt dan 15 maal het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer in dat kalenderjaar. Het gemiddelde premieplichtige loon per werknemer wordt, met toepassing van artikel 9, eerste lid, van de Coördinatiewet sociale verzekeringen, vastgesteld door het Tijdelijk instituut voor coördinatie en afstemming.

Toelichting

Dit amendement strekt ertoe de periode voor premiedifferentiatie voor kleine werkgevers (15 werknemers of minder) te stellen op 3 jaar.

Kleine werkgevers beschikken over het algemeen over minder mogelijkheden werknemers te reïntegreren. Ook de mogelijkheid fors te investeren in het preventiebeleid is geringer. Kleine werkgevers hebben derhalve minder mogelijkheden de arbeidsongeschiktheidslasten te beïnvloeden.

Indien dit amendement wordt aangenomen zal de bepaling omtrent de berekening van het individuele arbeidsongeschiktheidsrisico bedoeld in artikel 4 van de concept-amvb premiedifferentiatie, voor kleine werkgevers moeten worden aangepast.

Van Middelkoop

Naar boven